Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Handleiding voor
de hardware en software
HP notebookcomputers
Artikelnummer: 375424-331
Maart 2005
In deze handleiding vindt u een beschrijving van de meeste
hardware- en softwarevoorzieningen die beschikbaar zijn op de
notebookcomputer en aanwijzingen voor het gebruik daarvan.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor HP dv4000

  • Pagina 1 Handleiding voor de hardware en software HP notebookcomputers Artikelnummer: 375424-331 Maart 2005 In deze handleiding vindt u een beschrijving van de meeste hardware- en softwarevoorzieningen die beschikbaar zijn op de notebookcomputer en aanwijzingen voor het gebruik daarvan.
  • Pagina 2 De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties die voor HP producten en diensten worden gegeven, worden uiteengezet in de uitdrukkelijke garantievoorwaarden bij de desbetreffende producten en diensten. Aan de informatie in deze handleiding kunnen geen rechten worden ontleend.
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Onderdelen herkennen Onderdelen aan de bovenkant ....1–2 Toetsen ........1–2 Touchpad .
  • Pagina 4 Inhoudsopgave Energiebeheer Voedingsbronnen ......2–2 Standbystand en hibernationstand ....2–3 Standbystand.
  • Pagina 5 Inhoudsopgave Toetsenbord en touchpad Touchpad ........3–2 Onderdelen van het touchpad .
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Schijfeenheden Onderhoud van schijfeenheden ....5–1 Primaire vaste schijf verwijderen....5–3 Primaire vaste schijf terugplaatsen .
  • Pagina 7 Inhoudsopgave USB-apparatuur Wat is USB?........9–1 USB-apparaten gebruiken ..... . . 9–2 Besturingssysteem en software .
  • Pagina 8 Windows-wachtwoorden ....12–7 HP beheerderswachtwoord ..... 12–9 HP beheerderswachtwoord instellen.
  • Pagina 9 Inhoudsopgave 14 Software-updates en herstel van software Software-updates ......14–1 Voordat u een software-update uitvoert ..14–2 Update downloaden en installeren .
  • Pagina 10 Inhoudsopgave 17 Specificaties Omgevingsvereisten......17–1 Nominaal ingangsvermogen ....17–2 In- en uitgangssignalen van de dockingpoort (alleen bepaalde modellen) .
  • Pagina 11: Onderdelen Herkennen

    Microsoft® Windows®. Bij gebruik van QuickPlay (alleen bepaalde modellen) kunnen sommige onderdelen een andere werking hebben. Raadpleeg de HP QuickPlay User Guide (HP QuickPlay - Gebruikers- handleiding) voor meer informatie. Handleiding voor de hardware en software 1–1...
  • Pagina 12: Onderdelen Aan De Bovenkant

    Onderdelen herkennen Onderdelen aan de bovenkant Toetsen Onderdeel Beschrijving Functietoetsen Hiermee kunt u systeem- en applicatietaken (12)* uitvoeren. U kunt de functietoetsen gebruiken in combinatie met de toets fn om hotkeys te vormen waarmee u extra taken kunt uitvoeren. Windows-logotoets Hiermee geeft u het menu Start van Microsoft® Windows®...
  • Pagina 13 Onderdelen herkennen Onderdeel Beschrijving Toetsen van Deze toetsen kunt u laten werken als de toetsen geïntegreerd op een extern numeriek toetsenblok. numeriek toetsenblok (15) Windows- Hiermee opent u een snelmenu voor opties onder applicatietoets de aanwijzer. Raadpleeg "Hotkeys" hoofdstuk 3, "Toetsenbord en touchpad", voor meer informatie.
  • Pagina 14: Touchpad

    Onderdelen herkennen Touchpad Onderdeel Beschrijving Touchpad* Hiermee verplaatst u de aanwijzer. Linkerknop van het Deze knop heeft dezelfde functie als touchpad* de linkerknop op een externe muis. Rechterknop van het Deze knop heeft dezelfde functie als touchpad* de rechterknop op een externe muis. Verticale schuifzone van Hiermee schuift u de weergave in een het touchpad*...
  • Pagina 15: Aan/Uit-Voorzieningen

    Onderdelen herkennen Aan/uit-voorzieningen Al naar gelang uw notebookmodel kan de locatie van de aan/uit/standby-knop verschillen. Onderdeel Beschrijving Aan/uit/standby- Deze knop werkt als volgt: knop* ■ Als de notebookcomputer uit staat, drukt u op deze knop om de computer te starten. ■...
  • Pagina 16 Onderdelen herkennen Onderdeel Beschrijving Beeldscherm- Deze schakelaar activeert de standbystand als u de schakelaar* notebookcomputer dichtdoet. *In deze tabel worden de standaardinstellingen beschreven. Raadpleeg "Overige voorkeuren voor energiebeheer instellen" hoofdstuk 2, "Energiebeheer" voor informatie over het wijzigen van de werking van de beeldschermschakelaar of de aan/uit/standby-knop.
  • Pagina 17: Knoppen

    Onderdelen herkennen Knoppen Al naar gelang uw notebookmodel kunnen de locaties van knoppen verschillen. Onderdeel Beschrijving Quick Launch-knoppen Hiermee start u standaardapplicaties (alleen bepaalde modellen) voor multimedia, digitale beeldbewerking of muziek (per model verschillend). Raadpleeg "Quick Launch-knoppen gebruiken (alleen bepaalde modellen)" hoofdstuk 3, "Toetsenbord en touchpad", als u een andere applicatie wilt toewijzen aan een Quick...
  • Pagina 18 Onderdelen herkennen Onderdeel Beschrijving Knop voor draadloze Met deze knop kunt u de apparatuur voor draadloze communicatie in- en communicatie (alleen uitschakelen, maar geen draadloze bepaalde modellen) verbinding tot stand brengen. ✎ Als u een draadloze verbinding tot stand wilt brengen, moet er al een draadloos netwerk zijn ingesteld.
  • Pagina 19: Lampjes

    Onderdelen herkennen Lampjes Al naar gelang uw notebookmodel kunnen de locaties van lampjes verschillen. Onderdeel Beschrijving Aan/uit/standby-lampje Aan: de notebookcomputer staat aan. Knipperend: de notebookcomputer staat in de standbystand. Uit: de notebookcomputer is uitgeschakeld of staat in de hibernationstand. Lampje voor draadloze Aan: een of meer geïntegreerde apparaten voor draadloze communicatie zijn communicatie (alleen...
  • Pagina 20 Onderdelen herkennen Onderdeel Beschrijving Lampje voor het Aan: het geluid is uitgeschakeld. uitschakelen van het geluid Num lock-lampje Aan: num lock of het geïntegreerde numerieke toetsenblok is ingeschakeld. Caps lock-lampje Aan: caps lock is ingeschakeld. 1–10 Handleiding voor de hardware en software...
  • Pagina 21: Antennes Voor Draadloze Communicatie (Alleen Bepaalde Modellen)

    Onderdelen herkennen Antennes voor draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) Onderdeel Beschrijving Antennes (2)* Hiermee worden signalen van apparatuur voor draadloze communicatie verzonden en ontvangen. Å Blootstelling aan radiofrequente straling. Het uitgestraalde vermogen van dit apparaat ligt onder de limieten voor blootstelling aan radiofrequente straling die de Amerikaanse overheidsinstelling FCC heeft gesteld.
  • Pagina 22: Onderdelen Aan De Voorkant

    Onderdelen herkennen Onderdelen aan de voorkant Luidsprekers, beeldschermontgrendelingsknop en infraroodlens voor consumentenelektronica Onderdeel Beschrijving Infraroodlens (IR) voor Hiermee wordt de verbinding tussen de consumentenelektronica notebookcomputer en een optionele (alleen bepaalde afstandsbediening tot stand gebracht. modellen) Stereoluidsprekers (2) Deze luidsprekers zorgen voor stereogeluid.
  • Pagina 23: Lampjes

    Onderdelen herkennen Lampjes Onderdeel Beschrijving Aan/uit/standby-lampje Aan: de notebookcomputer staat aan. Knipperend: de notebookcomputer staat in de standbystand. Uit: de notebookcomputer is uitgeschakeld of staat in de hibernationstand. Acculampje Aan: de accu wordt opgeladen. Knipperend: de accu is bijna leeg. Uit: de accu is volledig opgeladen of niet geplaatst.
  • Pagina 24: Onderdelen Aan De Linkerkant

    Onderdelen herkennen Onderdelen aan de linkerkant Poorten en ingangen/uitgangen Al naar gelang uw notebookmodel kunnen de locaties van onderdelen verschillen. Raadpleeg de volgende afbeeldingen. Onderdeel Beschrijving Netvoedingsconnector Hierop sluit u de netvoedingsadapterkabel aan. RJ-11-modemconnector Hierop sluit u de modemkabel aan. RJ-45-netwerkconnector Hierop sluit u een netwerkkabel aan (niet meegeleverd)
  • Pagina 25 Onderdelen herkennen Onderdeel Beschrijving Dockingpoort 2 (alleen Hiermee sluit u de notebookcomputer aan bepaalde modellen) op een optioneel dockingapparaat. ✎ De notebookcomputer heeft slechts één dockingpoort. De term dockingpoort 2 duidt op het type dockingpoort. ✎ Raadpleeg "In- en uitgangssignalen van de dockingpoort (alleen bepaalde modellen)"...
  • Pagina 26: Slots Voor Media En Geheugenkaarten

    Onderdelen herkennen Slots voor media en geheugenkaarten Al naar gelang uw notebookmodel kunnen de locaties van onderdelen verschillen. Raadpleeg de volgende afbeeldingen. Onderdeel Beschrijving Slot voor digitale media Dit slot ondersteunt de volgende (alleen bepaalde modellen) optionele digitale geheugenkaarten: SD-geheugenkaart (Secure Digital), SD I/O-kaart, Memory Stick, Memory Stick Pro, MultiMediaCard, xD-Picture Card en SmartMedia.
  • Pagina 27: Onderdelen Aan De Rechterkant

    Onderdelen herkennen Onderdelen aan de rechterkant Al naar gelang uw notebookmodel kunnen de locaties van onderdelen verschillen. Raadpleeg de volgende afbeeldingen. Onderdeel Beschrijving Optische-schijfeenheid Hierin kunt u een optische schijf plaatsen, zoals een cd of dvd. Audio-uitgang Hierop kunt u een optionele hoofdtelefoon (hoofdtelefoon) of stereoluidsprekers met versterking aansluiten.
  • Pagina 28 Onderdelen herkennen Onderdeel Beschrijving USB-poorten Hierop sluit u optionele USB-apparatuur aan. ✎ Het aantal USB-poorten verschilt per model. Monitorpoort Hierop sluit u een optionele VGA-monitor of projector aan. S-video-uitgang Hierop kunt u de videofunctie van een optioneel S-videoapparaat aansluiten, zoals een televisie, videorecorder of video-opnamekaart.
  • Pagina 29: Onderdelen Aan De Onderkant

    Onderdelen herkennen Onderdelen aan de onderkant Mini-PCI/geheugenmodule-compartiment Onderdeel Beschrijving ■ Hierin kunt u een optionele draadloos- netwerk- Mini-PCI/geheugen- module-compartiment adapter plaatsen (alleen bepaalde modellen). Ä Installeer alleen een mini-PCI-apparaat dat is goedgekeurd voor gebruik in uw notebookcomputer door de overheids- instantie die verantwoordelijk is voor draadloze-communicatieapparatuur in uw land.
  • Pagina 30: Ruimtes, Accu-Ontgrendeling En Ventilatieopeningen

    Onderdelen herkennen Ruimtes, accu-ontgrendeling en ventilatieopeningen Onderdeel Beschrijving Vaste-schijfruimte Hierin bevindt zich de interne vaste schijf. Ventilatieopeningen (4) Deze openingen zorgen voor luchtkoeling van de interne onderdelen. Ä Blokkeer de ventilatieopeningen niet, om oververhitting te voorkomen. Zorg ervoor dat de luchtcirculatie niet wordt geblokkeerd door een voorwerp van hard materiaal (zoals een printer) of een voorwerp van...
  • Pagina 31: Extra Hardwareonderdelen

