VENTO 50
VENTO 60
Kader C:
Maak de conische dichtingskoppeling in de gastoevoerleiding direkt naast het
gasregelblok los. Schroef nu alle boutjes uit de bodemplaat, rondom de
brander. Men kan nu de bodemplaat aan de voorzijde oplichten, zodat dan de
koperen gastoevoer-leiding Ø8 mm naar de hoofdbrander, aan de onderzijde,
gedemonteerd kan worden. De waakvlam dient nu aan onder- en bovenzijde te
worden losgeschroefd. Men kan nu de complete bodemplaat uitnemen. De
ventilator (indien hiervan voorzien) is nu bereikbaar.
VENTO 100:
Maak de conische dichtingskoppeling in de gastoevoerleiding direkt naast het
gasregelblok los. Schroef nu alle boutjes uit de bodemplaat, rondom de
brander. Men kan nu de bodemplaat aan de voorzijde oplichten, zodat dan de
koperen gastoevoer-leiding Ø8 mm naar de hoofdbrander, aan de onderzijde,
gedemonteerd kan worden. De waakvlam dient nu aan onder-en bovenzijde te
worden losgeschroefd. Men kan nu de complete bodemplaat uitnemen. De
ventilator (indien hiervan voorzien) is nu bereikbaar.
VENTO 130:
Schroef eerst alle boutjes uit de bodemplaat, rondom de brander. Men kan nu
de
bodemplaat aan de voorzijde oplichten, zodat dan de koperen gastoevoer-
leiding Ø8 mm naar de hoofdbrander, aan de onderzijde, gedemonteerd
kan worden. Demonteer daarna de aluminium waakvlamleiding Ø4 mm,
thermokoppel en piëzokabel van het gasregelblok in de bedieningsunit en duw
deze terug richting het toestel. Men kan nu de complete bodemplaat uitnemen.
De ventilator (indien hiervan voorzien) is nu bereikbaar.
Belangrijk:
5.2
MONTAGE
De montage dient in omgekeerde volgorde te geschieden. Let op dat het afdicht-
koord van de bodemplaat en glasplaat goed aansluit. Elke gasverbinding, die los
is geweest, dient na montage weer met zeepwater of een lekzoeker op dichtheid
te worden gecontroleerd.
VENTO 70
VENTO 80
Tijdens het uitnemen, indien aanwezig, de
bedrading van de ventilatorthermostaat
(clickson) aan de onderzijde van de
branderplaat loskoppelen.
VENTO 100
VENTO 130
57