1. O
............................................ 17
NDERHOUDSMENU
1.1. Toon het Installateursgeheugen................ 17
1.2. Test de uitgangen..................................... 17
1.3. Toon de open zones................................. 17
1.4. Looptesten van zones .............................. 17
1.5. Test de leds van de bediendelen .............. 17
2. T
............................................ 18
IJDSINSTELLINGEN
2.1. Inlooptijden .............................................. 18
2.1.1. Inlooptijd 1........................................ 18
2.1.2. Inlooptijd 2........................................ 18
2.2. Uitlooptijd................................................. 18
2.3. Verlengen van de inlooptijd ...................... 18
2.4. Sirenemenu.............................................. 18
2.4.1. Sirenetijd.......................................... 18
2.4.2. Sirenevertraging............................... 19
2.4.3. Stop 'Binnensirene' met
'Buitensirene' ........................................... 19
2.4.4. Herstel doormelding 'Inbraak' met
Buitensirene ............................................... 19
2.5. Tijd........................................................... 19
2.6. Datum en tekst menu ............................... 19
2.6.1. Datum .............................................. 19
2.6.2. Wissel Datum/Tekst ......................... 19
2.6.3. Voer de wisseltekst in ....................... 19
2.7. De instellingen voor de
zomertijd/wintertijd .......................................... 19
2.7.1. Instelling zomertijd ........................... 19
2.7.1.1. Datum ............................................. 19
2.7.2. Instelling wintertijd............................ 20
2.7.2.1. Datum ............................................. 20
2.7.3. Maak gebruik van de zomertijd......... 20
3. G
EBRUIKERS EN KODES MENU
3.1. Programmeer de kodes............................ 21
3.2. Bepaal de mogelijkheden voor een
gebruiker ....................................................... 21
3.3. Voer een installateurskode in ................... 23
3.4. Voer een kode voor uitschakelen onder
dwang in ......................................................... 23
3.5. Voer up/download kode 1 in ..................... 23
3.6. Voer up/download kode 2 in ..................... 23
3.7. Toon de open zones (aan de gebruiker) ... 24
3.8. 3.6 Invoer van de kodeteller ..................... 24
3.9. Toon ook de technische zones ................. 24
3.10. Werking sleutelschakelaar met display... 24
4. H
.................................................. 25
ET ZONEMENU
4.1. Programmeer de werking van de ingang .. 25
4.2. Programmeer de zone-opties ................... 27
4.3. Programmeringen voor trildetectors ......... 28
4.4. Programmeer de zonenaam ..................... 28
4.5. Programmeer de zones voor dual
(dubbellus) ..................................................... 28
Programmeerhandleiding voor de CD3401
CD3401 - II /v6p - 1-10-96
I
NHOUDSOPGAVE
.............................. 21
5. P
ROGRAMMEER DE UITGANGEN EN REMOTES
5.1. Programmeer de uitgangen ...................... 30
5.2. Installeer aangesloten remotes................. 32
6. M
ENU MET OVERIGE OPTIES
6.1. In/uitschakel opties................................... 33
6.1.1. Looptest voor de gebruiker ............... 33
6.1.2. Geforceerde inschakelopties............. 33
6.1.3. Opties voor alarmherhaling............... 33
6.1.4. Geef 'Ingeschakeld' aan op display... 34
6.1.5. Licht van het display altijd aan.......... 34
6.1.6. Opties voor zoemers en sirenes ....... 34
6.1.6.1. Uitloopfout alleen op binnensirene
of ook op buitensirene................................. 34
6.1.6.2. Zoemer tijdens de uitlooptijd............ 34
6.1.6.3. Zoemer tijdens de inlooptijd............. 34
6.1.6.4. Zoemer tijdens de gedeeltelijke
uitlooptijd ..................................................... 34
6.1.6.5. Zoemer tijdens de gedeeltelijke
inlooptijd ...................................................... 34
6.1.6.6. Buitensirene ook als uitgeschakeld
.................................................................... 35
6.1.7. Laatste deur instelling....................... 35
6.2. Opties voor overval alarmen .................... 35
6.2.1. Stil overvalalarm .............................. 35
6.2.2. Overval stil bij lijnfout ....................... 35
6.2.3. Overval op bediendelen.................... 35
6.3. Opties voor gedeeltelijke inschakeling en
deurbel............................................................ 35
6.3.1. Gedeeltelijke inschakeling met
uitlooptijd.................................................... 35
6.3.2. Toegangszones bij gedeeltelijke
inschakeling ............................................... 36
6.3.3. Doormelding bij gedeeltelijke
inschakeling ............................................... 36
6.3.4. Deurbel met geheugen ..................... 36
6.3.5. Deurbel ook op Binnensirene............ 36
6.4. Installateursreset menu ............................ 36
6.4.1. Installateursreset alleen met
installateurskode ........................................ 36
6.4.2. Overvalalarm veroorzaakt
installateursreset ........................................ 36
6.4.3. Sabotage veroorzaakt
installateursreset ........................................ 36
6.4.4. Installateursreset na alarm of
sabotage ................................................... 36
6.4.5. Wis installateursreset ....................... 36
6.5. Menu voor waarschuwingen ..................... 37
6.5.1. Activeer de zoemer bij uitval van de
netspanning................................................ 37
6.5.2. Activeer de zoemer bij lijnfouten
(PTT) ........................................................ 37
6.6. Fabrieksinstellingen menu ........................ 37
......... 30
................................. 33
Pagina 15