SMA Solar Technology AG
5. Sluit de kabel afhankelijk van de bedrijfsmodus aan
op de 3-polige klemmenstrook. Zorg er daarbij voor
dat de leidingen helemaal tot aan de isolering in de
klemposities zitten.
6. Steek de 3-polige klemmenstrook met de
aangesloten leidingen in de aansluiting MFR.
7. De kabel met een kabelbinder bevestigen en het uitstekende uiteinde van de kabelbinder met
een passend gereedschap afknippen.
8. Zorg ervoor dat de klemmenstrook goed vastzit.
9. Zorg ervoor dat alle leidingen correct zijn aangesloten .
10. Zorg ervoor dat de leidingen stevig vastzitten in de klemposities. Tip: wanneer u de leidingen
uit de klemposities wilt losmaken, opent u de klemposities met geschikt gereedschap.
6.9
Aansluiting op RS485-interface
6.9.1
RS485-ingang
Door middel van de RS485-interface kan het laadstation kabelgebonden
SMA communicatieproducten of vrijgegeven energiemeters communiceren. De functie wordt door
de softwarefunctionaliteit bepaald.
Bedieningshandleiding
6 Elektrische aansluiting
EVC22-3AC-20-BE-nl-10
55