8. Inbedrijfstelling
8.1. Algemene procedures
Alle handelingen met betrekking tot de
inbedrijfstelling moeten door personeel van ABB
verricht worden of door voldoende gekwalificeerd
personeel van de klant met gedetailleerde kennis
van de apparatuur en de installatie.
Als de bewegingen belemmerd worden, forceer dan
de mechanische vergrendelingen niet en controleer
of de volgorde van de manoeuvres juist is.
De kracht die toegepast moet worden
voor het aanbrengen van de uittrekbare
vermogenschakelaars is in paragraaf 7.5 vermeld.
58
58
Voor de vermogenschakelaar in bedrijf te stellen, de volgende
handelingen uitvoeren:
– controleren of de vermogensverbindingen stevig met de
aansluitingen van de vermogenschakelaar verbonden zijn;
– de instelling van de elektronische primaire overstroomlosser
(indien voorzien) bepalen;
– controleren of de waarde van de voedingsspanning van de
hulpcircuits tussen de 85% en de 110% van de nominale
spanning van de elektrische toepassingen ligt;
– controleren of er geen vreemde voorwerpen zoals
bijvoorbeeld verpakkingsresten tussen de bewegende delen
terecht gekomen zijn;
– controleren of de plaats van installatie voldoende
geventileerd is zodat er geen gevaar voor oververhitting
bestaat;
– tevens de in de tabel T3 vermelde controles uitvoeren.