Zet de spanning weer op het systeem;
➠
Het is verstandig om te meten of het gewenste drukverschil wordt gehaald en pas hierna de boezem of een koof om
!Tip
het afvoersysteem dicht te bouwen.
Dit hoeft niet met een brandend toestel, maar kan ook op 'lucht' .
Dit voorkomt dat bij problemen de boezem opengebroken moet worden.
8.
Afstellen toestel
In dit hoofdstuk staan de technische specificaties die nodig zijn om het powervent® systeem goed te laten functi-
oneren in combinatie met het toestel. In bijlage 2, tabel 3 zijn de voorwaarden opgenomen; de voorwaarden zijn
afhankelijk van het toesteltype. het toestel moet geïnstalleerd worden zonder luchtinlaatgeleider(s) en zonder de
restrictieschuif die bij het toestel wordt geleverd.
!Let op
Raadpleeg de meest recente installatiehandleiding van het toestel voor eventuele extra afstellingen. De meest recente
installatiehandleiding is te vinden op www.druservice.com.
8.1 Uitgangspunten
het toepassen van het powervent-systeem is toegestaan tot een bepaalde maximum lengte.
!Let op
Elke bocht wordt gerekend als 2 meter. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen 45° en 90° graden bochten.
Bijvoorbeeld: volgens tabel 3 in bijlage 2 is de maximaal toegestane lengte bij de Milo 36 meter. Indien er drie boch-
ten worden gebruikt, mag maximaal 30 meter concentrische pijp worden aangesloten.
8.2 Toelichting tabel
hieronder staat de indeling van tabel 3 in bijlage 2 nader toegelicht.
8.2.1 Toesteltype
In deze kolom staan de toestellen die geschikt zijn om op powervent® aan te sluiten.
8.2.2 Drukverschil
deze kolom geeft het drukverschil, in pascal, dat ingesteld moet worden op de instelunit.
8.2.3 Minimum lengte
In deze kolom staat de minimum lengte van het powervent® systeem, in meters, die nodig is om te voorkomen dat
de ventilator defect raakt.
!Let op
De minimum lengte is de reële lengte in meters concentrische pijp. Hierbij mogen de bochten NIET meegerekend
worden (2 meter is 1 bocht).
Bij een onderdakse oplossing met muur- of dakdoorvoer mag er tussen de ventilatorunit en de muur- of dakdoorvoer
maximaal 1 meter concentrische pijp worden geplaatst. Deze meter NIET meerekenen bij het bepalen van de minimale
lengte concentrische pijp.
8.2.4 Maximum lengte
In deze kolom staat de maximum lengte van het powervent® systeem vermeld. de maximum lengte is de reële
lengte in meters pijp.
Bij een onderdakse oplossing met muur- of dakdoorvoer mag er tussen de ventilatorunit en de muur- of dakdoor-
voer maximaal 1 meter concentrische pijp worden geplaatst. deze meter weL meerekenen bij het bepalen van de
maximale lengte concentrische pijp. ook de bocht bij de muurdoorvoer (telt voor 2 meter) wordt meegerekend.
de muurdoorvoer wordt daarentegen NIet meegerekend.
8.2.5 Lengte condensopvang
als verbrandingsgassen over een grote lengte worden getransporteerd, kunnen deze afkoelen tot onder het dauw-
punt en kan er condensatie optreden. het gevormde condenswater dient afgevoerd te worden via een condens-
opvang.
vanaf een bepaalde lengte moet een condensopvang geplaatst worden. het betreft de reële lengte in meters pijp.
Gebruik een condensopvang met stankafsluiter.
➠
NL
1 2
®
p o w e r v e N t
- I N s ta L L at I e h a N d L e I d I N g