2007-01
Elektrische aansluiting
De ketel werkt met binaire vermogenstrappen. Door in- of
uitschakeling van de 3 of 4 vermogensgroepen zijn respectievelijk 7
of 15 trappen beschikbaar. Alleen 15-traps ketels hebben een vierde
vermogensgroep. De tabel toont hoe het systeem werkt.
Oververhittingsbeveiliging
De ketel heeft 1 of 2 oververhittingsbeveiligingscircuits die de ketel
uitschakelen als de temperatuur boven 100° C komt. U kunt de
circuits op het bedieningspaneel van de ketel resetten als de
keteltemperatuur tot ca. 80° C is gedaald. Zie ook: 'Resetten na
alarm met prioriteit 1'.
Oververhittingsbeveiliging controleren
De oververhittingsbeveiliging beschikt over een temperatuurschaal.
Draai de afschakeltemperatuur naar 95° C.
Stel de keteltemperatuur in op 95° C.
Komt de keteltemperatuur op circa 90° C, dan wordt het debiet
gereduceerd. Komt de temperatuur boven 95° C, dan wordt de
oververhittingsbeveiliging geactiveerd.
Stel de afschakeltemperatuur weer in op 100° C.
Als alternatief kunt u de voeler van de oververhittingsbeveiliging uit
de buis nemen en voorzichtig opwarmen met een heteluchtpistool
tot de beveiliging wordt geactiveerd.
1. Capillair
2. Temperatuurschaal
3. Instelschroef
Alarmen
Prioriteit 1.
De ketel slaat af, de hoofdschakelaar slaat uit
en een alarmindicator licht op:
- Oververhittingsbeveiliging geactiveerd
- Externe beveiliging geactiveerd
Prioriteit 2.
De ketel slaat af en een alarmindicator licht op:
- PEC
- STOP-schakelaar
- Laag waterniveau
- Storing in de temperatuurvoeler
De tabel 'Problemen oplossen' (pagina 20) geeft aan hoe de diverse
alarmen worden weergegeven en hoe u deze kunt oplossen.
Afbeeldingen kunnen afwijken van het feitelijke product
Bediening en onderhoud
Resetten na een alarm met prioriteit '1'.
Bepaal de oorzaak van het alarm: de oververhittingsbeveiliging of
de externe beveiliging. Beide units beschikken over een reset-
functie, die u moet bevestigen voordat u de ketel kunt resetten.
Zet de keuzeschakelaar van de ketel op 'RESET ALARM' (Alarm
resetten).
Zet de hoofdschakelaar van de ketel eerst in stand 'O' en
vervolgens in stand 'I'.
Zet de keuzeschakelaar van de ketel in de gewenste stand.
De ketel moet nu in werking zijn. Is het alarm nog steeds
geactiveerd, dan heeft u de unit die het alarm heeft veroorzaakt
nog niet gereset.
Resetten na een alarm met prioriteit '2'.
Bepaal de oorzaak van het alarm en hef de storing op.
Zet de keuzeschakelaar van de ketel op 'RESET ALARM' (Alarm
resetten).
Zet de keuzeschakelaar van de ketel in de gewenste stand.
De ketel moet nu in werking treden. Is het alarm nog steeds
geactiveerd, dan is de oorzaak van het alarm niet opgeheven.
Ketel uitschakelen
U kunt de ketel het beste uitschakelen (bijvoorbeeld in de zomer)
door de keuzeschakelaar op Stand-by
zetten.
In Stand-by is het vermogen van de ketel aan en zijn alle alarmen
werkzaam.
In de Pomp-interval stand laat het scherm
interval houdt in dat de ketel uit staat, maar dat de circulatiepomp
dagelijks enkele minuten draait.
EPNG
of op Pomp-interval
te
zien. Pomp-
19