    Onderdelen herkennen Extra hardwareonderdelen In de volgende afbeelding en tabel worden de aanvullende onderdelen die bij de notebookcomputer worden geleverd, afgebeeld en beschreven. Onderdeel Beschrijving Netvoedingsadapter Hiermee wordt netvoeding omgezet in gelijkstroom. Netsnoer* Hiermee sluit u een netvoedingsadapter aan op een stopcontact. Accu Hiermee kunt u de notebookcomputer op accuvoeding laten werken als de...
  • Pagina 32 Onderdelen herkennen Onderdeel Beschrijving Modemkabel* Hiermee sluit u een modem aan op een RJ-11-telefoonaansluiting of op een landspecifieke modemadapter. Landspecifieke Hiermee wordt de modemkabel modemadapter geschikt gemaakt voor telefoon- (meegeleverd indien aansluitingen van een ander type vereist, afhankelijk dan RJ-11. van land/regio)* *Het uiterlijk van netsnoeren, modemkabels en modemadapters verschilt per regio en land.
  • Pagina 33: Aanvullende Onderdelen

    Onderdelen herkennen Aanvullende onderdelen Optische schijven Bij alle notebookmodellen wordt software meegeleverd op optische schijven, zoals cd's of dvd's. ■ De software in de verpakking "Required for Setup" (Benodigd voor installatie) is niet vooraf geïnstalleerd op de notebookcomputer. Al naar gelang de manier waarop u de notebookcomputer wilt gebruiken, kunt u sommige of alle applicaties installeren.
  • Pagina 34: Labels

    Onderdelen herkennen Labels De labels die zijn aangebracht op de notebookcomputer, bieden informatie die u nodig kunt hebben wanneer u problemen met het systeem probeert op te lossen of wanneer u de notebookcomputer in het buitenland gebruikt. ■ Servicelabel: bevat de productnaam, het productnummer (P/N) en het serienummer (S/N) van de notebookcomputer.
  • Pagina 35 Onderdelen herkennen ■ Labels met keurmerken voor apparatuur voor draadloze communicatie: sommige notebookmodellen zijn uitgerust met een optionele draadloos-netwerkadapter en/of een optioneel Bluetooth®-apparaat. Als uw notebookmodel is uitgerust met een of meer apparaten voor draadloze communicatie, is de notebookcomputer voorzien van een keurmerk met informatie over de voorschriften voor elk apparaat en goedkeuringen voor bepaalde landen waarin het apparaat is goedgekeurd voor gebruik.
  • Pagina 36: Energiebeheer

    Dit hoofdstuk bevat informatie over de voedingsvoorzieningen van de notebookcomputer bij gebruik van Windows. Bij gebruik van QuickPlay (alleen bepaalde modellen) kunnen de voedingsvoorzieningen een andere werking hebben. Raadpleeg de HP QuickPlay User Guide (HP QuickPlay - Gebruikers- handleiding) voor meer informatie. ✎ Raadpleeg hoofdstuk 1, "Onderdelen herkennen"...
  • Pagina 37: Voedingsbronnen

    Energiebeheer Voedingsbronnen U kunt voor de notebookcomputer een interne of een externe voedingsbron gebruiken. In de volgende tabel ziet u welke voedingsbronnen het meest geschikt zijn voor een aantal veelvoorkomende taken. Activiteit Aanbevolen voedingsbron ■ Opgeladen accu in de Met de meeste applicaties werken notebookcomputer ■...
  • Pagina 38: Standbystand En Hibernationstand

    Energiebeheer Standbystand en hibernationstand De standbystand en de hibernationstand zijn energiebesparende voorzieningen die het stroomverbruik verminderen en de opstarttijd verkorten. Deze voorzieningen kunnen door u of automatisch (door het systeem) worden geactiveerd. Raadpleeg "Standbystand of hibernationstand activeren of notebookcomputer afsluiten", verderop in dit hoofdstuk voor informatie over het gebruik van de verschillende instellingen.
  • Pagina 39: Hibernationstand

    Energiebeheer Hibernationstand Ä VOORZICHTIG: Als de configuratie van de notebookcomputer wordt gewijzigd terwijl de computer in de hibernationstand staat, kan de hibernationstand mogelijk niet worden beëindigd. Houd u aan de volgende richtlijnen wanneer de hibernationstand is geactiveerd: ■ Sluit de notebookcomputer niet aan op of koppel deze niet los van een dockingapparaat.
  • Pagina 40: Standbystand Of Hibernationstand Activeren Of Notebookcomputer Afsluiten

    Energiebeheer Standbystand of hibernationstand activeren of notebookcomputer afsluiten In de volgende gedeelten wordt uitgelegd wanneer u de standby- stand of hibernationstand moet activeren en wanneer u de notebookcomputer moet afsluiten. Wanneer u stopt met werken op de notebookcomputer ■ Wanneer de standbystand wordt geactiveerd, wordt het scherm gewist en wordt er minder energie verbruikt dan wanneer u de notebookcomputer aan laat staan.
  • Pagina 41 Energiebeheer Wanneer de voedingsbron onbetrouwbaar is Zorg ervoor dat de hibernationvoorziening is ingeschakeld, vooral als de notebookcomputer op accuvoeding werkt en er geen externe voedingsbron beschikbaar is. Als de accu uitvalt, zorgt de hibernationvoorziening ervoor dat uw werk wordt opgeslagen in een hibernationbestand en dat de notebookcomputer wordt afgesloten.
  • Pagina 42: Wanneer U Werkt Met Infraroodcommunicatie Of Media In Schijfeenheden

    Energiebeheer Wanneer u werkt met infraroodcommunicatie of media in schijfeenheden Ä VOORZICHTIG: Activeer de standbystand of de hibernationstand niet wanneer in de schijfeenheden media in gebruik zijn. Als u dat wel doet, gaat dit ten koste van de kwaliteit van de video en audio of van de afspeelfunctionaliteit.
  • Pagina 43: Standaardinstellingen Voor Energiebeheer

    Energiebeheer Standaardinstellingen voor energiebeheer In de volgende tabellen vindt u de fabrieksinstellingen voor energiebeheer van de notebookcomputer. Veel van deze instellingen kunt u wijzigen. Raadpleeg "Opties voor energiebeheer", verderop in dit hoofdstuk voor meer informatie over het wijzigen van de instellingen voor energiebeheer. Notebookcomputer in- en uitschakelen Activiteit Procedure...
  • Pagina 44: Standbystand Activeren Of Beëindigen

    Energiebeheer Standbystand activeren of beëindigen Activiteit Procedure Resultaat ■ Het aan/uit/standby- De standbystand Terwijl de notebookcomputer is activeren. ingeschakeld, voert u een van de lampje knippert. volgende acties uit: ■ Het scherm is leeg. ■ Druk op de hotkey fn+f5. ■...
  • Pagina 45: Hibernationstand Activeren Of Beëindigen

    Energiebeheer Hibernationstand activeren of beëindigen Activiteit Procedure Resultaat ■ Het aan/uit/standby- Terwijl de notebookcomputer is hibernationstand ingeschakeld, voert u een van de lampje gaat uit. activeren. volgende acties uit: ■ Het scherm is leeg. ■ Druk kort op de aan/uit/standby-knop. ■...
  • Pagina 46: Noodprocedures Voor Het Afsluiten Van De Notebookcomputer

    Energiebeheer Noodprocedures voor het afsluiten van de notebookcomputer Ä VOORZICHTIG: Noodprocedures voor afsluiten resulteren in het verlies van niet-opgeslagen gegevens. Als de notebookcomputer niet reageert en het niet mogelijk is de normale afsluitprocedures te gebruiken, kunt u de volgende noodprocedures proberen uit te voeren in de onderstaande volgorde: ■...
  • Pagina 47: Wachtwoord Voor De Standbystand Instellen

    Energiebeheer Wachtwoord voor de standbystand instellen U kunt instellen dat om uw Microsoft® Windows®-gebruikerswachtwoord wordt gevraagd wanneer de standbystand wordt beëindigd. U stelt het vragen om een wachtwoord als volgt in: 1. Selecteer Start > Configuratiescherm > Prestaties en onderhoud > Energiebeheer > tabblad Geavanceerd. 2.
  • Pagina 48 Energiebeheer Als u de werking van de aan/uit/standby-knop, de hotkey fn+f5 of de beeldschermschakelaar wilt wijzigen, gaat u als volgt te werk: 1. Selecteer Start > Configuratiescherm > Prestaties en onderhoud > Energiebeheer > tabblad Geavanceerd. ❏ Als u de werking van de beeldschermschakelaar bij het sluiten van het beeldscherm wilt wijzigen, selecteert u de gewenste werking in de vervolgkeuzelijst bij When I close the lid of my portable computer (Wanneer ik...
  • Pagina 49: Processorsnelheid Beheren (Alleen Bepaalde Modellen)

    Energiebeheer Processorsnelheid beheren (alleen bepaalde modellen) Op bepaalde notebookmodellen met Windows XP kunt u de prestaties van de processor beïnvloeden via speciale software. U kunt de processorsnelheid instellen voor optimale prestaties of maximale energiebesparing. U kunt bijvoorbeeld instellen dat de processorsnelheid automatisch wijzigt wanneer van netvoeding wordt overgeschakeld op accuvoeding (of vice versa) of wanneer een actieve notebookcomputer inactief wordt (of vice versa).
  • Pagina 50 Energiebeheer Er kunnen verschillende snelheden worden gebruikt voor accuvoeding of externe voeding. Nadat een energiebeheerschema is ingesteld, hoeft u niets meer te doen om de snelheid van de notebookprocessor te regelen. In de volgende tabel wordt de processorsnelheid beschreven bij gebruik van externe voeding respectievelijk accuvoeding voor de beschikbare energiebeheerschema's.
  • Pagina 51: Accu

    Energiebeheer Accu Accu opladen U kunt als volgt de accuwerktijd verlengen en de nauwkeurigheid van de weergave van de acculading optimaliseren: ■ Als u een nieuwe accu oplaadt, doet u het volgende: ❏ Laad de accu op terwijl de notebookcomputer is aangesloten op een externe voedingsbron via de netvoedingsadapter.
  • Pagina 52: Acculading Controleren

    Energiebeheer Acculading controleren Nauwkeurigheid van de ladinginformatie verhogen U verhoogt als volgt de nauwkeurigheid van de aangegeven acculading: ■ Laad een accu pas op wanneer deze door normaal gebruik is ontladen tot ongeveer 10 procent van de volledige lading. ■ Laad een accu altijd volledig op.
  • Pagina 53: Informatie Over De Acculading Weergeven

    Energiebeheer Informatie over de acculading weergeven In Windows kunt u informatie over de acculading op het scherm weergeven met de voorziening Energiemeter van het besturingssysteem. U opent Windows Energiemeter als volgt: ■ Selecteer Start > Configuratiescherm > Prestaties en onderhoud > Energiebeheer > tabblad Energiemeter. –...
  • Pagina 54: Bijna Lege Accu

    Energiebeheer Bijna lege accu Bijna lege accu herkennen Wanneer een accu de enige voedingsbron van de notebook- computer is en de accu bijna leeg is, verschijnt er een waarschuwingsbericht en gaat het acculampje knipperen. Als een laag niveau van de acculading niet wordt verholpen en de resterende acculading blijft dalen, zal de acculading uiteindelijk een kritiek laag niveau bereiken.
  • Pagina 55: Problemen Met Een Bijna Lege Accu Verhelpen

    Energiebeheer Problemen met een bijna lege accu verhelpen Ä VOORZICHTIG: Als de hibernationstand automatisch wordt geactiveerd omdat het ladingsniveau van de accu in de notebook- computer kritiek laag is geworden, is het belangrijk te wachten met het herstellen van de voeding totdat het aan/uit/standby-lampje uit is. U verhelpt als volgt problemen met een te lage acculading: ■...
  • Pagina 56: Accu Kalibreren

