5.6
Afstandsbedieningen
De afstandsbediening dient voor de bediening op afstand van diverse apparaatfuncties. De 2-polige
aansluiting van de afstandsbediening bevindt zich op de apparaatbesturing > zie hoofdstuk 4.3.
5.7
Begrenzing vlambooglengte (USP)
De functie vlambooglengtebegrenzing
vlamboogspanning (ongewone hoge afstand tussen elektrode en werkstuk). De functie kan
procesafhankelijk in het desbetreffende expertmenu worden aangepast:
Elektrode lassen > zie hoofdstuk 5.4.7
TIG-lassen > zie hoofdstuk 5.5.8
De vlambooglengtebegrenzing kan voor cel-karakteristieken (indien aanwezig) niet worden gebruikt.
5.8
Energiebesparingsmodus (Standby)
De energiebesparingsfunctie kan door lang indrukken van de knop > zie hoofdstuk 4.3 of met de
instelbare parameter in het configuratiemenu van het apparaat (tijdsafhankelijke energiebesparingsfunctie
) worden geactiveerd > zie hoofdstuk 5.11.
Bij actieve energiebesparingsmodus wordt op de apparaatdisplays alleen de middelste digit
weergegeven.
Door een bedieningselement in te drukken (bijv. het draaien van een draaiknop) wordt de
energiebesparingsmodus gedeactiveerd en schakelt het apparaat naar lasgereed.
5.9
Spanningsverminderingsvoorziening
Uitsluitend apparaatvarianten met de toevoeging (VRD/AUS/RU) zijn uitgerust met een
spanningsverminderingsinrichting (VRD). Deze dient als extra veiligheid in gevaarlijke omgevingen (zoals
bijv. scheepsbouw, aanleg van buisleidingen, mijnbouw).
De spanningsverminderingsinrichting wordt in sommige landen en in vele veiligheidsvoorschriften van
lasstroombronnen voorgeschreven.
Het signaallampje VRD > zie hoofdstuk 4.3 brandt wanneer de spanningsverminderingsinrichting zonder
problemen functioneert en de uitgangsspanning tot de door de desbetreffende norm voorgeschreven
waarde wordt gereduceerd (technische gegevens > zie hoofdstuk 8).
5.10
Toegangsbesturing
Als beveiliging tegen verstelling van de apparaatinstellingen door onbevoegden of onbedoelde verstelling
kunnen enkele basisparameters van de besturing worden vergrendeld. De toegangsblokkering werkt als
volgt:
•
Parameters en instellingen in het apparaatconfiguratiemenu, in het expertmenu en in het
functieverloop worden weergegeven, maar kunnen niet worden gewijzigd.
•
Lasprocessen kunnen niet worden omgeschakeld.
De parameters voor de toegangsblokkering worden in het apparaatconfiguratiemenu
ingesteld > zie hoofdstuk 5.11.
Toegangsblokkering activeren
•
Toegangscode voor toegangsblokkering instellen: selecteer parameter
999).
•
Toegangsblokkering activeren: zet parameter
De activering van de toegangsblokkering wordt met signaallampje "Toegangsblokkering geactiveerd"
weergegeven > zie hoofdstuk 4.3.
Toegangsblokkering opheffen
•
De toegangscode voor toegangsblokkering invoeren: selecteer parameter
ingevoerde cijfercode in (000-999).
•
Toegangsblokkering deactiveren: zet parameter
toegangsblokkering kan alleen door de invoer van het eerder geselecteerde cijfercode worden
gedeactiveerd.
099-002129-EW505
26.03.2018
stopt het lasproces bij de detectie van een te hoge
op toegangsblokkering geactiveerd
op toegangsblokkering gedeactiveerd
Opbouw en functie
Afstandsbedieningen
en een cijfercode (000-
.
en voer de eerder
. De
25