In overeenstemming
Opmerking: De inhoud van de markering is altijd hetzelfde, de locatie op het ventiel kan
wisselen, afhankelijk van het type.
A – INLAATSTANG
Het combinatieventiel wordt vastgemaakt aan de gasfles door middel van een inlaatstang met
schroefdraad. De inlaatstang is voorzien van een conische of cilindrische schroefdraad en
verkrijgbaar in verschillende afmetingen naargelang de flesmaten en -materialen.
B – VULOPENING
Een vulopening wordt geleverd voor het vullen van de gasfles in een vulstation maar heeft geen
toepassing voor patiënten. Ze is voorzien van een terugslagbeveiliging (terugstroomventiel).
Het terugstroomventiel vereist het gebruik van een speciale vuladapter voor het ontluchten
van de fles tijdens het vullen (ontluchten en/of vacuüm maken van flessen).
C – INDICATOR VAN DE INLAATDRUK
De indicator van de inlaatdruk geeft de hoeveelheid gas in de gasfles aan. De drukindicator
is van een actief type, wat inhoudt dat de hoeveelheid gas in de gasfles wordt aangegeven
ongeacht of het afsluitventiel open of gesloten is.
D – AFSLUITVENTIEL
Het combinatieventiel is voorzien van een afsluitventiel om de toevoer van gas uit de fles te
scheiden van de andere ventielfuncties. Het moet tijdens het vullen van de gasfles en tijdens
gebruik bij de patiënt geopend zijn. Het deel van het handwiel is een indicator die de status
open/gesloten van het afsluitventiel toont.
De indicator van de status open/gesloten van het afsluitventiel is louter indicatief. Het
afsluitventiel is mogelijk niet volledig uit wanneer de status gesloten wordt getoond. De
volledig gesloten status moet gecontroleerd worden door te verzekeren dat het afsluitventiel
naar de stand OFF (Uit, rechtsom) is gedraaid en de gastoevoer naar de uitlaten gestopt is.
Het afsluitventiel mag niet gebruikt worden in de status 'gedeeltelijk ON (Aan)' omdat, zelfs
als gas wordt geleverd naar de uitlaten, de stroom beperkt kan zijn wegens een onvoldoende
geopend afsluitventiel.
E – RESTDRUKVENTIEL
Het combinatieventiel is voorzien van een restdrukventiel om een minimale overdruk in de
gasfles in stand te houden zodat verontreiniging van de inhoud van de fles met omgevingslucht
wordt vermeden. Tijdens het ontluchten van het gas in de fles via de vulopening wordt het
restdrukventiel overbrugd.
MARQUAGE DÉTAIL
Type inlaat
aansluiting
Levensduur
Artikelnummer
Serienummer
met 2010/35 EU
35/239
Toegestane totale
gewicht van het
pakket
Type vul inlaat
Extra informatie
Ingangsdruk
In vereenstemming
met CDG TPE
(Amendment) & (EU
Exit) Regulations 2020
In overeen-
stemming met
93/42/EEG
NL