    Energiebeheer Accu kalibreren Wanneer is kalibreren noodzakelijk? Zelfs als een accu intensief wordt gebruikt, hoeft de accu maar eens per maand te worden gekalibreerd. U hoeft een nieuwe accu niet te kalibreren voordat u deze in gebruik neemt. Door kalibratie neemt de werktijd van de accu meestal niet toe. Wel kan de nauwkeurigheid van de informatie over de acculading worden verbeterd, met name onder de volgende omstandigheden: ■...
  • Pagina 57: Procedure Voor Het Kalibreren Van Een Accu

    Energiebeheer Procedure voor het kalibreren van een accu U kalibreert een accu door deze eerst volledig op te laden, vervolgens volledig te ontladen en dan weer volledig op te laden. Accu opladen Laad de accu op terwijl de notebookcomputer is ingeschakeld. U laadt de accu als volgt op: 1.
  • Pagina 58 Energiebeheer ■ Een aangesloten optioneel beeldscherm wordt niet automatisch uitgeschakeld. ■ De snelheid van de vaste schijf neemt niet automatisch af wanneer de notebookcomputer inactief is. ■ De standbystand wordt niet automatisch geactiveerd. Ga als volgt te werk om de accu volledig te ontladen: 1.
  • Pagina 59: Accuvoeding Besparen

    Energiebeheer Accu opnieuw opladen Ä VOORZICHTIG: Schakel de hibernationvoorziening weer in als de accu is gekalibreerd. Als u de hibernationvoorziening niet opnieuw inschakelt, is het mogelijk dat de accu helemaal wordt ontladen en er gegevens verloren gaan. U schakelt de hibernationvoorziening als volgt opnieuw in: 1.
  • Pagina 60: Energie Besparen Terwijl U Werkt

    Energiebeheer Energie besparen terwijl u werkt U bespaart als volgt energie terwijl u werkt: ■ Zorg dat apparaten die u niet gebruikt, geen voeding van de notebookcomputer betrekken. Bijvoorbeeld: ❏ Schakel draadloze verbindingen uit en sluit modemapplicaties af wanneer u deze niet gebruikt. ❏...
  • Pagina 61: Instellingen Voor Energiebesparing Voor De Accu Selecteren

    Energiebeheer Instellingen voor energiebesparing voor de accu selecteren In Windows stelt u de notebookcomputer als volgt in om energie te besparen: ■ Selecteer een korte wachttijd voor de schermbeveiliging en selecteer een schermbeveiliging met zo weinig mogelijk afbeeldingen en bewegende beelden. U opent als volgt de instellingen voor de schermbeveiliging: »...
  • Pagina 62: Accu Verwijderen

    Energiebeheer Accu verwijderen U verwijdert een accu als volgt: 1. Leg de notebookcomputer ondersteboven. 2. Verschuif de accu-ontgrendeling 1 om de accu los te maken. 3. Kantel de accu uit de notebookcomputer 2 en verwijder de accu uit de accuruimte 3. Handleiding voor de hardware en software 2–27...
  • Pagina 63: Accu Plaatsen

    Energiebeheer Accu plaatsen U plaatst een accu als volgt: 1. Leg de notebookcomputer ondersteboven. 2. Plaats de accu 1 in de accuruimte en draai de accu 2 tot deze goed op zijn plaats zit. 2–28 Handleiding voor de hardware en software...
  • Pagina 64: Accu Opbergen

    Energiebeheer Accu opbergen Ä VOORZICHTIG: Stel een accu niet gedurende langere tijd bloot aan hoge temperaturen, om beschadiging van de accu te voorkomen. Als u de notebookcomputer langer dan twee weken niet gebruikt en u de notebookcomputer loskoppelt van de netvoeding, haalt u de accu's uit de notebookcomputer en bergt u ze apart op.
  • Pagina 65: Afvoeren Van Gebruikte Accu's

    Als u batterijen/accu's wilt inleveren voor hergebruik of op de juiste manier wilt afvoeren, kunt u in Europa gebruikmaken van het openbare inzamelingssysteem voor klein chemisch afval of de batterijen/accu's terugsturen naar HP, uw servicepartner of een vertegenwoordiger hiervan. 2–30...
  • Pagina 66: Toetsenbord En Touchpad

    Windows. Bij gebruik van QuickPlay (alleen bepaalde modellen) kunnen het toetsenbord en het touchpad een andere werking hebben. Raadpleeg de HP QuickPlay User Guide (HP QuickPlay - Gebruikershandleiding) voor meer informatie. Handleiding voor de hardware en software...
  • Pagina 67: Touchpad

    Toetsenbord en touchpad Touchpad Onderdelen van het touchpad Onderdeel Beschrijving Touchpad* Hiermee verplaatst u de aanwijzer. Linkerknop van het Deze knop heeft dezelfde functie als touchpad* de linkerknop op een externe muis. Rechterknop van het Deze knop heeft dezelfde functie als touchpad de rechterknop op een externe muis.
  • Pagina 68: Touchpad Gebruiken

    Toetsenbord en touchpad Touchpad gebruiken In Windows biedt het touchpad de nagivatie-, selectie- en schuiffuncties van een optionele externe muis. ■ Als u de aanwijzer wilt verplaatsen, schuift u uw vinger over het oppervlak van het touchpad in de richting waarin u de aanwijzer wilt verplaatsen.
  • Pagina 69: Voorkeuren Voor Het Touchpad Instellen

    Toetsenbord en touchpad Voorkeuren voor het touchpad instellen Via het Windows-venster Eigenschappen voor muis kunt u de instellingen voor cursorbesturing aanpassen aan uw wensen. U kunt bijvoorbeeld: ■ een apparaat voor cursorbesturing in- of uitschakelen (standaard ingeschakeld); ■ de aantipfunctie van het touchpad (tapping) inschakelen. Hiermee kunt u een object selecteren door eenmaal op het touchpad te tikken of dubbelklikken op een object door tweemaal op het touchpad te tikken (standaard ingeschakeld).
  • Pagina 70: Hotkeys

    Toetsenbord en touchpad Hotkeys Locatie van hotkeys -toets 2 Hotkeys zijn vooraf ingestelde combinaties van de -toets 1, functietoetsen 3, en een van de volgende toetsen: -toets 4, -toets 5 en -toets 6. backspace enter De pictogrammen op de functietoetsen tot en met vertegenwoordigen hun hotkeyfuncties.
  • Pagina 71: Overzicht Van Hotkeys

    Toetsenbord en touchpad Overzicht van hotkeys In de volgende tabel worden de standaardhotkeyfuncties beschreven. ✎ De functie van de hotkey kan worden gewijzigd. fn+f5 Raadpleeg "Overige voorkeuren voor energiebeheer instellen" hoofdstuk 2, "Energiebeheer", voor instructies. Standaardfunctie Hotkey Hiermee opent u het venster Help en ondersteuning. fn+f1 Hiermee opent u het venster met afdrukopties.
  • Pagina 72: Procedures Voor Hotkeys

    Toetsenbord en touchpad Procedures voor hotkeys Hotkeys gebruiken op het geïntegreerde toetsenbord Als u een hotkeyopdracht wilt gebruiken op het toetsenbord van de notebookcomputer, volgt u een van de volgende procedures: ■ Druk kort op en druk vervolgens kort op de tweede toets van de hotkeyopdracht.
  • Pagina 73: Hotkeyopdrachten Gebruiken

    ■ geautomatiseerde en interactieve probleemoplossing, oplossingen voor herstel en procedures voor systeemherstel; ■ koppelingen naar ondersteuningsspecialisten van HP. In Windows kunt u het venster Help en ondersteuning ook openen door Start > Help en ondersteuning te selecteren. 3–8 Handleiding voor de hardware en software...
  • Pagina 74 Toetsenbord en touchpad Afdrukvenster openen (fn+f2) Met de hotkey opent u het venster met afdrukopties van fn+f2 de actieve applicatie in Windows. Webbrowser openen (fn+f3) Met de hotkey opent u uw webbrowser. fn+f3 ■ Totdat u Internet- of netwerkdiensten heeft geïnstalleerd, opent u met de hotkey de wizard voor het instellen fn+f3...
  • Pagina 75: Schakelen Tussen Beeldschermen (Fn+F4)

    Toetsenbord en touchpad Schakelen tussen beeldschermen (fn+f4) Met de hotkey kunt u schakelen tussen beldschermen die fn+f4 op het systeem zijn aangesloten. Als er bijvoorbeeld een monitor op de notebookcomputer is aangesloten via de monitorpoort, kunt u met de hotkey schakelen tussen weergave op het fn+f4 beeldscherm van de notebookcomputer, weergave op de...
  • Pagina 76: Standbystand Activeren (Fn+F5)

    Toetsenbord en touchpad Standbystand activeren (fn+f5) Met de standaardinstelling van de hotkey kunt u de fn+f5 standbystand activeren. Wanneer de standbystand wordt geactiveerd, wordt uw werk opgeslagen in het RAM (Random Access Memory), wordt het scherm gewist en wordt er minder energie verbruikt. Wanneer de notebookcomputer in de standbystand staat, knipperen de aan/uit/standby-lampjes.
  • Pagina 77: Quicklock Activeren (Fn+F6)

    Volg daarna de instructies op het scherm om uw gebruikerswachtwoord of beheerderswachtwoord voor Windows op te geven en toegang te krijgen tot de notebookcomputer. Raadpleeg het gedeelte "Wachtwoorden" hoofdstuk 12, "Beveiliging", voor informatie over het combineren van Windows-wachtwoorden en HP wachtwoorden. 3–12 Handleiding voor de hardware en software...
  • Pagina 78: Helderheid Verlagen (Fn+F7)

    Toetsenbord en touchpad Helderheid verlagen (fn+f7) Met de hotkey vermindert u de helderheid van het fn+f7 beeldscherm van de notebookcomputer. Hoe langer u de hotkey ingedrukt houdt, des te donkerder het beeldscherm fn+f7 wordt. Als u de helderheid van het scherm verlaagt, wordt er minder energie verbruikt.
  • Pagina 79: Audio-Cd Of Dvd Afspelen, Afspelen Onderbreken Of Afspelen Hervatten (Fn+F9)

    Toetsenbord en touchpad Audio-cd of dvd afspelen, afspelen onderbreken of afspelen hervatten (fn+f9) ■ Als de audio-cd of dvd niet wordt afgespeeld, drukt u op de hotkey om het afspelen te starten of te hervatten. fn+f9 ■ Als de audio-cd of dvd wordt afgespeeld, drukt u op de hotkey om het afspelen te onderbreken.
  • Pagina 80: Item Op Het Scherm Selecteren (Fn+Enter)

    Toetsenbord en touchpad Teruggaan (fn+backspace) In Windows gaat u met de hotkey terug in de fn+backspace huidige applicatie. Deze hotkey heeft dezelfde functie als de hotkey van Windows. alt+pijl-links Item op het scherm selecteren (fn+enter) Met de hotkey selecteert u items op het scherm. Druk één fn+enter keer op de hotkey om een item te selecteren.
  • Pagina 81: Quick Launch-Knoppen Gebruiken (Alleen Bepaalde Modellen)

    Toetsenbord en touchpad Quick Launch-knoppen gebruiken (alleen bepaalde modellen) De Quick Launch-knoppen stellen u in staat om met één toetsaanslag een applicatie te openen. Een Quick Launch-knop kan worden toegewezen aan een andere taak, zoals een Internet- of netwerklocatie, een applicatie of een gegevensbestand.
  • Pagina 82: Toetsenblokken

    Toetsenbord en touchpad Toetsenblokken Geïntegreerd numeriek toetsenblok gebruiken U kunt de vijftien toetsen van het geïntegreerde numerieke toetsenblok 1 op dezelfde manier gebruiken als de toetsen van een extern numeriek toetsenblok. Wanneer het geïntegreerde numerieke toetsenblok is ingeschakeld, voert u met elke toets van dit toetsenblok de functie uit die wordt aangegeven door het pictogram in de rechterbovenhoek van de toets.
  • Pagina 83: Schakelen Tussen De Functies Van De Toetsenbloktoetsen

