WAARSCHUWING
Zonder aangebrachte grasgeleider, buizen of
complete grasvanger kunnen u of anderen
in aanraking komen met het maaimes of
uitgeworpen voorwerpen. Contact met
het draaiende maaimes en uitgeworpen
voorwerpen kan lichamelijk of dodelijk letsel
veroorzaken.
• Monteer altijd de grasgeleiders als u het
grasvangsysteem verwijdert en als u
overschakelt op zijafvoer.
• Een beschadigde grasgeleider moet direct
worden vervangen. De grasgeleider voert
maaisel af naar het gazon.
• Steek nooit uw handen of voeten onder het
maaidek.
• Probeer nooit het afvoersysteem of
de maaimessen te reinigen zonder
eerst de aftakas uit te schakelen en
het contactsleuteltje op Uit te draaien.
Verwijder verder het contactsleuteltje en
trek de bougiekabel van de bougie(s).
• Zet de motor uit voordat u de afvoertunnel
ontstopt.
VOORZICHTIG
Kinderen of omstanders kunnen letsel
oplopen als zij de machine verplaatsen of
proberen te bedienen terwijl deze onbeheerd
staat.
Verwijder altijd het sleuteltje uit het contact en
stel de parkeerrem in werking wanneer u de
machine onbeheerd achterlaat, ook al is het
slechts voor een paar minuten.
Stand van verstelbare
afvoerplaat instellen.
Stel de afvoerplaat in op stand B (de middelste
stand) om gras te vangen. Raadpleeg de
Gebruikershandleiding van de machine.
Graszakken leegmaken
De graszakken kunnen zwaar worden als ze vol zijn.
Ga voorzichtig te werk als u een volle graszak optilt of
leegmaakt.
1.
Parkeer de maaimachine op een horizontaal
oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de
parkeerrem in werking.
2.
Koppel de vergrendeling van de grasvanger los.
3.
Open de kap van de grasvanger.
4.
Druk het maaisel in de graszakken samen. Til
de graszak met beide handen omhoog en haak
deze los van de beugel.
5.
Pak de handgreep aan de onderzijde van de
graszak vast en kantel de graszak om deze te
legen
(Figuur
22
Figuur 39
40).
g000947