7.3 Ontluchtingsfunctie
Wanneer u het toestel voor het eerst inschakelt, wordt
de ontluchtingsfunctie eenmalig uitgevoerd. De verwar-
mingspomp wordt in intervallen in- en uitgeschakeld. Dit
duurt ca. 8 minuten. In het tekstdisplay wordt 7.3 ont-
luchttingsfunctie weergegeven. Het display met twee
0
posities geeft
afwisselend met de aanvoertempera-
0
tuur weer. Open de automatische ontluchter en sluit
deze na het ontluchten weer.
Na onderhoudswerkzaamheden kunt u
i
ontluchtingsfunctie opnieuw inschakelen.
• Wanneer de ontluchtingsfunctie op „Aan, automa-
tisch deactiveren" is gezet, wordt deze na afloop
automatisch op „Uit" teruggezet.
7.4 Huidige toerental dialoogpomp
Het huidige toerental van de pomp kan opgeroepen
worden.
7.5 Lastindex dialoogpomp
De lastindex wordt weergegeven.
7.6 Type dialoogpomp
Het type van de ingebouwde dialoogpomp wordt geco-
deerd weergegeven.
7.7 Vermogensverlaging
In de afleveringstoestand is deze functie ingeschakeld.
De functie voorkomt een overbelasting van de warmte-
wisselaar bij hoge aanvoertemperaturen.
Het vermogen van de brander wordt afhankelijk van de
aanvoertemperatuur verminderd. Dat wil zeggen dat tot
een aanvoertemperatuur van 80°C het volledige bran-
dervermogen toegestaan is. Boven 80°C wordt het
brandervermogen verminderd totdat bij een aanvoer-
temperatuur van 90°C alleen nog het minimale toestel-
vermogen (ook bij volledige warmteaanvraag) ter
beschikking staat.
De functie kan voor de functie sanitair water en/of voor
de verwarmingsfunctie uitgeschakeld worden.
7 181 465 333 (04.02)
8.5 Sifonvulprogramma
Het sifonvulprogramma zorgt ervoor dat de condenswa-
tersifon na de installatie of na langdurige stilstand van
het toestel gevuld wordt, zodat geen rookgas naar de
opstellingsruimte kan ontwijken.
Het sifonvulprogramma wordt geactiveerd wanneer:
• het toestel wordt ingeschakeld met de hoofdschake-
laar,
• de brander minstens 48 uur niet in werking is
geweest,
• er wordt overgeschakeld tussen zomer en winter-
stand.
Bij de volgende warmtevraag van de verwarmingsfunc-
tie of boilerfunctie wordt het toestel 15 minuten op klein
warmtevermogen gehouden. Het sifonvulprogramma
blijft actief tot de 15 minuten van de functie op het
kleine warmtevermogen verstreken zijn.
In het tekstdisplay wordt Sifonvulprogramma
ing.min. vermogen weergegeven. In het display van
twee posities wordt -II- weergegeven, afwisselend met
de aanvoertemperatuur.
Wanneer de condenswatersifon niet ge-
vuld is, kan rookgas naar buiten komen.
B Schakel het sifonvulprogramma alleen
uit voor onderhoudswerkzaamheden.
B Schakel het sifonvulprogramma na de
onderhoudswerkzaamheden beslist
weer in.
9.2 Behoefteaanmelding
In de afleveringstoestand is deze functie ingeschakeld.
Deze functie heeft betrekking op de ECO-functie. De
toets
is verlicht.
De behoefteaanmelding maakt maximale gas- en water-
besparing mogelijk.
Door kort openen en sluiten van de warmwaterkraan
wordt het water in het toestel tot de ingestelde tempe-
ratuur verwarmd.
Na korte tijd is er warm water beschikbaar.
9.3 Fout branderautomaat Asic (uitgebreide mel-
dingen)
De status of een foutmelding van de branderautomaat
worden weergegeven.
Servicefuncties
13