monitor druppelafmeting
Wanneer er een druksensorinterfaceset aanwezig is, wordt de monitor
druppelafmeting gebruikt om de monitor druppelafmeting (DSM) in/uit te
schakelen, om maximaal vijf (5) mondstukken in te stellen en om het huidige
mondstuk te selecteren.
1. Druk op het tabblad CONFIGURATIE aan de zijkant
Monitor druppelafmeting
2. Druk op
3. Kies of de monitor druppelafmeting is in- of uitgeschakeld.
4. Wanneer de monitor is geactiveerd, dient u een keuze te maken uit de
volgende functies:
►Mondstukpresets – kies uit maximaal (5) mondstukken, zodat u de
respectievelijke instellingen snel kunt oproepen
►Huidig mondstuk – selecteer het ingestelde mondstuk om de
informatie over de monitor druppelafmeting vast te stellen
5. Druk op de pijl TERUG
of op het tabblad CONFIGURATIE
de zijkant om terug te keren naar het hoofdscherm van de configuratie.
Figuur 9-2: Monitor druppelafmeting en mondstukken
.
.
aan
Monitor druppelafmeting niet beschikbaar
Wanneer er geen druksensorinterfaceset is geïnstalleerd, zijn de
configuratieopties niet beschikbaar.
Figuur 9-3: De druksensorinterfaceset is niet waargenomen
Monitor druppelafmeting in-/uitschakelen
Schakel de monitor druppelafmeting (DSM) in of uit.
1. Druk op de pijl OMLAAG
2. Kies:
►Geactiveerd
►Uitgeschakeld
Wanneer de DSM is "uitgeschakeld", worden alle mondstuk- en
configuratiefuncties uitgeschakeld (de opties zijn lichtgrijs).
Figuur 9-4: Opties voor in- en uitgeschakelde DSM
om de optielijst te openen.
71
98-05273-NL R4