Instellen van het videosignaal
De standaardinstelling voor het videosysteem is "Auto"; het is echter mogelijk dat u geen duidelijk
beeld kunt ontvangen van de aangesloten audiovisuele apparatuur omwille van verschillen in het signaal.
In dat geval wijzigt u het videosignaal.
Instellen van het
videosignaal
Kies "Videosysteem" in het menu "Opties
(1)" op het menuscherm
➝ Voor bediening van het menuscherm, zie
pagina's
42 t/m
45.
Opmerking
• Het videosignaal kan alleen in de INGANG 3-
of INGANG 4-functie worden ingesteld.
• In "Auto" worden de beelden weergegeven in
PAL, zelfs wanneer er PAL-N of PAL-M
ingangssignalen worden ontvangen.
66
66
PAL
Bij aansluiting op PAL-videoapparatuur.
SECAM
Bij aansluiting op SECAM-videoapparatuur.
NTSC4.43
Bij weergave van NTSC-signalen met PAL-
videoapparatuur.
NTSC3.58
Bij aansluiting op NTSC-videoapparatuur.