GRUNDFOS MAGNA, GENI Module Installation and operating instructions Montage- und Betriebsanleitung Notice d’installation et d’entretien Istruzioni di installazione e funzionamento Instrucciones de instalación y funcionamiento Instruções de instalação e funcionamento Οδηγίες εγκατάστασης και λειτουργίας Installatie- en bedieningsinstructies Monterings- och driftsinstruktion Asennus- ja käyttöohjeet...
1. Algemene beschrijving De GENI module is een uitbreidingsmodule voor circulatiepompen GRUNDFOS MAGNA 25-60, 25-100, 32-60, 32-100, 40-100(D), 50-100. De GENI module biedt de volgende functies: • Externe start/stop, zie hoofdstuk 4. • Externe gedwongen besturing, zie hoofdstuk 5.
2. Aansluiting De elektrische aansluiting en beveiliging dienen volgens de lokaal geldende regels plaats te vinden. De GENI module wordt draadloos van energie voorzien vanaf de pomp. Om goed functioneren te verzekeren, volg de instructies in hoofdstuk 3. Bevestigen van de module. N.B.
Pagina 6
Start/stop Min. curve Max. curve Analoog 0-10 V Signaal- DC 0-10 V relais Dubbelpomp Bussignaal Afb. 1 Aansluitklemmen Zie aansluitvoorbeelden op pagina's 376 tot en met 379.
3. Bevestigen van de module 1. Plaats de twee haken op de module. 2. Druk de module voorzichtig op z'n plaats zodat de haken aan de schakelkast bevestigd worden. 3. Controleer dat de module en de schakelkast tegen elkaar aan geplaatst zijn. 4.
4. Externe start/stop In de GENI module is een digitale ingang opgenomen voor een externe schakelaar. De pomp kan via de deze ingang in- en uitgeschakeld worden. Na inschakeling is de pomp in bedrijf met de gewenste waarde die is inge- steld met het bedieningspaneel of met de R100.
Functioneel diagram: Min. pompcurve ingang De min. pompcurve ingang is alleen actief indien • aansluitingen 7 en 8 van de start/stop-ingang doorverbonden zijn en • aansluitingen 7 en 10 van de max. pompcurve ingang niet verbonden zijn. Min. pompcurve Normaal bedrijf Min.
De oorzaak van de storing wordt opgeslagen in het alarmlog van de pomp. De laatste vijf storingen kunnen met de R100 worden opgeroepen. N.B. In het geval van een storing is het rode signaallampje op het bedieningspaneel aan. Zie installatie- en bedieningsinstructies voor GRUNDFOS MAGNA 25-60, 25-100, 32-60, 32-100, 40-100(D), 50-100.
7.2 Gereedmelding Het signaalrelais is actief wanneer de pomp in bedrijf is of gereed is om in bedrijf te komen. Zie hoofdstuk 7.4 Functioneel diagram. 7.3 Bedrijfsmelding Het signaalrelais is actief zolang als de pomp in bedrijf is. Als de pomp wordt uitgeschakeld via het bedieningspaneel, met de R100 of vanwege een sto- ring wordt het signaalrelais gedeactiveerd en geeft het dus een signaal naar een extern besturingssysteem, bijv.
Het is mogelijk om twee enkele pompen zo aan te sluiten dat ze werken als een dubbelpomp. In dat geval kan het nodig zijn om terugslagkleppen te in- stalleren. Het is raadzaam om contact op te nemen met Grundfos om opti- maal bedrijf te verzekeren.
Pagina 13
De pomp heeft de volgende bedrijfsstanden: • Wisselend bedrijf Pompbedrijf wisselt elke 24 uur. Indien de in bedrijf zijnde pomp door een storing uitvalt, wordt de andere pomp ingeschakeld. • Standby bedrijf Eén pomp is continu in bedrijf. Om vastzitten van de andere pomp te voor- komen wordt deze periodiek ingeschakeld.
De GENI module biedt de mogelijkheid voor seriële communicatie via een RS-485 ingang. De communicatie geschiedt volgens het Grundfos busproto- col GENIbus, en biedt de mogelijkheid tot aansluiting op het GRUNDFOS Pomp Management Systeem 2000, een gebouwenbeheersysteem of een an- der soort extern besturingsysteem.
10. Prioriteit van instellingen De externe signalen voor gedwongen besturing zullen de beschikbare instel- lingen op het bedieningspaneel van de pomp en de R100 beperken. De pomp kan echter altijd op max. pompcurve bedrijf ingesteld worden of uit- geschakeld worden met het bedieningspaneel of met de R100. Indien twee of meer functies tegelijkertijd geactiveerd worden, zal de be- drijfsituatie van de pomp overeenkomstig de instelling met de hoogste priori- teit zijn.
Pagina 16
11. Storingstabel Voordat u met werkzaamheden aan de module begint, dient u er zeker van te zijn dat de voedingsspanning naar de pomp en de module is uitgeschakeld en niet per ongeluk kan worden ingescha- keld. Storing Oorzaak Oplossing De pomp reageert De draden zijn niet correct Sluit de draden op de niet op de ingangs-...
Storing Oorzaak Oplossing De pomp reageert De draden zijn niet correct Sluit de draden op de niet op het GENIbus aangesloten op de juiste wijze aan. signaal. klemmenstrook. De pomp werd Stel de pomp weer in op uitgeschakeld met het normaal bedrijf.