Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Luchtkwaliteitsregeling (Aqc); Buitenlucht Gecompenseerde Ventilatie (Ocv) - Komfovent RHP STANDARD Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor RHP STANDARD:
Inhoudsopgave

Advertenties

Afvoerluchttemperatuurregeling – de kast selecteert automatisch de temperatuur van de toege-
voerde lucht om ervoor te zorgen dat de temperatuur van de afgevoerde lucht zo snel mogelijk wordt
bereikt en gehandhaafd. De ruimteluchttemperatuur wordt gemeten door een geïntegreerde afvoer-
luchttemperatuursensor.
Ruimtetemperatuurregeling – de kast selecteert automatisch de temperatuur van de toegevoerde
lucht om ervoor te zorgen dat de ruimtetemperatuur zo snel mogelijk wordt bereikt en gehandhaafd;
de ruimtetemperatuur wordt gemeten door een optionele sensor (0..10 V-signaal komt overeen met
het bereik van 0..50 °C). De ruimtetemperatuurregeling is alleen beschikbaar als geen van de volgende
functies tegelijkertijd is geactiveerd: AQC, OOD.
Balans – de temperatuur van de toegevoerde lucht blijft gelijk aan de temperatuur van de afgevoerde
lucht, daarom is het selecteren van een gewenste temperatuur in de ventilatiemodus niet mogelijk. De
ruimteluchttemperatuur wordt gemeten door een geïntegreerde afvoerluchttemperatuursensor.
Voor informatie over het selecteren van een temperatuurregelingsmethode zie hoofdstuk "Regeling
en instellingen".
Wanneer de warmtepomp in werking is en de vraag naar verwarming/koeling laag is
(vooral tijdens overgangsperioden – lente of herfst), kunnen variaties in de toevoertem-
peratuur optreden. Om de toevoertemperatuur te stabiliseren, raden wij aan in dit geval
te kiezen voor afvoerlucht- of binnentemperatuurregeling.

2.4. Luchtkwaliteitsregeling (AQC)

De functie luchtkwaliteitsregeling is bedoeld om de intensiteit van de ventilatie aan te passen aan de
kwaliteit van de binnenlucht. Wanneer de kwaliteit van de binnenlucht onder de door de gebruiker gede-
nieerde grens komt, wordt de intensiteit van de ventilatie geleidelijk verhoogd totdat de luchtkwaliteit
verbetert. Voor deze functie is een luchtkwaliteitssensor nodig die in het afvoerluchtkanaal of in de ruimte
is geïnstalleerd (zie "Installatiehandleiding").
De luchtkwaliteit kan worden geregeld door een van de volgende sensoren (het type van de sen-
sor wordt tijdens de bestelling geselecteerd of ingesteld in het menuonderdeel "Instellingen" van de
afstandsbediening):
Kooldioxide CO2.
Luchtkwaliteit VOCq, waarbij het maximale signaal overeenkomt met een goede luchtkwaliteit.
Luchtkwaliteit VOCp, waarbij het minimale signaal overeenkomt met een goede luchtkwaliteit.
Relatieve vochtigheid RH.
Temperatuur TMP.
De AQC-functie wordt geblokkeerd als een van de volgende functies tegelijkertijd wordt geactiveerd:
SNC, MTC, OCV.
Voor informatie over het activeren van deze functie en het instellen van een gehandhaafde luchtkwali-
teitswaarde, zie hoofdstuk "Regeling en instellingen".

2.5. Buitenlucht gecompenseerde ventilatie (OCV)

Deze functie past de intensiteit van de ventilatie aan de buitentemperatuur aan. Dit bespaart de energie
die nodig is voor het verwarmen of koelen van de lucht. De gebruiker stelt vier buitentemperaturen in (twee
voor de winter en twee voor de zomer) om deze functie te kunnen gebruiken. Zolang de buitentemperatuur
buiten de zomer- of wintertemperatuurlimieten ligt, blijft de kast in een op dat moment geactiveerde venti-
latiemodus draaien. De intensiteit van de ventilatie wordt evenredig met de stijgende (zomertemperatuur) of
dalende (wintertemperatuur) buitentemperatuur verminderd tot "Minimum luchtstroom".
UAB KOMFOVENT behoudt het recht om veranderingen door te voeren zonder dit vooraf kenbaar te maken
RHP STANDARD_user manual_24-06
7

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave