Als een ruimtesensor sensor wordt gebruikt om de ruimte-
temperatuur in °C te veranderen en/of om de ruimtetempe-
ratuur te finetunen, moet de sensor worden geactiveerd in
menu 1.3 - "Instellingen ruimtesensor".
Als er een ruimtesensor wordt gebruikt in een kamer met
vloerverwarming, dient deze uitsluitend een weergavefunctie
te hebben en geen functie ter controle van de kamertempe-
ratuur.
AA100-X10
BT1
1
BT50
2
BT6
3
BT7
4
5
BT25
AA100-X11
LET OP!
Wijzigingen van temperatuur in de woning nemen
tijd in beslag. Korte perioden in combinatie met
vloerverwarming leveren bijvoorbeeld geen merk-
baar verschil op in de kamertemperatuur.
Puls energiemeter
Er kunnen maximaal drie elektriciteitsmeters (BE6, BE7, BE8)
of energiemeters voor verwarming (BF2, BF3, BF1) worden
aangesloten op SMO S40 via klemmenstrook en AA100-
X14:8-9, AA100-X14:10-11 en AA100-X14:6-7.
LET OP!
Het EMK accessoire wordt aangesloten op dezelfde
klemmenstroken als elektriciteitsmeters/energie-
meters.
SMO S40
Extern
BE3
5
+5V
6
7
0-5V
+5V
+5V
8
0-5V
9
AA100-X14
BE3
7
+5V
8
0-5V
9
+5V
+5V
10
0-5V
11
AA100-X14
BE3
5
+5V
+5V
6
0-5V
7
+5V
8
0-5V
9
AA100-X14
Activeer de meter(s) in menu 7.2 - "Instellingen accessoire"
en stel vervolgens de gewenste waarde ("Energie per puls"
of "Pulsen per kWh") in menu 7.2.19 -"Puls energiemeter" in.
20
Hoofdstuk 5 | Elektrische aansluitingen
BT50
BE6
BF2
BE7
BF3
BE8
BF1
Laadmonitor
Geïntegreerde vermogensregeling
SMO S40 is voorzien van een eenvoudige vorm van een ge-
ïntegreerde vermogensregeling, die de vermogenstrappen
voor de elektrische bijverwarming beperkt door te berekenen
of toekomstige vermogenstrappen kunnen worden aange-
sloten op de relevante fase zonder dat de stroom voor de
gespecificeerde hoofdzekering wordt overschreden. In ge-
vallen waarbij de stroom de gespecificeerde hoofdzekering
zou overschrijden, is de vermogenstrap niet toegestaan. De
waarde van de hoofdzekering van het gebouw is gespecifi-
ceerd in menu 7.1.9 - "Vermogensmonitor".
Vermogensregeling met stroomsensor
Als er in het gebouw veel stroomverbruikende producten
zijn ingeschakeld terwijl de elektrische bijverwarming in
bedrijf is, bestaat het risico dat de hoofdzekering van het
gebouw doorslaat. SMO S40 is voorzien van een vermogens-
regeling die, met behulp van een stroomsensor, de elektri-
sche stappen regelt voor de elektrische bijverwarming door
een herverdeling van de stroom tussen de verschillende fa-
sen of door de elektrische bijverwarming uit te schakelen
bij een overbelasting in een fase. Er wordt weer ingeschakeld
als het overige stroomverbruik afneemt.
LET OP!
Activeer voor een volledige functie fasedetectie
in menu 7.1.9, indien er stroomsensoren zijn geïn-
stalleerd.
Aansluiten van stroomsensoren
Voorzichtig!
Als de geïnstalleerde de lucht/water-warmtepomp
frequentiegeregeld is, wordt deze beperkt wanneer
alle vermogenstrappen worden losgekoppeld.
Om de stroom te meten, moet een stroomsensor worden
gemonteerd op iedere ingaande faseleiding in de verdeelkast.
De verdeelkast is een prima plek voor de installatie.
Sluit de stroomsensoren aan op een meeraderige kabel in
een behuizing direct naast de elektrische verdeelkast. De
meeraderige kabel tussen de behuizing en de SMO S40 moet
een kabeldikte van minimaal 0,5 mm² hebben.
NIBE SMO S40