OPMERKING: Voor een optimale werking hebben
de machines een constante stoomdruk van 5,3 tot
6,9 bar (80 tot 100 psig) nodig. De maximaal
toelaatbare stoomdruk voor het gebruik met 50 Hz
droogtrommels bedraagt 8,6 bar (125 psig). Onder
geen enkele voorwaarde mag de druk deze waarde
overschrijden.
Raadpleeg voor de juiste maten van de stoomleidingen
de leverancier van het stoomsysteem of een bevoegd
stoomfitter.
• Zie Figuur 19 en Figuur 20 voor de juiste
configuraties van de stoomleidingen.
• Om te voorkomen dat condens van
aftakkingstukken in de wasdroger komt, moeten
de leidingen minimaal 305 mm (12 inch) hoger
liggen dan het desbetreffende aftakkingstuk.
Breng geen stoomverbinding tot stand met het
aftakkingstuk met een horizontale of naar
beneden gericht T-stuk of bocht.
• Waar mogelijk moeten horizontale
condensleidingen d.m.v. de zwaartekracht naar
beneden lopen, naar het desbetreffende
stoomaftakkingstuk. Wateropeenhoping, of een
niet goed gedraineerd condensaftakkingstuk zal
natte stoom tot gevolg hebben, waardoor de
droogtrommel niet optimaal kan werken. Als
wateropeenhoping of onjuiste drainage niet kan
worden verholpen, installeer dan een omloopval
om condens van het laagste punt in het
condensaftakkingstuk naar de teruggang te
voeren.
• Voor zowel de stoomtoevoer- als de
stoomterugganglijn, wordt aanbevolen dat deze
over een leidingkoppelstuk en een afsluitklep
beschikken. Hiermee kunt u de
stoomaansluitingen ontkoppelen en de
droogtrommel onderhouden, terwijl uw
wasmachines draaien.
• Sluit de stoommagneetklep aan de daarmee
verband houdende stoomspiraalinlaatverbinding
d.m.v. nippels, flexibele slangen, koppel- en T-
stukken.
• Reinig indien nodig de zeven van achtergebleven
materiaal van slangen of leidingen.
• Installeer vacuümbreker (optioneel),
condensopvangsysteem met ingebouwde zeef en
terugslagklep. Om de wasdroger optimaal te
laten werken, moet het opvangsysteem 457 mm
(18 inch) onder de spoel en zo dichtbij de
wasdroger als mogelijk worden geïnstalleerd.
Controleer het opvangsysteem zorgvuldig op
inlaat- en uitlaatmarkeringen en installeer het
volgens de instructies van de fabrikant. Als
stoom een zwaartekrachtteruggang naar de boiler
50
Stoomeisen
© Published by permission of the copyright owner - DO NOT COPY or TRANSMIT
heeft, laat het opvangsysteem dan weg, maar
installeer vacuümbreker en terugslagklep in de
retourleiding in de buurt van de droger.
Zwaartekrachtteruggang vereist dat dat alle
terugkeerleidingen lager zijn dan de
stoomspiraaluitlaten.
• Installeer het koppelstuk en de afsluiter in de
retourleiding en breng de definitieve
leidingaansluitingen aan het aftakkingstuk tot
stand.
OPMERKING: Om waterslag te voorkomen, moet
u de retourleidingen onder de uitlaten van de
stoomspiralen langs leiden.
Aanbevelingen voor leidingen
• Maak elk stoomspiraal tot een apart
opvangsysteem. Houd het
condensopvangsysteem altijd schoon en in goede
staat van onderhoud.
• Wanneer de droogtrommel zich aan het eind van
een reeks apparatuur bevindt, verleng het
aftakkingstuk ten minste 4 voet (1,20 m) voorbij
de droogtrommel. Installeer een afsluitklep,
koppelstuk, keerklep en omloopval aan het eind
van de lijn. Indien er een zwaartekracht of
natuurlijke teruggang naar de boiler is, laat de val
dan weg.
• Isoleer de stoomtoevoer- en retourleidingen voor
de veiligheid van de operator en voor de
veiligheid tijdens onderhoudswerkzaamheden
aan de droogtrommel.
WAARSCHUWING
Alle systeemcomponenten moeten een
werkdruk van 8,6 bar (125 psig) hebben.
Afsluitkleppen moeten aan de invoerzijde
van de stoommagneetklep en aan de
uitvoerzijde van elke stoomval worden
geïnstalleerd zodat componenten kunnen
worden geïsoleerd voor onderhoud of in
noodsituaties.
Alle componenten (magneetklep, vallen)
moeten worden ondersteund om belasting
op de stoomspiraalaansluitingen van de
droogtrommel te minimaliseren.
W701DU
70476501 (DU)