    Toetsenbord en touchpad Schakelen tussen de functies van de toetsenbloktoetsen U kunt schakelen tussen de standaardfunctie (de letter) en de toetsenblokfunctie van een toets op het geïntegreerde numerieke toetsenblok. ■ Als u een toets van het toetsenblok als toetsenbloktoets wilt gebruiken wanneer het toetsenblok is uitgeschakeld, houdt u -toets ingedrukt terwijl u op de toets drukt.
  • Pagina 84: Werken Met Een Extern Numeriek Toetsenblok

    Toetsenbord en touchpad Werken met een extern numeriek toetsenblok ✎ Het geïntegreerde numerieke toetsenblok kan niet worden ingeschakeld wanneer een optioneel extern numeriek toetsenblok is aangesloten op de notebookcomputer. Wanneer num lock is ingeschakeld, werken de meeste toetsen op de meeste externe numerieke toetsenblokken anders dan wanneer num lock is uitgeschakeld.
  • Pagina 85: Multimedia

    Windows. Bij gebruik van QuickPlay (alleen bepaalde modellen) kunnen de multimediavoorzieningen een andere werking hebben. Raadpleeg de HP QuickPlay User Guide (HP QuickPlay - Gebruikershandleiding) voor meer informatie. Handleiding voor de hardware en software...
  • Pagina 86: Geluidsvoorzieningen

    Multimedia Geluidsvoorzieningen Geluidsvolume aanpassen U past het geluidsvolume aan met de volumeknoppen van de notebookcomputer. Onderdeel Beschrijving Knop Geluid zachter Druk hierop om het geluid zachter te zetten. Knop Geluid harder Druk hierop om het geluid harder te zetten. Knop Geluid uit Druk hierop om het systeemgeluid uit te schakelen.
  • Pagina 87: Audio-Ingang (Microfooningang) Gebruiken

    Multimedia Audio-ingang (microfooningang) gebruiken Op de audio-ingang (microfooningang) kunt u een optionele stereomicrofoon aansluiten. Het verdient aanbeveling een electret-condensatormicrofoon met een 3,5-mm stekker te gebruiken. Als u een dynamische microfoon aansluit, wordt de aanbevolen gevoeligheid mogelijk niet bereikt. Al naar gelang uw notebookmodel kan de locatie van de audio-ingang (microfooningang) verschillen.
  • Pagina 88: Audio-Uitgang

    Multimedia Audio-uitgang (hoofdtelefoonuitgang) aansluiten Op een audio-uitgang (ook wel hoofdtelefoonuitgang genoemd) kunt u een optionele hoofdtelefoon of stereoluidsprekers met eigen voeding aansluiten. Op een audio-uitgang kunt u ook de audiofuncties van een audio/video-apparaat, zoals een televisie of videorecorder, aansluiten. De notebookcomputer is standaard ingesteld op het doorgeven van analoge geluidssignalen via de audio-uitgang (hoofdtelefoonuitgang).
  • Pagina 89: Videovoorzieningen

    Multimedia Videovoorzieningen S-videoapparatuur aansluiten Audio aansluiten De S-video-uitgang biedt alleen ondersteuning voor videosignalen. Als u een systeem configureert waarbij audio- en video- voorzieningen worden gecombineerd (bijvoorbeeld om een dvd-film vanaf de notebookcomputer af te spelen op een televisiescherm), heeft u een standaard 3,5-mm audiokabel nodig. Een dergelijke kabel is verkrijgbaar bij de meeste computer- en elektronicazaken.
  • Pagina 90 Multimedia Video aansluiten Als u videosignalen wilt verzenden via de S-video-uitgang, heeft u een standaardkabel voor S-video nodig. Een dergelijke kabel is verkrijgbaar bij de meeste computer- en elektronicazaken. U sluit als volgt de S-videokabel aan: 1. Sluit een van de uiteinden van de S-videokabel aan op de S-video-uitgang van de notebookcomputer, zoals hierna is afgebeeld.
  • Pagina 91: Videobeeld Weergeven

    Multimedia Videobeeld weergeven Als u videobeeld wilt weergeven, moet zowel de notebook- computer als het videoapparaat zijn ingeschakeld. Om de weergave te schakelen tussen het beeldscherm van de notebookcomputer en het scherm van het videoapparaat, drukt u op de hotkey .
  • Pagina 92: Multimediasoftware

    Als u de schijf Driver Recovery niet heeft, kunt u contact opnemen met de klantenondersteuning voor een kopie van de herstelschijf voor uw notebookcomputer. Download de software van de HP website: http://www.hp.com ■ InterVideo WinDVD Creator Plus: hiermee kunt u films maken, bewerken en op een dvd of video-cd branden.
  • Pagina 93: Waarschuwing Met Betrekking Tot Auteursrecht

    Multimedia ✎ Raadpleeg de online Help bij de software voor meer informatie over het gebruik van de multimediasoftware. Op de notebookcomputer is mogelijk nog meer multimediasoftware geïnstalleerd. Bekijk in elk geval de volgende onderdelen: ■ de pictogrammen op het bureaublad; ■...
  • Pagina 94: Software Installeren

    Multimedia Software installeren U installeert als volgt software vanaf een meegeleverde schijf: 1. Sluit de notebookcomputer aan op een betrouwbaar stopcontact. 2. Sluit alle geopende applicaties af. 3. Plaats een software-schijf in de optische-schijfeenheid. ❏ Als Automatisch afspelen is ingeschakeld, verschijnt er een installatiewizard.
  • Pagina 95: Automatisch Afspelen Inschakelen

    Multimedia Automatisch afspelen inschakelen Automatisch afspelen is een optie in Windows waarmee u de functie Autorun (Automatisch uitvoeren) kunt inschakelen en uitschakelen. Met Autorun wordt automatisch een programma op een schijf gestart of een nummer op een schijf afgespeeld zodra u een schijf in de schijfeenheid plaatst en de lade sluit.
  • Pagina 96: Regio-Instelling Van Dvd's Wijzigen

    Multimedia Regio-instelling van dvd's wijzigen Ä VOORZICHTIG: U kunt de regio-instelling van de dvd-drive slechts vijf keer wijzigen. ■ De vijfde regio-instelling die u selecteert, wordt de permanente regio-instelling van de dvd-drive. ■ In het veld Remaining Times Until Permanent (Resterend tot permanent) in het WinDVD-venster kunt u zien hoeveel keer u de regio-instelling van de dvd-drive nog kunt wijzigen.
  • Pagina 97: Windvd Gebruiken

    Multimedia Regio-instelling wijzigen via het besturingssysteem U wijzigt de instelling als volgt via het besturingssysteem: 1. Open Apparaatbeheer door Start > Deze computer te selecteren. Klik met de rechtermuisknop in het venster en selecteer Eigenschappen > tabblad Hardware > Apparaatbeheer. 2.
  • Pagina 98: Andere Dvd-Software Gebruiken

    Multimedia Andere dvd-software gebruiken Als u de regio-instelling van een optische-schijfeenheid wilt wijzigen met andere dvd-software dan WinDVD, raadpleegt u de documentatie bij de betreffende dvd-software. 4–14 Handleiding voor de hardware en software...
  • Pagina 99: Schijfeenheden

    Schijfeenheden Ä VOORZICHTIG: Om het risico van verlies van belangrijke gegevens te beperken, kunt u het beste de standbystand activeren voordat u de notebookcomputer of een optionele externe vaste schijf van de ene locatie naar de andere verplaatst. Om de standbystand te activeren, selecteert u Start >...
  • Pagina 100 Schijfeenheden Ä VOORZICHTIG: Ga als volgt te werk om verlies van gegevens of schade aan de notebookcomputer of een schijfeenheid te voorkomen: ■ Wees voorzichtig met een schijfeenheid. Laat deze niet vallen. ■ Als u te veel kracht gebruikt, kunnen de connectoren van de schijfeenheid beschadigd raken.
  • Pagina 101: Primaire Vaste Schijf Verwijderen

    Schijfeenheden Primaire vaste schijf verwijderen Ä VOORZICHTIG: U voorkomt als volgt dat het systeem vastloopt en gegevens verloren gaan: ■ Sluit de notebookcomputer af voordat u de vaste schijf uit de vaste-schijfruimte verwijdert. Verwijder de vaste schijf niet wanneer de notebookcomputer aanstaat of wanneer de computer in de standby- of hibernationstand staat.
  • Pagina 102 Schijfeenheden 5. Breng het afdekplaatje van de vaste-schijfruimte omhoog 1 en haal het van de notebookcomputer af 2. 6. Schuif de vaste schijf naar de rand van de notebookcomputer om de schijf te ontgrendelen 1. 7. Verwijder de vaste schijf 2. 5–4 Handleiding voor de hardware en software...
  • Pagina 103: Primaire Vaste Schijf Terugplaatsen

    Schijfeenheden Primaire vaste schijf terugplaatsen U plaatst de primaire vaste schijf als volgt terug: 1. Laat de vaste schijf in de vaste-schijfruimte zakken 1. 2. Schuif de vaste schijf weg van de rand van de notebook- computer tot de schijf goed op zijn plaats zit 2. Handleiding voor de hardware en software 5–5...
  • Pagina 104 Schijfeenheden 3. Breng de lipjes van het afdekplaatje van de vaste-schijfruimte op één lijn met de uitsparingen op de notebookcomputer 1 en druk het afdekplaatje naar beneden totdat het op zijn plaats vastklikt 2. 4. Draai de schroeven in het afdekplaatje van de vaste-schijfruimte vast.
  • Pagina 105: Optische Schijf Verwijderen

    Schijfeenheden Optische schijf verwijderen (als er geen voeding beschikbaar is) Als er geen voeding beschikbaar is, verwijdert u een optische schijf als volgt: 1. Steek het uiteinde van een paperclip in de ontgrendeling in het voorpaneel van de schijfeenheid 1. 2.
  • Pagina 106: Inhoud Van Een Optische Schijf Weergeven

    Schijfeenheden Inhoud van een optische schijf weergeven Wanneer u een optische schijf in een schijfeenheid plaatst en Automatisch afspelen is ingeschakeld, wordt de inhoud van de schijf op het scherm weergegeven. Geef als volgt de inhoud van een schijf weer als Automatisch afspelen niet is ingeschakeld: 1.
  • Pagina 107: Pc Cards En Expresscards

    PC Cards en ExpressCards Wat is een PC Card? Ä VOORZICHTIG: Als u software of enablers installeert die door de fabrikant van een PC Card zijn geleverd, kunt u mogelijk geen andere PC Cards gebruiken. Houd rekening met het volgende als de instructies in de documentatie bij de PC Card aangeven dat u stuurprogramma's moet installeren: ■...
  • Pagina 108: Pc Card Plaatsen

    PC Cards en ExpressCards PC Card plaatsen VOORZICHTIG: Neem de volgende richtlijnen in acht om beschadiging van de connectoren te voorkomen: ■ Oefen zo weinig mogelijk druk uit wanneer u een PC Card in een PC Card-slot plaatst. ■ Verplaats of vervoer de notebookcomputer niet wanneer er een PC Card in is geplaatst.
  • Pagina 109 PC Cards en ExpressCards 2. Houd de PC Card met het label naar boven, terwijl de connector naar de notebookcomputer is gericht. 3. Schuif de kaart voorzichtig in het slot tot de kaart goed op zijn plaats zit. U hoort een systeemgeluid dat aangeeft dat het apparaat is gedetecteerd.
  • Pagina 110: Pc Card Verwijderen

    PC Cards en ExpressCards PC Card verwijderen Ä VOORZICHTIG: Om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt, is het belangrijk een PC Card stop te zetten voordat u deze verwijdert. 1. Zet de PC Card stop door het pictogram Hardware veilig verwijderen in het systeemvak (aan de rechterkant van de taakbalk) te selecteren, en daarna de PC Card te selecteren.
  • Pagina 111: Wat Is Een Expresscard

    PC Cards en ExpressCards Wat is een ExpressCard? De ExpressCard is een PC Card van de volgende generatie met hogere prestaties en een verbeterde schaalbaarheid. Het ontwerp van de kaart voldoet aan de standaardspecificaties van de PCMCIA. Om een breed scala van applicaties te ondersteunen, is de ExpressCard er in twee formaten: ExpressCard/34 en ExpressCard/54.
  • Pagina 112: Expresscard Configureren

