Veiligheid
• Gebruik het apparaat alleen met accessoires die toegelaten zijn voor
het apparaat en de sonicatieproducten, zoals een korf. Plaats geen
sonicatieproducten direct op de bodem van de oscillatietank. Een overzicht van
goedgekeurde accessoires vindt u in hoofdstuk 10 Goedgekeurde accessoires.
2.12 Beschadiging van het apparaat vermijden
• Gebruik bijtende preparaten uitsluitend in inzetreservoirs of inhangbakken.
Vermijd bij het werken met agressieve preparaten spatten in de contactvloeistof
of op het roestvrijstalen oppervlak. Vernieuw onmiddellijk verontreinigde
ultrasoonapparaatvloeistof. Maak oppervlakken schoon en wrijf ze droog.
• Bij gebruik van sterk zure preparaten kan de kogel van de kogelkraan worden
aangetast. De kogelkraan gaat lekken. Als het gebruik van een sterk zuur
reinigingsmiddel onvermijdelijk is, gebruik dan een roestvrijstalen kogelkraan.
• Gebruik het apparaat niet zonder sonicatievloeistof in de oscillatietank. Let er in
het bijzonder op dat de verwarming is uitgeschakeld als de oscillatietank leeg is.
Het peil moet bij of net boven de peilmarkering liggen.
2.13 Storing in draadloze communicatie
Het apparaat kan interfereren met andere apparaten voor draadloze communicatie
in de directe omgeving, zoals:
• Mobiele telefoons,
• WLAN-apparaten,
• Bluetooth-apparaten.
Als er storingen optreden in de werking van een draadloos apparaat, verhoog dan
de afstand tot het apparaat.
Het apparaat voldoet aan de eisen voor apparaten van klasse B volgens EN 55011.
12 / 52
1686-002 nl/2024-09