Menu 7.1.2 - Circulatiepompen; Menu 7.1.2.3 - Bedrijfsmodus Laadpomp; Menu 7.1.2.4 - Pompsnelheid Laadpomp - Nibe SMO S40 Handleiding Voor De Installateur
Regel
Verberg thumbnails
Zie ook voor SMO S40:
- Handleiding voor installateur (80 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (20 pagina's) ,
- Startgids (13 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
MENU 7.1.1.1 - TEMPERATUURINSTELLING
Starttemperatuur
Vraagmodus, klein/gemiddeld/groot
Instelbereik: 5 – 70 °C
Stoptemperatuur
Vraagmodus, klein/gemiddeld/groot
Instelbereik: 5 – 70 °C
Stoptemperatuur periodieke verhoging
Instelbereik: 55 – 70 °C
Hier stelt u naast de start- en stoptemperatuur van het
warmtapwater voor de verschillende vraagopties in menu
2.2 ook de stoptemperatuur voor periodieke verhoging in
(menu 2.4).
MENU 7.1.1.2 - BEDRIJFSINSTELLING.
Stap versch. compressor
Instelbereik: 0,5 – 4,0 °C
Laadmethode
Alternatief: Doeltemp., deltatemp.
Laadvermogen
Alternatieven: auto, handmatig
Gewenst vermogen "gemiddeld"
Instelbereik: 1 – 50 kW
Gewenst vermogen "hoog"
Instelbereik: 1 – 50 kW
Als er meerdere compressoren beschikbaar zijn, stelt u het
verschil in tussen inschakeling-uitschakeling tijdens produc-
tie warmtapwater en vaste temperatuurinstelling.
Hier selecteert u de laadmethode voor warmwaterbedrijf.
"Delta temp." wordt aanbevolen voor warmwaterboilers met
een boilerspiraal, "Doeltemp." voor verwarmers met dubbele
mantel en verwarmers met een warmtapwaterspiraal.
MENU 7.1.2 - CIRCULATIEPOMPEN
Dit menu bevat submenu's waar u geavanceerde instellingen
voor de circulatiepomp kunt invoeren.
MENU 7.1.2.3 - BEDRIJFSMODUS LAADPOMP
Bedrijfsstand Laadpomp
Alternatieven: Auto, Intermitterend
Bedrijfsstand Laadpomp tijdens koelen
Alternatieven: Auto, Intermitterend
Auto: De laadpomp draait volgens de huidige bedrijfsstand
van de SMO S40.
Intermitterend: De laadpomp start 20 seconden voordat de
compressor start en wordt uitgeschakeld 20 seconden na
de stop van de compressor.
NIBE SMO S40
MENU 7.1.2.4 - POMPSNELHEID LAADPOMP
Voer hier instellingen voor de snelheid van de laadpomp in
de huidige bedrijfsstand in, bijvoorbeeld de stand verwar-
ming of de stand warmwater. De aangesloten accessoires
bepalen welke bedrijfsstanden er kunnen worden gewijzigd.
Snelheidsregeling - Verwarming
Alternatieven: Auto/handmatig
Handmatig
Alternatief: aan/uit
Snelheid in stand-bymodus
Instelbereik: 1 – 100%
Snelheidsregeling - Zwembad
Handmatig
Alternatief: aan/uit
Handmatige snelheid, Zwembad
Instelbereik: 1 – 100%
Snelheidsregeling - Warmtapwater
Handmatig
Alternatief: aan/uit
Handmatige snelheid, Warmtapwater
Instelbereik: 1 – 100%
Snelheidsregeling laadpomp - Koeling
Handmatig
Alternatief: aan/uit
Actieve koeling.
Instelbereik: 1 – 100%
Laagst toegestane snelheid
Instelbereik: 1 – 50%
Hoogste toegestane snelheid
Instelbereik: 80 – 100%
Snelheidsregeling: Hier stelt u in of de laadpomp automatisch
of handmatig moet worden geregeld. Selecteer "Auto" voor
optimaal bedrijf.
Snelheid in stand-bymodus: Hier stelt u de snelheid van de
laadpomp tijdens de stand-bymodus in. De stand-bymodus
treedt op wanneer verwarming of koeling is toegestaan en
er op dat moment geen behoefte is aan compressorbedrijf
of elektrische bijverwarming.
Snelheidsregeling laadpomp: Hier stelt u in of de laadpomp
automatisch of via handmatige snelheidsregeling moet
worden geregeld. Selecteer "Auto" voor optimaal bedrijf.
Handmatige snelheid, laadpomp: Als u ervoor hebt gekozen
om de laadpomp handmatig aan te sturen, stelt u hier de
gewenste pompsnelheid in. (Instellingen beschikbaar per
vraag naar verwarming/zwembad/warmtapwater/koeling.)
Laagst toegestane snelheid: Hier kunt u de pompsnelheid
limiteren, zodat de laadpomp niet bij een lagere snelheid
dan de ingestelde waarde mag werken.
Hoofdstuk 9 | Regeling – Menu's
51
Advertenties
Inhoudsopgave
