Inhoudsopgave
Advertenties
werktuig
Werktuig instellen wordt gebruikt voor de verschillende instellingen in
verband met de rechte lijn-modus, gespreid modus of verzetmodus.
Raadpleeg het hoofdstuk Werktuig in deze handleiding voor
gedetailleerde configuratie-instructies.
De instellingen zijn afhankelijk van de aanwezigheid van een
SmartCable of Sectie Driver-module (SDM).
Type werktuig
Bij Type werktuig kunt u het soort applicatiepatroon kiezen dat het
beste overeenkomt met uw systeem.
● In de rechte modus hebben de gieksecties geen lengte. Zij
bevinden zich op een vaste afstand van de antenne
● In de gespreide modus wordt een virtuele lijn gecreëerd met
de toedieningsschijven. Daardoor kunnen de applicatiesecties
variëren in lengte en zich op verschillende afstanden van de lijn
bevinden
● In de verzetmodus wordt een virtuele lijn gecreëerd in lijn met
sectie 1. De applicatiesectie(s) heeft/hebben geen lengte en
kunnen zich op verschillende afstanden van de lijn bevinden
Figuur 5-4: Type werktuig - recht
Figuur 5-5: Type werktuig - gespreid
Figuur 5-6: Type werktuig - verzet
Enkele sectie setup
De configuratie-optie voor de enkele sectie wordt gebruikt wanneer het
systeem niet is voorzien van een SmartCable of Sectie Driver-module
(SDM). De hele giek of het hele toedieningsgebied wordt als één
sectie beschouwd.
N.B.:
raadpleeg "Configuratie van SmartCable of Sectie Driver-
module" voor de configuratiestappen wanneer u een
SmartCable of Sectie Driver-module (SDM) gebruikt.
1. Druk op het tabblad CONFIGURATIE aan de zijkant
2. Druk op
.
Werktuig
3. Kies uit:
►Machinetype – deze functie wordt gebruikt om het type machine
te selecteren dat het meest overeenkomt met uw machine.
►GPS antennehoogte – deze functie wordt gebruikt om de
hoogte van de antenne vanaf de grond te meten.
►Type werktuig – deze functie wordt gebruikt om de lay-out
van de secties voor de locatie waarop het product wordt
aangebracht te selecteren.
►Compensatieafstand impl – deze functie wordt gebruikt om de
afstand van de middenlijn van de machine naar het midden van
het werktuig in te voeren
►Compensatiericht impl – richting vanaf de middenlijn van
de machine naar het midden van het werktuig, vanaf de
achterzijde van de machine bezien
►Begeleiding breedte – deze functie wordt gebruikt om de
afstand tussen de hulplijnen aan te geven
►Werkbreedte [Recht werktuig] – deze functie wordt gebruikt om
de totale breedte van het werktuig in te voeren
►Werkbreedte [Gespreid] – deze functie wordt gebruikt om de
totale breedte van het werktuig in te voeren
►Melding bespoten – deze funcite wordt gebruikt om een signaal
aan te geven wanneer een toegpeast gebied wordt betreden of
verlaten
4. Druk op het pijltje VOLGENDE PAGINA
opties voor het specifieke werktuig te configureren.
.
om de geselecteerde
13
98-05273-NL R4
Advertenties
Inhoudsopgave
