nl Functies
6 Functies
U kunt uw apparaat gebruiken in de luchtafvoermodus
of in de luchtcirculatiemodus.
6.1 Gebruik met afvoerlucht
De aangezogen lucht wordt door de vetfilters gereinigd
en via een buizensysteem naar de buitenlucht afge-
voerd.
De lucht mag niet worden afgevoerd in
een schoorsteen die wordt gebruikt
voor afvoergassen van apparaten be-
stemd voor het verbranden van gas of
andere brandstoffen (dit geldt niet voor
ventilatieapparatuur).
¡ Komt de afvoerlucht terecht in een
rook- of afvoergasschoorsteen die
niet in gebruik is, dan dient hiervoor
toestemming van een vakbekwame
schoorsteenveger te worden verkre-
gen.
¡ Wordt de afvoerlucht door de buiten-
muur geleid, dan raden wij u aan
een telescoop-muurkast te gebrui-
ken.
7 Voor het eerste gebruik
Houd de volgende adviezen aan.
7.1 Apparaat voorbereiden
Voor een correcte werking moet u de componenten in
deze volgorde plaatsen:
De filters plaatsen.
1.
Het metalen vetfilter plaatsen.
2.
Opmerking: Het apparaat nooit zonder metalen vetfilter
en overloopreservoir gebruiken.
8 De Bediening in essentie
8.1 Kookplaat inschakelen
aanraken.
▶
Er klinkt een signaal en de indicatie naast
a De kookplaat is klaar voor gebruik.
ReStart
Wanneer u het apparaat binnen 4 seconden na het
▶
uitschakelen weer inschakelt, treedt de kookplaat in
werking met de vorige instellingen.
8.2 De kookplaat uitschakelen
aanraken tot de indicaties doven.
▶
a Alle kookzones zijn uitgeschakeld.
Opmerking: Wanneer alle kookzones langer dan
20 seconden uitgeschakeld zijn, dan schakelt de kook-
plaat uit.
10
6.2 Gebruik met circulatielucht
De aangezogen lucht wordt door de vetfilters en een
geurfilter gereinigd en weer teruggeleid in de ruimte.
7.2 Functie instellen
Het apparaat wordt geleverd met vooringestelde circu-
latiefunctie.
Wanneer uw kookplaat met luchtafvoer naar buiten is
geïnstalleerd, moet u de instelling op deze modus
configureren. Meer informatie kunt u vinden in hoofd-
stuk
→ "Basisinstellingen", Pagina 15
8.3 De vermogensstand in de kookzones
instellen
brandt.
De kookzone heeft 17 vermogensstanden, die van tot
met tussenwaarden worden weergegeven. Voor het
product en het geplande bereidingsproces de meest
geschikte vermogensstand kiezen.
Om de kookzone te kiezen op
1.
a Op het display brandt en daaronder het symbool
.
Kies in het instelbereik de gewenste kookstand.
2.
a De vermogensstand is ingesteld.
Opmerking: Wanneer er geen kookgerei op de kook-
plaat staat, of de pan niet geschikt is, dan knippert de
gekozen vermogensstand. Na een bepaalde tijd wordt
de kookzone uitgeschakeld.
Om geurtjes te voorkomen bij het ge-
bruik van circulatielucht, dient u een
geurfilter te monteren. De verschillende
manieren om het apparaat met circula-
tielucht te gebruiken, vindt u in onze ca-
talogus of kunt u navragen bij uw speci-
aalzaak. Het daartoe benodigde toebe-
horen is verkrijgbaar bij de speciaal-
zaak, de klantenservice of in de online-
shop.
tippen.