    PC Cards en ExpressCards ExpressCard configureren VOORZICHTIG: Als u alle software of een van de enablers installeert die door de fabrikant van een ExpressCard zijn geleverd, kunt u mogelijk geen andere ExpressCard gebruiken. Als u volgens de instructies in de documentatie bij de ExpressCard stuurprogramma's moet installeren, houdt u dan rekening met het volgende: ■...
  • Pagina 113 PC Cards en ExpressCards 3. Houd de ExpressCard met het label naar boven, terwijl de connectoren naar de notebookcomputer zijn gericht. 4. Schuif de kaart voorzichtig in het slot tot de kaart goed op zijn plaats zit. Handleiding voor de hardware en software 6–7...
  • Pagina 114: Expresscard Verwijderen

    PC Cards en ExpressCards ExpressCard verwijderen Ä VOORZICHTIG: Zet de ExpressCard stop voordat u de kaart verwijdert, om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt. ✎ U bespaart energie als u een ExpressCard stopzet. Dit geldt ook als de kaart niet in gebruik is.
  • Pagina 115: Digitale Geheugenkaarten (Alleen Bepaalde Modellen)

    Digitale geheugenkaarten (alleen bepaalde modellen) Digitale media gebruiken Het digitale-mediaslot ondersteunt de volgende digitale media: ■ SD Card (Secure Digital-geheugenkaart) ■ Secure Digital Input/Output (SD I/O) ■ MultiMediaCard (MMC) ■ Memory Stick (MS) ■ Memory Stick Pro (MSP) ■ SmartMedia (SM) ■...
  • Pagina 116: Digitale Kaarten Plaatsen

    Digitale geheugenkaarten (alleen bepaalde modellen) Digitale kaarten plaatsen Ä VOORZICHTIG: Neem de volgende richtlijnen in acht om het risico van beschadiging van de connectoren op de digitale kaart te beperken: ■ Oefen zo weinig mogelijk druk uit wanneer u een digitale kaart in een digitale-mediaslot plaatst.
  • Pagina 117: Digitale Kaarten Verwijderen

    Digitale geheugenkaarten (alleen bepaalde modellen) Digitale kaarten verwijderen U verwijdert een digitale kaart als volgt: 1. Voltooi alle activiteiten die door de kaart worden ondersteund (zoals gegevensoverdracht) en sluit alle applicaties. 2. Als u een digitale kaart wilt stopzetten, selecteert u het pictogram Hardware veilig verwijderen op de taakbalk en selecteert u daarna de digitale kaart.
  • Pagina 118: Digitale Kaarten Uitschakelen Of Opnieuw Starten

    Digitale geheugenkaarten (alleen bepaalde modellen) Digitale kaarten uitschakelen of opnieuw starten Een geplaatste digitale kaart gebruikt voeding, ook wanneer de kaart niet in gebruik is. Als u de kaart uitschakelt, wordt er minder stroom verbruikt. U schakelt een geplaatste digitale kaart als volgt uit: »...
  • Pagina 119: Geheugenmodules

    Geheugenmodules Wat is een geheugenmodule? Å WAARSCHUWING: Als u het netsnoer niet ontkoppelt en niet alle accu's verwijdert voordat u een geheugenmodule installeert, kan de apparatuur beschadigd raken en bestaat er kans op elektrische schokken. Ä VOORZICHTIG: Door elektrostatische lading kunnen elektronische onderdelen beschadigd raken.
  • Pagina 120: Geheugenmodule Vervangen

    Geheugenmodules Geheugenmodule vervangen U vervangt een geheugenmodule als volgt: 1. Sluit de notebookcomputer af. (Als u niet weet of de notebookcomputer is uitgeschakeld of in de hibernationstand staat, zet u de computer aan door op de aan/uit/standby-knop te drukken. Sluit de notebookcomputer vervolgens af via het besturingssysteem.) 2.
  • Pagina 121 Geheugenmodules 7. Als zich een geheugenmodule in het geheugenmoduleslot bevindt, verwijdert u deze als volgt: a. Trek de borgklemmetjes aan beide zijden van de module weg 1. (De module komt omhoog.) b. Pak de module aan de randen vast en trek de module voorzichtig uit het geheugenmoduleslot 2.
  • Pagina 122 Geheugenmodules 8. U plaatst als volgt de nieuwe geheugenmodule: a. Breng de inkeping in de module op één lijn met het nokje op het geheugenmoduleslot. b. Duw de module onder een hoek van 45 graden ten opzichte van het geheugenmodulecompartiment in het slot totdat de module op zijn plaats zit 1.
  • Pagina 123 Geheugenmodules 9. Plaats het afdekplaatje van de geheugenmodule terug 1 en draai de schroeven van het afdekplaatje vast 2. Handleiding voor de hardware en software 8–5...
  • Pagina 124: Hibernationbestand

    Geheugenmodules Hibernationbestand Wanneer het RAM (Random Access Memory) wordt uitgebreid, vergroot het besturingssysteem ook de ruimte op de vaste schijf die is gereserveerd voor het hibernationbestand. Als u problemen ondervindt met de hibernationvoorziening nadat u het geheugen heeft uitgebreid, controleert u of op de vaste schijf voldoende ruimte vrij is voor een groter hibernationbestand.
  • Pagina 125: Usb-Apparatuur

    USB-apparatuur Wat is USB? USB (Universal Serial Bus) is een hardwarematige interface waarmee externe apparaten, zoals een USB-toetsenbord, -muis, -schijfeenheid, -printer, -scanner of -hub, op de notebook- computer kunnen worden aangesloten. Al naar gelang uw notebookmodel heeft de notebookcomputer twee of vier standaard USB-connectoren die USB 1.1- en USB 2.0-apparaten ondersteunen.
  • Pagina 126: Usb-Apparaten Gebruiken

    USB-apparatuur USB-apparaten gebruiken U gebruikt een USB-apparaat als volgt: » Sluit het apparaat aan op een van de USB-poorten van de notebookcomputer. USB-hubs kunnen worden aangesloten op een USB-poort van de notebookcomputer of op een optioneel dockingapparaat. Hubs kunnen meerdere USB-apparaten ondersteunen. ■...
  • Pagina 127: Modems En Netwerken

    Modems en netwerken Intern modem Å WAARSCHUWING: Als u de notebookcomputer aansluit op een digitale lijn van een huiscentrale, kan het modem blijvend beschadigd raken. Aansluitingen voor digitale huiscentrales lijken in sommige gevallen weliswaar veel op analoge telefoonaansluitingen, maar zijn niet compatibel met het modem.
  • Pagina 128: Modemkabel Aansluiten

    Modems en netwerken Modemkabel aansluiten U sluit als volgt een modemkabel aan: Å WAARSCHUWING: Sluit geen modemkabel aan op de netwerk- connector, om het risico van een elektrische schok, brand of schade aan de apparatuur te beperken. 1. Als de modemkabel een ruisonderdrukkingscircuit 1 bevat, wat voorkomt dat de ontvangst van tv- en radiosignalen wordt gestoord, sluit u de kabel met het uiteinde waar zich het ruisonderdrukkingscircuit bevindt aan op de...
  • Pagina 129: Landspecifieke Modemkabeladapter Gebruiken

    Modems en netwerken Landspecifieke modemkabeladapter gebruiken Telefoonaansluitingen verschillen per land en regio. U sluit het modem als volgt aan op een analoge telefoonlijn met een aansluiting van een ander type dan RJ-11: Å WAARSCHUWING: Sluit geen modemkabel aan op de netwerkconnector, om het risico van een elektrische schok, brand of schade aan de apparatuur te beperken.
  • Pagina 130: Landinstelling Voor Het Modem

    Modems en netwerken Landinstelling voor het modem Huidige landinstelling weergeven U geeft als volgt de huidige landinstelling voor het modem weer: 1. Selecteer Start > Configuratiescherm > Datum, tijd, taal en landinstellingen > Landinstellingen. 2. De huidige landinstelling wordt weergegeven onder Locatie. Nieuwe locaties toevoegen om het modem in het buitenland te gebruiken Ä...
  • Pagina 131 Modems en netwerken U voegt als volgt een nieuw land als locatie toe: 1. Selecteer Start > Configuratiescherm > Netwerk- en Internet-verbindingen > Telefoon- en modemopties > tabblad Kiesregels. 2. Klik op de knop Nieuw en geef een naam op voor de locatie (thuis, werk, enzovoort).
  • Pagina 132: Problemen Met Verbindingen In Het Buitenland Oplossen

    Modems en netwerken Problemen met verbindingen in het buitenland oplossen Als u problemen met de verbinding ondervindt wanneer u het modem in het buitenland gebruikt, kunnen de volgende suggesties van pas komen: ■ Controleer het type telefoonlijn. Het modem werkt alleen met een analoge telefoonlijn, niet met een digitale telefoonlijn.
  • Pagina 133 Modems en netwerken ■ Controleer het telefoonnummer dat u kiest en de reactie van het externe modem (het modem waarmee u een verbinding tot stand wilt brengen). Kies het telefoonnummer met de telefoon, wacht tot het externe modem reageert en hang vervolgens op. ■...
  • Pagina 134: Vooraf Geïnstalleerde Communicatiesoftware

    Modems en netwerken Vooraf geïnstalleerde communicatiesoftware Ga als volgt te werk als u wilt werken met vooraf geïnstalleerde modemsoftware voor terminalemulatie en gegevensoverdracht: 1. Selecteer Start > Alle programma's > Bureau-accessoires > Communicatie. 2. Selecteer het gewenste fax- of terminalemulatieprogramma of selecteer de wizard voor de gewenste verbinding (bijvoorbeeld een Internet-verbinding).
  • Pagina 135 Modems en netwerken U sluit een netwerkkabel als volgt aan: 1. Als de netwerkkabel een ruisonderdrukkingscircuit 1 bevat, wat voorkomt dat de ontvangst van tv- en radiosignalen wordt gestoord, sluit u de kabel met het uiteinde waar zich het ruisonderdrukkingscircuit bevindt aan op de notebookcomputer.
  • Pagina 136: Draadloze Communicatie (Alleen Bepaalde Modellen)

    Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) Als de notebookcomputer een geïntegreerd apparaat voor draadloze communicatie heeft, zoals een 802.11- of Bluetooth-apparaat voor draadloze communicatie, is de notebookcomputer geschikt voor een draadloos netwerk. ■ Een notebookcomputer met een 802.11-apparaat voor draadloze communicatie kan verbinding maken met draadloze netwerken in bedrijven, bij u thuis en in openbare ruimtes.
  • Pagina 137 Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) De notebookcomputer heeft een knop die kan worden gebruikt om de 802.11- en Bluetooth-apparaten te activeren en deactiveren, en een bijbehorend lampje dat de status van de draadloze-communicatieapparatuur aangeeft. De volgende afbeelding laat de knop 1 en het lampje 2 voor draadloze communicatie zien.
  • Pagina 138: Draadloos Lokaal Netwerk (Alleen Bepaalde Modellen)

    Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) Draadloos lokaal netwerk (alleen bepaalde modellen) Met het 802.11-apparaat voor draadloze communicatie kunt u toegang krijgen tot een draadloos lokaal netwerk (WLAN: wireless local area network) dat bestaat uit andere computers en accessoires die met elkaar zijn verbonden door een draadloze router of een draadloos toegangspunt.
  • Pagina 139 Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) Er zijn drie populaire implementaties van WLAN-adapters: ■ alleen 802.11b ■ 802.11b/g ■ 802.11a/b/g 802.11b, de eerste populaire WLAN-standaard, ondersteunt gegevenssnelheden tot 11 Mbps en werkt met een frequentie van 2,4 GHz. 802.11g, een recentere standaard, werkt ook op 2,4 GHz maar ondersteunt gegevenssnelheden tot 54 Mbps.
  • Pagina 140: Thuis Een Draadloos Lokaal Netwerk Opzetten

    Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) Thuis een draadloos lokaal netwerk opzetten Als u thuis een draadloos lokaal netwerk wilt opzetten en verbinding wilt maken met Internet, heeft u de volgende apparatuur nodig. De volgende afbeelding laat een voorbeeld zien van een voltooide installatie van een draadloos netwerk dat is verbonden met Internet.
  • Pagina 141: Wlan-Verbinding Gebruiken

    Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) WLAN-verbinding gebruiken U gebruikt een draadloze LAN-verbinding als volgt: ■ Controleer of alle vereiste stuurprogramma's voor het 802.11-apparaat voor draadloze communicatie zijn geïnstalleerd en of het apparaat correct is geconfigureerd. ✎ Als u een geïntegreerd 802.11-apparaat voor draadloze communicatie gebruikt, zijn alle vereiste stuurprogramma's geïnstalleerd en is de adapter vooraf geconfigureerd en klaar voor gebruik.
  • Pagina 142: Beveiligingsvoorzieningen Voor Draadloze Communicatie

    ■ filtering van MAC-adressen op de router inschakelen. Wilt u meer informatie over beveiliging van draadloze lokale netwerken, ga dan naar de website van HP op (deze website is in het Engels) http://www.hp.com/go/wireless voor nadere bijzonderheden.
  • Pagina 143: Software En Documentatie Voor Een Draadloos Netwerk Gebruiken

    Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) WLAN-apparaat herkennen Als u WLAN-software wilt installeren voor een geïntegreerd 802.11-apparaat voor draadloze communicatie, moet u de naam van dat apparaat op de notebookcomputer kennen. U herkent als volgt een geïntegreerd 802.11-apparaat voor draadloze communicatie: 1.
  • Pagina 144: Problemen Met Apparaten Oplossen

    De WLAN-software is ook beschikbaar als SoftPaq op de website van HP. U kunt op een van de volgende twee manieren toegang krijgen tot de SoftPaq en deze downloaden en installeren: ■...
  • Pagina 145: Bluetooth (Alleen Bepaalde Modellen)

    Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) Bluetooth (alleen bepaalde modellen) De Bluetooth-voorziening maakt draadloze communicatie over korte afstanden mogelijk, ter vervanging van de traditionele communicatie via fysieke kabels tussen elektronische apparaten zoals: ■ netwerktoegangspunten; ■ computers (desktop- en notebookcomputers, PDA's); ■ telefoons (mobiele telefoons, draadloze telefoons, gecombineerde GSM/PDA's (smart phones));...
  • Pagina 146 Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) ■ Netwerktoegang (Personal Area Networking Profile): stelt twee of meer Bluetooth-apparaten in staat een ad-hoc (peer-to-peer) netwerk te vormen. Dit onderdeel voorziet in een mechanisme waardoor een Bluetooth-apparaat via een netwerktoegangspunt toegang kan krijgen tot een extern netwerk.
  • Pagina 147: Status Van Apparaten

    Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) Status van apparaten In combinatie met Wireless Assistant (alleen bepaalde modellen) activeert en deactiveert u met de knop voor draadloze communicatie 1 802.11-apparaten en Bluetooth-apparaten. Wanneer u de notebookcomputer inschakelt, worden standaard de 802.11-apparaten en Bluetooth-apparaten ingeschakeld en gaan de bijbehorende lampjes 2 branden.
  • Pagina 148 Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) De status van 802.11-apparaten en Bluetooth-apparaten kan zijn: ■ Geactiveerd ■ Gedeactiveerd U kunt apparaten voor draadloze communicatie activeren en deactiveren met de knop voor draadloze communicatie. Wanneer de apparaten voor draadloze communicatie zijn geactiveerd met de knop voor draadloze communicatie, kunt u Wireless Assistant gebruiken om de apparaten afzonderlijk in- en uit te schakelen.
  • Pagina 149: Apparaten Inschakelen

    Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) Apparaten inschakelen Situatie Gewenste actie Handeling ■ Wireless Assistant U wilt een van beide 1. Klik met de (alleen bepaalde of beide apparaten rechtermuisknop op het modellen) geeft inschakelen pictogram Wireless aan dat WLAN en Assistant in het Bluetooth zijn systeemvak.
  • Pagina 150 Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) Situatie Gewenste actie Handeling ■ Wireless Assistant U wilt een van beide 1. Klik met de geeft aan dat het of beide apparaten rechtermuisknop op het ene apparaat is inschakelen pictogram Wireless ingeschakeld en Assistant in het het andere systeemvak.
  • Pagina 151: Apparaten Uitschakelen En Deactiveren

    Draadloze communicatie (alleen bepaalde modellen) Apparaten uitschakelen en deactiveren Situatie Gewenste actie Handeling ■ Wireless Assistant U wilt beide apparaten Druk op de knop voor (alleen bepaalde deactiveren draadloze communicatie. modellen) geeft aan U wilt een van beide of 1. Klik met de dat WLAN en beide apparaten rechtermuisknop...
  • Pagina 152: Beveiliging

    Beveiliging Beveiligingsvoorzieningen ✎ Van beveiligingsvoorzieningen moet op de eerste plaats een ontmoedigingseffect uitgaan. Deze ontmoedigingsmaatregelen kunnen niet voorkomen dat het apparaat verkeerd wordt gebruikt of wordt gestolen. Met de beveiligingsvoorzieningen waarmee de notebook- computer is uitgerust, kunt u de computer, persoonlijke informatie en gegevens beschermen tegen een aantal mogelijke gevaren.
  • Pagina 153 ■ Opstartwachtwoord* Ongeoorloofd gebruik van het HP beheerderswachtwoord* setupprogramma ( Ongeoorloofd opstarten vanaf Apparaatbeveiliging* een cd of diskette ■ HP beheerderswachtwoord* Ongeoorloofde toegang tot gegevens ■ Firewall-software ■ Windows-updates Ongeoorloofde toegang tot de HP beheerderswachtwoord* BIOS-instellingen en andere identificatiegegevens van het...
  • Pagina 154: Voorkeuren Instellen In Het Setupprogramma

    Beveiliging Voorkeuren instellen in het setupprogramma De meeste voorkeuren voor de beveiligingsvoorzieningen worden ingesteld in het setupprogramma. Omdat dit geen Windows- hulpprogramma is, worden de voorzieningen voor de cursor- besturing van de notebookcomputer niet ondersteund. U kunt in het setupprogramma alleen via de toetsen van de notebookcomputer navigeren en selecties maken.
  • Pagina 155: Wachtwoorden

    Neem contact op met de klantenondersteuning of met uw servicepartner voor aanvullende informatie. ■ Als u uw HP beheerderswachtwoord vergeet, krijgt u geen toegang tot het setupprogramma. 12–4 Handleiding voor de hardware en software...
  • Pagina 156: Hp Wachtwoorden En Windows-Wachtwoorden

    HP en die van Windows werken onafhankelijk van elkaar. In de volgende tabel ziet u de verschillende wachtwoorden die door HP en Windows worden gebruikt en de functie daarvan. Als u verdere informatie wilt over Windows- wachtwoorden, bijvoorbeeld een wachtwoord voor de schermbeveiliging, selecteert u Start >...
  • Pagina 157 Beveiliging HP wachtwoorden Functie HP beheerders- Beveiligt de toegang tot het setupprogramma wachtwoord Opstartwachtwoord Hiermee krijgt u toegang tot de notebookcomputer tijdens het opstarten en wanneer u de notebookcomputer opnieuw opstart. Windows-wachtwoorden Functie Beheerderswachtwoord* Beveiligt de toegang tot de inhoud van de...
  • Pagina 158: Richtlijnen Voor Hp Wachtwoorden En Windows-Wachtwoorden

    Richtlijnen voor HP wachtwoorden en Windows-wachtwoorden Wachtwoorden van HP en Windows zijn niet uitwisselbaar. Geef een HP wachtwoord op wanneer er om een HP wachtwoord wordt gevraagd en geef een Windows-wachtwoord op wanneer er om een Windows-wachtwoord wordt gevraagd. Bijvoorbeeld: ■...
  • Pagina 159 HP wachtwoord instellen in het setupprogramma en het Windows-wachtwoord in het besturingssysteem. ✎ Hoewel ze qua naam op elkaar lijken, hebben een HP beheerderswachtwoord voor het setupprogramma en een Windows-beheerderswachtwoord verschillende functies. Een Windows-beheerderswachtwoord kan bijvoorbeeld niet worden...
  • Pagina 160: Hp Beheerderswachtwoord

    ■ Het moet met hetzelfde type toetsen worden ingevoerd als waarmee het is ingesteld. Als u bijvoorbeeld een HP beheerderswachtwoord voor het setupprogramma instelt met de cijfertoetsen boven aan het toetsenbord, wordt het niet herkend als u het opgeeft met de cijfertoetsen van het geïntegreerde numerieke toetsenblok.
  • Pagina 161: Hp Beheerderswachtwoord Instellen

    Beveiliging HP beheerderswachtwoord instellen U kunt in het setupprogramma een HP beheerderswachtwoord instellen, wijzigen of verwijderen. U beheert het wachtwoord als volgt: 1. Sluit de notebookcomputer af. Als u niet zeker weet of de notebookcomputer is afgesloten of in de hibernationstand...
  • Pagina 162: Hp Beheerderswachtwoord Opgeven

    Druk vervolgens op Na drie mislukte enter. pogingen om het HP beheerderswachtwoord op te geven, moet u de notebookcomputer opnieuw starten en het opnieuw proberen. Handleiding voor de hardware en software 12–11...
  • Pagina 163: Opstartwachtwoord

    Beveiliging Opstartwachtwoord Met een opstartwachtwoord voorkomt u dat de notebook- computer wordt gebruikt door onbevoegden. Als dit wachtwoord is ingesteld, moet u het wachtwoord opgeven wanneer de notebookcomputer wordt ingeschakeld of opnieuw wordt opgestart. Voor een opstartwachtwoord geldt het volgende: ■...
  • Pagina 164: Opstartwachtwoord Opgeven

    Beveiliging 4. Selecteer met de pijltoetsen Security (Beveiliging) > Power-On password (Opstartwachtwoord) en druk enter. ❏ Opstartwachtwoord instellen: typ het wachtwoord in de velden Enter New Password (Nieuwe wachtwoord invoeren) en Confirm New Password (Nieuwe wachtwoord bevestigen). Druk daarna op enter.
  • Pagina 165: Apparaatbeveiliging

    Beveiliging Apparaatbeveiliging In het menu Device Security (Apparaatbeveiliging) van het setupprogramma kunt u de mogelijkheid uitschakelen dat de notebookcomputer opstart vanaf een cd of diskette. Mogelijkheden van de notebookcomputer worden als volgt uitgeschakeld of weer ingeschakeld in het setupprogramma: 1. Sluit de notebookcomputer af. Als u niet zeker weet of de notebookcomputer is afgesloten of in de hibernationstand staat, zet u de notebookcomputer aan met de aan/uit-knop en vervolgens weer uit met de opdracht van het...
  • Pagina 166: Antivirussoftware

    Beveiliging Antivirussoftware Wanneer u de notebookcomputer gebruikt voor e-mail of voor toegang tot een netwerk of Internet, wordt de notebookcomputer blootgesteld aan computervirussen. Computervirussen kunnen tot gevolg hebben dat het besturingssysteem, de applicaties of de hulpprogramma's onbruikbaar worden of niet goed werken. Met antivirussoftware kunnen de meeste virussen worden opgespoord en vernietigd.
  • Pagina 167: Essentiële Beveiligingsupdates Voor Windows Xp

    Beveiliging Essentiële beveiligingsupdates voor Windows XP Ä VOORZICHTIG: Er worden voortdurend nieuwe computervirussen ontdekt. Het verdient dan ook aanbeveling alle essentiële updates te installeren zodra u van Microsoft een bericht hierover ontvangt. U wordt ook aangeraden eens per maand Windows Update uit te voeren, om de nieuwste aanbevolen updates van Microsoft te installeren.
  • Pagina 168: Firewall-Software

    Beveiliging Firewall-software Wanneer u de notebookcomputer gebruikt voor e-mail of voor toegang tot een netwerk of Internet, kunnen anderen op ongeoorloofde wijze informatie verkrijgen over u, uw notebookcomputer en uw gegevens. Firewalls bewaken al het inkomende en uitgaande verkeer op de computer. Daartoe bevatten ze voorzieningen zoals logboek- en rapportagefuncties, automatische alarmfuncties en gebruikersinterfaces voor het configureren van de firewall.
  • Pagina 169: Optioneel Kabelslot

