5.2
Opstelling van de collectoren
Voor gedetailleerde informatie over de planning van de installatiehy-
draulica en de componenten zie de ontwerpdocumentatie zonnetech-
niek.
Toegestane opstelling en uitrichting
▶ Installatie van de collectorsensorkabels zodanig inplannen, dat de col-
lectorsensor in de collector met de aangesloten aanvoer [3] kan wor-
den gemonteerd.
1
1
Afb. 21 Opstelling collectoren
[1]
Collectorsensor in dompelhuls: altijd boven aan collector met de
aangesloten aanvoer
[2]
Retour (van boiler)
[3]
Aanvoer (naar boiler)
▶ 1 rij, gelijkzijdige aansluiting: maximaal 5 collectoren inplannen.
Afb. 22 Gelijkzijdige aansluiting rechts of links (1 rij)
▶ 1 rij, diagonale aansluiting: maximaal 10 collectoren inplannen.
Afb. 23 Diagonale aansluiting (1 rij)
SCM3 • 6 720 806 156 (2013/03)
1
2
3
6720803995.12-1.ST
6720803995.15-1.ST
6720803995.15-1.ST
6720803995.13-1.ST
6720803995.13-1.ST
5.3
Beveiliging tegen blikseminslag
▶ Conform de regionale voorschriften controleren, of een bliksembevei-
ligingsinstallatie nodig is.
Vaak wordt een bliksembeveiliging bijvoorbeeld voor gebouwen voorge-
schreven, die hoger zijn dan 20 m.
▶ Installatie van een bliksembeveiliging laten uitvoeren door een elek-
trotechnisch installateur.
▶ Wanneer een bliksembeveiligingsinstallatie aanwezig is, de koppeling
van het zonnesysteem op dit systeem controleren.
5.4
Benodigde gereedschappen en accessoires
• Sleutel SW8 (voor afdekstrook)
• Accu schroevendraaier
• Hamer
• Aanslaghoek
• Torx-bits TX25 (en verlenging)
• Driepuntszuignap
• Sleutel SW27 en 30 (voor aansluiting van de leiding)
• Haakse slijper (voor aanpassen van de dakpannen)
• Waterpas
• Metselkoord
• Materiaal voor isolatie van de leidingen
Voor de montage
5
15