WAARSCHUWINGEN
Het apparaat controleert continu de aangesloten sensoren en apparaten op waarschuwingen,
systeemstoringen en veranderingen in de omgeving. Waarschuwingen kunnen worden
geconfigureerd door regels in te stellen.
Wanneer er een waarschuwingsregel wordt geactiveerd, wordt een van de volgende berichttypen
gegenereerd:
Melding - een bericht dat 15 seconden op het scherm blijft staan en vervolgens automatisch
•
verdwijnt of tot u het bevestigt.
Waarschuwing - een bericht dat op het scherm blijft staan tot u het bevestigt.
•
Alarm - een bericht dat op het scherm blijft staan tot u het bevestigt. Als de sirene van uw
•
systeem is ingeschakeld, hoort u ook een akoestisch alarm.
Een waarschuwing bevestigen
Selecteer Stil (Mute) of veeg naar de rechterkant van het scherm om een waarschuwing te sluiten.
Er blijft een badge op de Home-knop staan tot de waarschuwing is opgelost.
21