4. Instellingen van focus, helderheid (belichting) en kleurtoon
De positie van de AF-zone met de Touch-functie specificeren
Toepasbare modi:
>
[Voorkeuze] >
MENU
[AF+AE]
1
Raak het onderwerp aan waarvoor u de helderheid
wilt optimaliseren.
• Het instellingenscherm van de AF-zone verschijnt.
• De positie voor de optimalisering van de helderheid wordt
op het midden van de AF-zone weergegeven. De positie
volgt de beweging van de AF-zone.
• De [Meetfunctie] wordt op [
Touch AE gebruikt wordt.
2
Raak [Inst.] aan.
• De aangeraakte positie zal ingesteld worden als een AF-zone met dezelfde functie als
[Ø].
• Om de scherpstelling en de helderheid te annuleren die ingesteld werden met [AF+AE],
raak dan [
] ([
Als de achtergrond bijvoorbeeld te helder wordt kunt
u het helderheidscontrast van de achtergrond
aanpassen door de belichting te compenseren.
• Bij opnamen met de aanraaksluiter worden de scherpstelling en helderheid vóór de opname
geoptimaliseerd voor de aangeraakte positie.
• Aan de rand van het scherm kan de meting worden beïnvloed door de helderheid rondom de
aangeraakte locatie.
In deze gevallen niet beschikbaar:
• [AF+AE] werkt niet in de volgende geval:
– Bij het gebruik van de digitale zoom
[Bediening] > [Touch inst.] > [Touch AF] >
] gezet, die uitsluitend voor
AE
] aan als [Ø] geselecteerd is).
86
(P82)