INSTALLATIE
MONTAGE
Info
Let er bij de inbouw van een warmtehoeveelheidstel-
ler op dat de meeste warmtehoeveelheidstellers hoge
drukverliezen hebben. Daarom moet de circulatiepomp
overeenkomstig groter worden gedimensioneerd.
10.7 Condensaatafvoer
Voor de condensaatafvoer werd in de fabriek een condensaataf-
voer gemonteerd op de ontdooibak.
1 Condensaatafvoer
f Bevestig een slang op de condensaatafvoer.
f
f Isoleer de slang om vorstbescherming te waarborgen.
f
Materiële schade
!
Let erop dat de slang niet geknikt raakt. Plaats de slang
met verval.
f Controleer na het plaatsen van de slang of het condensaat
f
goed kan weglopen.
10.8 Externe 2e warmtegenerator
Bij bivalente systemen moet de warmtepomp altijd worden ge-
integreerd in de retour van de tweede warmtegenerator (bijv.
olieketel).
10.9 Elektrische aansluiting
Info
Houd rekening met de bedienings- en installatiehandlei-
ding van warmtepompmanager WPM 3.
Aansluitwerkzaamheden mogen alleen uitgevoerd worden door
een erkende installateur conform deze handleiding!
De goedkeuring van het bevoegde elektriciteitsbedrijf moet be-
schikbaar zijn om het toestel te kunnen aansluiten.
De aansluitklemmen zitten in het aansluitgebied van het toestel.
f Houd rekening met het hoofdstuk "Voorbereiden van de elek-
f
trische installatie".
f Voor de aansluitingen dient u kabels te gebruiken die vol-
f
doen aan de voorschriften.
f Steek de kabels door de trekontlastingen.
f
12
| WPL 10 ACS
10.9.1 Toegang tot het aansluitgebied
f Verwijder de afdekking.
f
1
1 Kabeldoorvoeren
f Leid de elektrische installatiekabels van onderaf door de ka-
f
beldoorvoeren omhoog naar het aansluitgebied.
1 Aansluitgebied
1
1
WWW.STIEBEL-ELTRON.COM