    Beveiliging Optioneel kabelslot ✎ Van beveiligingsvoorzieningen moet op de eerste plaats een ontmoedigingseffect uitgaan. Deze ontmoedigingsmaatregelen kunnen niet voorkomen dat het apparaat verkeerd wordt gebruikt of wordt gestolen. U beveiligt de computer als volgt met een kabelslot: 1. Leg de beveiligingskabel in een lus om een stevig verankerd voorwerp heen.
  • Pagina 170 Beveiliging 3. Draai de sleutel tegen de wijzers van de klok in 1, haal de sleutel uit het slot 2 en bewaar de sleutel op een veilige plek. Handleiding voor de hardware en software 12–19...
  • Pagina 171: Setupprogramma

    Setupprogramma Het setupprogramma is een ROM-hulpprogramma voor systeemgegevens en aanpassingen dat u ook kunt gebruiken als het besturingssysteem Windows niet werkt of niet kan worden gestart. Met dit hulpprogramma kunt u informatie over de notebook- computer weergeven en kunt u instellingen opgeven voor opstartprocedures, beveiliging en andere voorkeuren.
  • Pagina 172: Setupprogramma Openen

    Setupprogramma Setupprogramma openen U opent het setupprogramma als volgt: 1. Zet de notebookcomputer aan of start deze opnieuw op in Windows. 2. Druk op voordat Windows wordt gestart en terwijl linksonder op het scherm het bericht "Press <F10> to enter setup"...
  • Pagina 173: Navigeren En Selecteren In Het Setupprogramma

    Setupprogramma Navigeren en selecteren in het setupprogramma Omdat het setupprogramma geen Windows-hulpprogramma is, biedt het geen ondersteuning voor het touchpad. In het setupprogramma kunt u navigeren en selecteren met het toetsenbord. ■ Gebruik de pijltoetsen om een menu of menuonderdeel te selecteren.
  • Pagina 174: Systeeminformatie Weergeven

    Setupprogramma Systeeminformatie weergeven In de volgende procedure wordt beschreven hoe u systeeminformatie weergeeft in het setupprogramma. 1. Open het setupprogramma door de notebookcomputer in te schakelen of opnieuw te starten in Windows en vervolgens te drukken op wanneer de prompt "Press <F10> to enter setup"...
  • Pagina 175: Standaardinstellingen Herstellen In Het Setupprogramma

    Setupprogramma Standaardinstellingen herstellen in het setupprogramma In de volgende procedure wordt beschreven hoe u de standaardinstellingen van het setupprogramma herstelt. 1. Open het setupprogramma door de notebookcomputer in te schakelen of opnieuw te starten in Windows en vervolgens te drukken op wanneer de prompt "Press <F10>...
  • Pagina 176: Geavanceerde Functies Van Het Setupprogramma Gebruiken

    Setupprogramma Geavanceerde functies van het setupprogramma gebruiken In deze handleiding worden de functies van het setupprogramma beschreven die zijn aanbevolen voor alle gebruikers. Raadpleeg Help en ondersteuning, dat alleen kan worden geopend wanneer de notebookcomputer met Windows werkt, voor meer informatie over de functies van het setupprogramma die alleen zijn aanbevolen voor ervaren gebruikers.
  • Pagina 177: Setupprogramma Afsluiten

    Setupprogramma Setupprogramma afsluiten U kunt hetsetupprogramma afsluiten, waarbij u de wijzigingen al dan niet opslaat. ■ Als u het setupprogramma wilt afsluiten en de wijzigingen van de huidige sessie wilt opslaan, gebruikt u een van de volgende twee procedures: ❏ Druk op en volg de instructies op het scherm.
  • Pagina 178: Software-Updates En Herstel Van Software

    Als u de voorkeur geeft aan gedetailleerde instructies om mee te werken, komt de informatie in de volgende gedeelten van pas bij de volgende activiteiten: ■ updates voorbereiden; ■ updates opzoeken op de HP website; ■ updates downloaden en installeren. Handleiding voor de hardware en software 14–1...
  • Pagina 179: Voordat U Een Software-Update Uitvoert

    Software-updates en herstel van software Voordat u een software-update uitvoert Als de notebookcomputer op een netwerk is aangesloten, raadpleegt u de netwerkbeheerder voordat u software-updates installeert, vooral als het gaat om een ROM-update. U wordt dringend geadviseerd een herstelpunt te maken voordat u met een software-update begint.
  • Pagina 180: Productgegevens Van De Notebookcomputer Opzoeken

    Software-updates en herstel van software Productgegevens van de notebookcomputer opzoeken Voordat u de updates voor uw notebookcomputer kunt selecteren, heeft u de volgende gegevens nodig: ■ De productcategorie is Notebook. ■ De naam van de productfamilie en het serienummer bevinden zich op de behuizing van het beeldscherm.
  • Pagina 181: Rom-Gegevens Van De Notebookcomputer Opzoeken

    Software-updates en herstel van software ROM-gegevens van de notebookcomputer opzoeken Als u wilt vaststellen of een beschikbare ROM-update een hogere ROM-versie is dan de huidige ROM-versie die op de notebookcomputer is geïnstalleerd, moet u weten welke versie van het ROM momenteel is geïnstalleerd. U zoekt als volgt de ROM-versie van de notebookcomputer op: »...
  • Pagina 182: Update Downloaden En Installeren

    Software-updates en herstel van software Update downloaden en installeren De meeste software op de HP website is verpakt in gecomprimeerde bestanden die SoftPaq's worden genoemd. Sommige ROM-updates kunnen zijn verpakt in gecomprimeerde bestanden die RomPaq's worden genoemd. De meeste downloadpakketten bevatten een bestand met de naam README.TXT.
  • Pagina 183 Software-updates en herstel van software ROM-update downloaden 1. Ga naar de pagina op de HP website die de software voor uw notebookcomputer bevat: ❏ Selecteer Start > Help en ondersteuning en selecteer een koppeling voor een software-update. – of –...
  • Pagina 184: Rom-Update Installeren

    Software-updates en herstel van software ROM-update installeren De procedures voor de installatie van het ROM kunnen verschillen. Volg de instructies die op het scherm verschijnen nadat het downloaden is voltooid. Als er geen instructies verschijnen, doet u het volgende: 1. Open Windows Verkenner. Om Windows Verkenner te openen via de knop Start, selecteert u Start >...
  • Pagina 185 ROM-update downloaden en installeren U kunt als volgt andere software, bijvoorbeeld een update van een applicatie, downloaden en installeren: 1. Ga naar de pagina op de HP website die de software voor uw notebookcomputer bevat: ❏ Selecteer Start > Help en ondersteuning en selecteer een koppeling voor een software-update.
  • Pagina 186 Software-updates en herstel van software 7. Selecteer in de doelmap de naam of het nummer van het softwarepakket dat u heeft gedownload. 8. Selecteer het bestand met de extensie .EXE, bijvoorbeeld BESTANDSNAAM.EXE. (De installatie begint.) 9. Volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien.
  • Pagina 187: Systeemherstelpunten

    Software-updates en herstel van software Systeemherstelpunten Systeemherstel is een voorziening van het besturingssysteem waarmee u schadelijke veranderingen in de software van de notebookcomputer ongedaan kunt maken. Dat gebeurt door de software te herstellen in een eerdere staat, herstelpunt genoemd, genoemd, waarin de software optimaal functioneerde. Herstelpunten zijn momentopnamen van uw software-, stuurprogramma- en systeembestanden.
  • Pagina 188: Herstelpunt Instellen

    Software-updates en herstel van software Herstelpunt instellen U stelt als volgt handmatig een herstelpunt in: 1. Selecteer Start > Help en ondersteuning > Systeemherstel. 2. Selecteer Een herstelpunt maken en volg de instructies op het scherm. Eerdere status van de notebookcomputer herstellen U herstelt als volgt een eerdere status van de notebookcomputer: 1.
  • Pagina 189: Applicaties Herstellen Of Opnieuw Installeren

    Software-updates en herstel van software Applicaties herstellen of opnieuw installeren Alle applicaties die vooraf zijn geïnstalleerd of geladen op de notebookcomputer, kunnen worden hersteld of opnieuw worden geïnstalleerd met behulp van de schijf Software Recovery (Herstel van software). ✎ Als u het besturingssysteem niet opnieuw heeft geïnstalleerd, kunnen sommige applicaties die vooraf zijn geladen op de notebookcomputer, zoals de applicaties die beschikbaar zijn in het hulpprogramma Software Setup (Software installeren),...
  • Pagina 190: Applicaties Opnieuw Installeren Vanaf De Vaste Schijf

    Software-updates en herstel van software Applicaties opnieuw installeren vanaf de vaste schijf U installeert een vooraf geladen applicatie of hulpprogramma als volgt opnieuw vanaf de vaste schijf: » Selecteer Start > Alle programma's > Software Setup (Software installeren) en volg de instructies op het scherm. (Wanneer u wordt verzocht om de software te selecteren die u opnieuw wilt installeren, kunt u de beschikbare onderdelen al dan niet selecteren).
  • Pagina 191: Besturingssysteem Herstellen

    Software-updates en herstel van software Besturingssysteem herstellen Als u wilt proberen het besturingssysteem te herstellen zonder verlies van persoonlijke gegevens, gebruikt u de schijf Operating System (Besturingssysteem) die bij de notebookcomputer is geleverd. 1. Sluit de notebookcomputer met de netvoedingsadapter aan op een stopcontact en zet de notebookcomputer aan.
  • Pagina 192: Besturingssysteem Opnieuw Installeren

    Software-updates en herstel van software Besturingssysteem opnieuw installeren Ä VOORZICHTIG: Maak een backup van uw gegevens alvorens het besturingssysteem opnieuw te installeren om te voorkomen dat u al uw persoonlijke gegevens kwijtraakt. Persoonlijke gegevens en software die u op de notebookcomputer heeft geïnstalleerd, gaan verloren als u het besturingssysteem opnieuw installeert.
  • Pagina 193 Software-updates en herstel van software 6. Druk op om door te gaan. (De gebruiks- enter rechtovereenkomst wordt weergegeven.) 7. Druk op om de voorwaarden te accepteren en door te gaan. (Het Setup-venster verschijnt.) 8. Druk op om het besturingssysteem opnieuw te installeren in plaats van het te herstellen.
  • Pagina 194: Stuurprogramma's En Andere Software Opnieuw Installeren

    Software-updates en herstel van software Stuurprogramma's en andere software opnieuw installeren Nadat het besturingssysteem is geïnstalleerd, moet u de stuurprogramma's opnieuw installeren. De schijf Driver Recovery (Herstel van stuurprogramma's) die bij de notebookcomputer is geleverd, bevat alle stuurprogramma's. U installeert stuurprogramma's als volgt opnieuw: 1.
  • Pagina 195: Opnieuw Geïnstalleerde Software Updaten

    Software-updates en herstel van software Opnieuw geïnstalleerde software updaten U wordt dringend geadviseerd alle opnieuw geïnstalleerde software te updaten. Al naar gelang de instellingen die golden in de vorige configuratie, is voor bepaalde software mogelijk een update uitgevoerd zonder dat u daar weet van heeft. Voer de volgende updateprocedures uit zodra de notebook- computer is verbonden met Internet.
  • Pagina 196: Niet Bij De Notebookcomputer Geleverde Versie Van Een Besturingssysteem Installeren

    Het besturingssysteem dat in de fabriek op de notebookcomputer is geïnstalleerd en op de schijf Operating System (Besturings- systeem) is meegeleverd, is verbeterd voor HP notebook- computers. De uitbreidingen bieden extra voorzieningen voor energiebeheer en beveiliging, en aanvullende ondersteuning voor externe apparatuur zoals schijfeenheden en PC Cards.
  • Pagina 197: Onderhoud Van De Notebookcomputer

