sensoren
Wanneer er een Sensoren op het systeem aanwezig is, zijn er opties
om de Sensoren in te stellen en te configureren beschikbaar.
1. Druk op het tabblad CONFIGURATIE aan de zijkant
2. Druk op
.
Sensoren
Figuur 5-17: Sensoren
De druksensorinterfaceset wordt op de CAN-bus herkend als een I/O-
module (input/output)
Figuur 5-18: I/O-module
18
www.teejet.com
Sensoren niet beschikbaar
Wanneer er geen druksensorinterfaceset is geïnstalleerd, zijn de
configuratieopties niet beschikbaar.
Figuur 5-19: De druksensorinterfaceset is niet waargenomen
.
Druksensor
Wanneer er een druksensorinterfaceset aanwezig is, worden de opties
van de druksensor gebruikt om de door de fabrikant aanbevolen
maximale nominale druk van de Sensoren in te voeren en om door de
gebruiker bepaalde hoge- en lagedrukalarmen in te stellen.
N.B.:
wanneer er een druksensorinterfaceset wordt gebruikt, zal de
monitor druppelafmeting beschikbaar zijn.
1. Druk op het tabblad CONFIGURATIE aan de zijkant
2. Druk op
Sensoren
3. Druk op
Druksensor
4. Kies uit:
►Maximale bedieningsdruk – deze waarde voort gebruikt om de
door de fabrikant aanbevolen maximale bedieningsdruk van de
druksensor in te stellen
►Lage druk-alarm – hier kan de gebruiker het lagedrukpunt
waarbij het alarm wordt ingeschakeld invoeren
►Hoge druk-alarm – hier kan de gebruiker het hogedrukpunt
waarbij het alarm wordt ingeschakeld invoeren
5. Druk op de pijl TERUG
aan de zijkant om terug te keren naar het hoofdscherm van de
configuratie.
.
.
of het tabblad CONFIGURATIE
.