13
De bandenspanning
controleren
Geen onderdelen vereist
Procedure
Opmerking:
Pas de bandenspanning aan op het
extra gewicht.
Controleer de bandenspanning in de voorste
zwenkwielen en achterwielen en pas deze indien
nodig aan
(Figuur
38).
Spanning in de achterbanden: 1,38 bar
Spanning in de voorste zwenkwielen: 1,72 bar
Figuur 38
Gebruiksaanwijzing
Opmerking:
bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de
machine.
Belangrijk:
Stel de parkeerrem in werking als u
de machine onbeheerd achterlaat, zelfs als het
maar voor een paar minuten is.
WAARSCHUWING
Om lichamelijk letsel te voorkomen, moet u de
volgende richtlijnen in acht nemen:
• Zorg ervoor dat u bekend bent
met alle gebruiksaanwijzingen
en veiligheidsinstructies in de
Gebruikershandleiding voor uw machine
voordat u dit werktuig gaat gebruiken.
• Verwijder de grasvanger of de slangen van
de grasvanger nooit terwijl de motor loopt.
• Zet altijd de motor af en wacht totdat
alle bewegende delen tot stilstand zijn
gekomen voordat u een verstopping uit het
opvangsysteem verwijdert.
• Verricht nooit onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden als de motor
loopt.
• Stel de parkeerrem in werking.
g001055
21
Bepaal vanuit de normale