Vereisten van met veiligheidsinstrumenten uitgeruste systemen (SIS)
Februari 2024
WAARSCHUWING
Laat uitsluitend gekwalificeerd personeel de Rosemount 3051 in SIS-toepassingen
installeren.
Zorg altijd voor een goede afdichting door het/de deksel(s) van de elektronicabehuizing zo
te installeren dat metaal contact maakt met metaal.
Zie het hoofdstuk Specifications (specificaties) van het
voor omgevings- en operationele limieten.
Ontwerp de meetkring zodanig dat de klemspanning nooit onder 10,5 V d.c. daalt wanneer
de transmitteruitgang is ingesteld op 23 mA.
Stel de schakelaar Security (beveiliging) in op Lock (vergrendelen) om tijdens normaal
gebruik te voorkomen dat de configuratiegegevens per ongeluk of opzettelijk gewijzigd
worden.
7.3
Configureren in SIS-toepassingen (Safety
Instrumented Systems - met
veiligheidsinstrumenten uitgeruste systemen)
Gebruik enig HART
configuratie van de Rosemount 3051.
LET OP
De transmitteruitgang is niet geclassificeerd qua veiligheid tijdens: configuratiewijzigingen,
multidrops en kringtest. Gebruik alternatieve methoden om de procesveiligheid tijdens de
transmitterconfiguratie en onderhoudsactiviteiten te waarborgen.
7.3.1
Demping
De door de gebruiker geselecteerde demping bepaalt in hoeverre de transmitter kan
reageren op veranderingen in het onderhanden proces. De dempingswaarde + responstijd
mag nooit meer zijn dan de vereisten van de regelkring.
Raadpleeg
7.3.2
Alarm and Saturation Levels (alarm- en
verzadigingsniveaus)
Configureer DCS of Safety Logic Solver overeenkomstig de transmitterconfiguratie.
In de onderstaande afbeeldingen worden de drie beschikbare alarmniveaus en hun
bedrijfswaarden weergegeven.
108
-configuratie-instrument voor communicatie met en verificatie van de
®
Damping (demping)
om de dempingswaarde te wijzigen.
00809-0111-4007
Productgegevensblad Rosemount 3051
www.Emerson.com
Handmatig