4
Gebruik en onderhoud van de inkjetprinter Inktpatronen
4
5
De houder voor inkjetpatronen
reinigen .
1
2
3
De inkjetpatronen opnieuw installeren
1
2
3
4
58
Houd de inkjetpatroon tegen het licht om te controleren of er nog vezels op de
voorkant en randen zitten. Herhaal stap 2 en 3 als er nog vezels te zien zijn.
Herhaal stap 1-4 met de driekleurige inkjetpatroon. Gebruik een schoon,
bevochtigd wattenstaafje om eventuele vervuiling te voorkomen.
Ga zodanig zitten dat u op
ooghoogte bent met de printer.
Zoek de houder op waarin de
inkjetpatronen zich bevonden.
Gebruik schone, bevochtigde
wattenstaafjes om de onderkant van
elke wand van de houder af te vegen.
Dit is waar zich vezels kunnen
ophopen en waar ze met papier in
contact kunnen komen. Herhaal dit
proces totdat er op een schoon
wattenstaafje geen inktresidu meer achterblijft.
Plaats de inkjetpatronen opnieuw in de houders en sluit de bovenklep van de
printer.
Sluit de elektriciteitskabel opnieuw aan op de achterkant van de printer.
Druk een pagina af.
Kijk of de inkt op de afgedrukte pagina strepen vertoont.
Opmerking:
in principe zouden met deze procedure alle vezels verwijderd
moeten zijn die op een pagina voor inktstrepen zouden kunnen zorgen. Het kan
echter voorkomen dat er vezels worden gemist. Als de afdruk nog steeds strepen
vertoont, dient u de procedure te herhalen tot de testafdruk helder en scherp is.
Deze procedure en andere onderhoudstips zijn op het World Wide Web te vinden
op: http://www.hp.com/support/home_products
6410907