Afdrukmateriaal in invoerlade plaatsen
In dit gedeelte leert u gewoon papier en standaardsoorten en -formaten afdrukmateriaal in de invoerlade
plaatsen. Hieronder volgen algemene richtlijnen voor het plaatsen van afdrukmaterialen in de laden:
●
Als u op dik of fotopapier afdrukt, kunt u de handinvoer aan de achterkant gebruiken. Zie
met de handinvoer aan de voor- of
●
Zie
Op kaarten en afdrukmateriaal van klein formaat afdrukken
kaarten of enveloppen afdrukt.
●
Als u één of slechts enkele enveloppen of vellen papier afdrukt, kunt u de handinvoer aan de
voorkant gebruiken en uw gewone afdrukmateriaal in de invoerlade laten liggen. Zie
met de handinvoer aan de voor- of
Afdrukmateriaal in de invoerlade plaatsen
1.
Klap de uitvoerlade omhoog. Als de uitvoerlade is uitgetrokken, sluit u de lade.
2.
Druk op de invoerladevergrendeling en trek de invoerlade uit.
3.
Druk op de knop boven op de papierbreedtegeleider en schuif de geleider zo ver mogelijk naar
links.
4.
Schuif maximaal 150 vellen papier of een stapel afdrukmateriaal die niet hoger is dan de
papierbreedtegeleider, met de afdrukzijde naar beneden, langs de rechterzijde van de invoerlade
zover mogelijk in de printer.
Transparanten: Schuif maximaal 30 transparanten, met de ruwe kant naar beneden en de plakstrip
naar voren, langs de rechterzijde van de invoerlade zover mogelijk in de printer.
5.
Druk op de knop boven aan de papierbreedtegeleider en schuif de geleider naar rechts totdat hij
stopt tegen de rand van het afdrukmateriaal.
6.
Druk op de invoerladevergrendeling en schuif de lade in totdat deze stopt tegen de rand van het
afdrukmateriaal.
38
Hoofdstuk 4 Afdrukken en afdrukmateriaal laden
Opmerking
Als de papiergeleider voor klein afdrukmateriaal is uitgetrokken, draait u de
geleider 90
˚
naar links om deze te sluiten.
achterkant.
achterkant.
en
Afdrukken op enveloppen
Afdrukken
Afdrukken
als u
NLWW