2.7
Elektrische installatie
➢ Laat werkzaamheden aan de elektrische installatie alleen door vakkundig perso-
➢ Voordat werkzaamheden aan de elektrische installatie worden uitgevoerd, alle ap-
➢ Gebruik alleen originele zekeringen met de aangegeven waarden.
➢ Vervang defecte zekeringen alleen, wanneer de oorzaak van het probleem bekend
➢ Zekeringen nooit overbruggen of repareren.
➢ Om de elektrische installatie te beschermen, kan een 230 V-overspanningsbeveili-
2.8
Waterinstallatie
➢ Wanneer de camper niet verwarmd wordt bij dreigende vorst, moet de waterinstal-
➢ Staand water in een watertank of in de waterleidingen wordt ondrinkbaar na een
CAR-0000-00NL
neel uitvoeren.
paraten en armaturen uitschakelen, de accu loskoppelen en de 230 V-voedingska-
bel van het netwerk loskoppelen.
en weggenomen is.
ging worden geïnstalleerd door bevoegd personeel.
latie (slangen, tanks, enz.) worden geleegd, omdat deze anders niet voldoende is
beschermd tegen vorstschade.
relatief korte tijd. Daarom voor ieder gebruik van de camper de waterleidingen en
de watertank met enkele liters water goed doorspoelen. Vergeet niet alle kranen
open te draaien.
Veiligheidsinstructies
2
17