U denkt dat er een probleem is
verschijnt wanneer de sluiterknop half wordt ingedrukt
•
Stel [IS modus] in op [Aan]
Stel de flitser in op h
•
•
Verhoog de ISO-waarde
Het beeld is wazig.
•
Maak een opname op de juiste scherpstelafstand van het onderwerp
•
Stel [AF-hulplicht] in op [Aan]
•
Controleer of functies die u niet wilt gebruiken (macro, enzovoort), niet
zijn ingesteld.
•
Maak opnamen met de focusvergrendeling of AF lock
Ook als u de sluiterknop half indrukt, verschijnt het kader niet
en stelt de camera niet scherp.
•
Als u richt op contrasterende lichte en donkere gebieden van het onderwerp en
de sluiterknop half indrukt, of als u de sluiterknop meerdere malen half indrukt,
verschijnt het kader en stelt de camera scherp.
Het onderwerp is te donker.
Stel de flitser in op h
•
•
Pas de helderheid aan met belichtingscompensatie
•
Gebruik AE lock of gebruik spotmeting om opnamen te maken
Het onderwerp is te licht (overbelicht).
Stel de flitser in op !
•
•
Pas de helderheid aan met belichtingscompensatie
•
Gebruik AE lock of gebruik spotmeting om opnamen te maken
•
Het onderwerp is te licht door omgevingsverlichting.
Het beeld is donker hoewel de flitser is gebruikt
•
Verhoog de ISO-waarde
De opname die is gemaakt met de flitser, is te licht (overbelicht).
•
Maak de opname met de juiste afstand voor het gebruik van de flitser
Stel de flitser in op !
•
Er verschijnen witte stippen in het beeld als ik een opname maak
met de flitser.
•
Het licht van de flitser wordt weerspiegeld door stofdeeltjes of andere
voorwerpen in de lucht.
Het beeld is onzuiver of korrelig.
•
Maak opnamen met een lagere ISO-waarde
•
Afhankelijk van de opnamemodus kan het beeld onzuiver of korrelig lijken als
u opnamen maakt met een hoge ISO-waarde
146
(p.
139).
(p.
67).
(p.
70).
(p.
137).
(p.
67).
(p.
57).
(p.
70).
(p.
57).
(pags.
76, 80).
(p.
72).
(p.
72).
(p.
23).
(p.
70).
(pags.
55, 56).
(p.
57).
(p.
161).
(p.
82).
(p.
82).
(p.
67).