3. Monteer het module.
4. Sluit de kabels aan.
Kabelspecificaties staan vermeld in paragraaf 5. Technische gege-
vens.
Een aansluitschema is te vinden op pagina 49.
• Aders die zijn aangesloten op
- uitgangen NC, NO, C,
- ingangen aan/uit, A, B en
- aansluitklemmen voor de voeding
moeten door middel van versterkte isolatie van elkaar en de
voeding worden gescheiden.
• Alle op een klemmenstrook aangesloten aders dienen bij de
desbetreffende klemmen te worden gebundeld.
5. Schakel de voedingsspanning in.
34