Energiebeheer
Accu
Accu opladen
U kunt als volgt de accuwerktijd verlengen en de nauwkeurigheid
van de weergave van de acculading optimaliseren:
■
Als u een nieuwe accu oplaadt, doet u het volgende:
❏
❏
■
Als u een in gebruik zijnde accu oplaadt, doet u het volgende:
❏
❏
Een accu in de notebookcomputer wordt opgeladen als de
computer is aangesloten op een externe voedingsbron via een
netvoedingsadapter, een optioneel dockingapparaat of een
optionele auto- of vliegtuigadapter.
U kunt een in de notebookcomputer geplaatste accu opladen
wanneer de computer in gebruik is of uitstaat, maar het opladen
verloopt sneller als de computer uitstaat. Het opladen kan langer
duren wanneer de accu nieuw is, langer dan twee weken niet is
gebruikt, of veel warmer of kouder is dan de normale
kamertemperatuur.
Het acculampje geeft de status van de acculading als volgt aan:
■
Aan: de accu wordt opgeladen.
■
Knipperend: de accu is bijna leeg en wordt niet opgeladen.
■
Uit: de accu is volledig opgeladen of niet geplaatst.
Raadpleeg het gedeelte
voor meer informatie over het vaststellen van de acculading.
2–16
Laad de accu op terwijl de notebookcomputer is
aangesloten op een externe voedingsbron via de
netvoedingsadapter.
Laad de accu volledig op.
Laad de accu pas op wanneer deze door normaal gebruik
is ontladen tot ongeveer 10 procent van de volledige
lading.
Laad de accu volledig op.
"Acculading controleren"
Handleiding voor de hardware en software
in dit hoofdstuk