    Onderhoud van de notebookcomputer Å WAARSCHUWING: Haal altijd het netsnoer uit het stopcontact en koppel externe apparatuur los voordat u de notebookcomputer of onderdelen ervan schoonmaakt. Å WAARSCHUWING: Spuit geen vloeistof op de notebookcomputer, het beeldscherm of het toetsenbord. Vloeistoffen en oplosmiddelen kunnen de buitenste laag en de interne onderdelen van de notebook- computer blijvend beschadigen.
  • Pagina 198: Temperatuur

    Onderhoud van de notebookcomputer ■ Voorkom dat de notebookcomputer lange tijd wordt blootgesteld aan direct zonlicht, extreme temperaturen of sterk ultraviolet licht. ■ Gebruik de notebookcomputer alleen op een stevige, vlakke ondergrond. Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen, die voor de luchtkoeling van de interne onderdelen zorgen, niet worden geblokkeerd.
  • Pagina 199: Toetsenbord

    Onderhoud van de notebookcomputer Toetsenbord Ä VOORZICHTIG: Zorg dat er geen vloeistof op of in het toetsenbord terechtkomt, omdat het toetsenbord hierdoor permanente schade kan oplopen. Gebruik geen gewone stofzuiger om het toetsenbord schoon te maken, omdat u mogelijk normaal huishoudelijk vuil op het oppervlak achterlaat in plaats van het te verwijderen.
  • Pagina 200: Beeldscherm

    Onderhoud van de notebookcomputer Beeldscherm Ä VOORZICHTIG: Spuit nooit water, vloeibare schoonmaakmiddelen of chemische producten op het beeldscherm. Hierdoor kan de notebook- computer blijvend worden beschadigd. Maak het beeldscherm regelmatig schoon met een zachte, vochtige, pluisvrije doek om vlekken en stof te verwijderen. Als het beeldscherm nog niet geheel schoon is, gebruikt u een antistatisch schoonmaakmiddel voor beeldschermen of antistatische vochtige doekjes.
  • Pagina 201: Transport

    Transport Voorbereiding op transport U maakt de notebookcomputer als volgt gereed voor verzending en transport: 1. Maak een backup van uw werk. 2. Verwijder alle cd's, dvd's, diskettes, schijven, PC Cards, ExpressCards en digitale kaarten. 3. Zet alle externe apparaten uit en koppel ze los. 4.
  • Pagina 202: Tips Voor Reizen Met De Notebookcomputer

    Transport Tips voor reizen met de notebookcomputer ■ Neem een backup van uw werk mee. Bewaar de backup apart van de notebookcomputer. ■ Als u moet vliegen, neem de notebookcomputer dan mee als handbagage. Geef de notebookcomputer niet af met uw overige bagage.
  • Pagina 203 Transport ■ Als de notebookcomputer een GSM-voorziening (Global System for Mobile Communication) of een GPRS- voorziening (General Packet Radio Service) heeft, moet u deze voorziening op de notebookcomputer uitschakelen voordat u aan boord gaat en uitgeschakeld laten als u van plan bent om de notebookcomputer tijdens de vlucht te gebruiken.
  • Pagina 204: Specificaties

    Specificaties Omgevingsvereisten De volgende tabel met informatie over de vereisten waaraan de omgeving moet voldoen, bevat nuttige informatie voor personen die de notebookcomputer onder extreme omstandigheden willen gebruiken of vervoeren. Factor Metrisch U.S. Temperatuur In bedrijf 10°C tot 35°C 50°F tot 95°F Buiten bedrijf -20°C tot 60°C -4°F tot 140°F...
  • Pagina 205 Specificaties Nominaal ingangsvermogen De elektriciteitsgegevens in dit gedeelte kunnen van pas komen als u van plan bent internationaal te reizen met de notebookcomputer. De notebookcomputer werkt op gelijkstroom, die kan worden geleverd via netvoeding of via een voedingsbron voor gelijkstroom. Hoewel de notebookcomputer kan worden gevoed via een aparte gelijkstroom-voedingsbron, wordt u ten zeerste aangeraden de notebookcomputer alleen te voeden via een netvoedingsadapter of een gelijkstroomkabel die is...
  • Pagina 206: In- En Uitgangssignalen Van De Dockingpoort (Alleen Bepaalde Modellen)

    Specificaties In- en uitgangssignalen van de dockingpoort (alleen bepaalde modellen) De informatie in dit gedeelte over signalen die de dockingpoort accepteert, kan van pas komen als u van plan bent gebruik te maken van een optioneel dockingapparaat dat wordt aangesloten op dockingpoort 2 van de notebookcomputer (alleen bepaalde modellen).
  • Pagina 207 Specificaties De volgende tabel geeft de ingangs- en uitgangssignalen weer die worden ondersteund door de dockingpoort 2 (alleen bepaalde modellen) van de notebookcomputer. ✎ Niet alle dockingapparaten ondersteunen deze voorzieningen. Voorziening Ondersteuning USB 2.0 10/100 Ethernet Gigabit Ethernet IEEE 1394 (4-pins poort) Infrarood voor consumentenelektronica Ja (alleen bepaalde (uitsluitend voor optionele afstandsbediening)
  • Pagina 208 Index 1394-poort 1–15 Accu- ontgrendeling 1–20 2–27 Accuruimte 1–20 Aan/uit/standby, knop Adapter, modem 10–3 herkennen 1–5 Adapterset 16–3 voorkeuren instellen 2–13 Afsluiten 2–5 2–8 2–11 werking wijzigen 2–13 Antennes, voor draadloze Aan/uit/standby- communicatie 1–11 lampje 1–9 1–13 Antivirussoftware 12–15 aan/uit/standby-lampje 1–13 Apparaatbeveiliging 12–14 Aanwijzer 3–3 Apparaten uitschakelen 12–14...
  • Pagina 209 Index Audio-uitgang productidentificatie- gebruiken 4–4 nummer 1–24 herkennen 1–15 1–17 Systeemherstel 14–10 Auteursrecht 4–9 wachtwoorden 12–5 Auto-adapter 2–16 Besturingssysteem, Windows, Automatisch afspelen 4–11 opnieuw installeren Autorun (Automatisch of herstellen 1–23 uitvoeren) 4–11 Beveiligingskabel, aansluiten 12–18 Beveiligingskabel, Bedrijfsspecificaties 17–1 aansluitpunt 1–18 Beeldscherm Beveiligings- helderheid regelen 3–13...
  • Pagina 210 Index Cd's opnieuw starten 7–4 hotkeys voor audio 3–13 plaatsen 7–2 inhoud weergeven 5–8 SD Card verwijderen 5–7 (Secure Digital- Cd-drive. Zie geheugenkaart) 7–1 Optische-schijfeenheden Secure Digital Certificaat van echtheid, Input/Output label 1–24 (SD I/O) 7–1 Compartimenten SM-kaart geheugenmodule 1–19 (SmartMedia) 7–1 mini-PCI 1–19 uitschakelen 7–4...
  • Pagina 211 Index ExpressCard-slot, afdekplaatje 6–6 Elektrische schok, Extern numeriek waarschuwing 2–1 toetsenblok 3–19 Elektrostatische ontlading 5–2 Externe monitor, Enablers, PC Card 6–1 6–6 poort 1–15 1–18 Energiebeheer aansluiten 2–1 besparen 2–24 Firewall-software 12–17 bron selecteren 2–2 Flashgeheugenkaart. loskoppelen 2–1 Zie Digitale kaarten netvoedingsadapter 1–21 -toets 1–2 schema's 2–14...
  • Pagina 212 4–4 afdrukopties openen 3–9 herkennen 1–15 1–17 Hotspots 11–1 Hoogte, specificaties 17–1 Hotkeys beheerderswachtwoord 12–6 functietoetsen HP wachtwoord 12–5 herkennen 1–2 HP wachtwoorden, gebruiken met extern richtlijnen 12–7 toetsenbord 3–7 Hub, USB 9–2 herkennen 3–5 overzicht 3–6 procedures 3–7 Handleiding voor de hardware en software Index–5...
  • Pagina 213 Index Kennisgevingen label met goedkeuringen In-/uitgangen voor modem 1–24 audio-ingang (microfoon) label met 1–15 1–17 4–3 kennisgevingen 1–24 audio-uitgang labels met keurmerken (hoofdtelefoon) voor apparatuur 1–15 1–17 4–4 voor draadloze RJ-11 (modem) 1–14 10–2 communicatie 1–25 RJ-45 Kennisgevingen, label 1–24 (netwerk) 1–14 10–8 Keurmerk voor apparatuur...
  • Pagina 214 Index storing door hibernationstand en Labels 1–24 standbystand 2–7 Certificaat van echtheid Media. Zie Media van Microsoft 1–24 Memory Stick (MS) 7–1 keurmerk voor apparatuur Memory Stick Pro (MSP) 7–1 voor draadloze Microfoon 4–3 communicatie 1–25 Microfooningang servicelabel 1–24 gebruiken 4–3 WLAN 1–25 herkennen 1–15 1–17...
  • Pagina 215 Index rechterkant 1–17 voorkant 1–12 Netsnoer 1–21 2–1 Ontgrendeling, Zie ook Kabels accu 1–20 2–27 Netvoedingsadapter 1–21 Ontgrendeling, voor Netvoedingsconnector 1–14 verwijderen accu 1–20 Netwerkconnector Zie ook Knoppen; aansluiten 10–8 Beeldschermschakelaar herkennen 1–14 Opbergen, Netwerkkabel 1–14 notebookcomputer 15–1 Network Service Boot Openen, (Opstarten via notebookcomputer 1–12...
  • Pagina 216 Index Zie ook Connector; label met goedkeuringen Voeding; Infrarood voor voor modem 1–24 consumentenelektronica; labels met keurmerken In-/uitgangen voor apparatuur voor draadloze Problemen oplossen communicatie 1–25 verbindingsproblemen in omgevingsvereisten 17–2 het buitenland 10–6 RJ-11-modemconnector WLAN's 11–9 aansluiten 10–2 Productgegevens 14–3 herkennen 1–14 Productidentificatie- RJ-45-netwerkconnector...
  • Pagina 217 Index onderhoud 5–1 Slot, beveiligings- optisch 1–17 kabel 1–18 12–18 verzenden 5–2 Slots Zie ook Cd's; Dvd's; Vaste beveiligingskabel 1–18 schijven; digitale media 1–16 Optische-schijfeenheden ExpressCard 1–16 Schuifzone, geheugenmodule 8–1 van touchpad 1–4 3–2 PC Card 1–16 Schuiven, voorkeuren 3–4 SD Card 7–1 , toets 3–7 SM-kaart (SmartMedia) 7–1...
  • Pagina 218 Index updaten 14–2 S-videoapparatuur, wizard Internet- aansluiten 4–5 S-video-uitgang 1–15 1–18 verbinding 3–9 Systeemherstel 14–10 WLAN 11–8 Systeemherstelpunten 14–10 Software-updates Systeeminformatie 13–4 14–4 overzicht voorbereiden 14–2 Specificaties Taal, wijzigen in nominaal setupprogramma 13–2 ingangsvermogen 17–2 Technische omgeving 17–1 ondersteuning 1–24 16–3 SSID 11–7 Technische ondersteuning.
  • Pagina 219 USB-apparatuur 9–1 9–2 HP 12–5 USB-hubs 9–2 opstart- USB-poorten 1–15 1–18 9–2 wachtwoord 12–6 12–12 QuickLock 3–12 richtlijnen voor HP Vaste schijven wachtwoorden 12–7 verwijderen richtlijnen voor Windows- van primaire 5–3 wachtwoorden 12–7 zelftest 13–6 standbystand 2–12 Vaste-schijfruimte, vergeten 12–4 herkennen 1–20...
  • Pagina 220 Index Wi-Fi Protected Access WLAN's (WPA)-Personal 11–7 apparaten herkennen 11–7 Windows, firewall 12–2 beveiliging 11–7 Windows, menu Start 1–2 documentatie 11–8 Windows-applicatietoets 1–3 gebruiken 11–6 Windows-beheerders- installeren 11–5 wachtwoord. overzicht 11–3 Zie Wachtwoorden problemen oplossen 11–9 Windows-gebruikers- WLAN-adapters 11–4 wachtwoord. WLAN-label 1–25 Zie Wachtwoorden WLAN-software 11–8...

Inhoudsopgave