4-6
Problemen en oplossingen
Probleem
3.
Verminderde dekking,
slecht overdrachts-
rendement
4.
Geen kV−signaal
vanaf het spuitpistool
(display toont 0 kV bij
triggeren van
pistool), maar er
wordt wel poeder
verspoten
5.
Poederafzettingen op
elektrode−uiteinde
6.
Geen kV−signaal
vanaf het spuitpistool
(display toont
spanning of mA
waarde, maar er
wordt wel poeder
verspoten)
7.
Geen kV-spanning en
geen poederafgifte
P/N 7146840A02
Mogelijke oorzaak
OPMERKING: Controleer de helpcode in de besturing voordat u de mogelijke
oorzaken nagaat en voer de corrigerende maatregelen uit die in deze paragraaf zijn
aanbevolen.
Lage elektrostatische spanning
Slechte elektrode-aansluiting
Slechte aarding van werkstukken
OPMERKING: Controleer de helpcode in de besturing voordat u de mogelijke
oorzaken nagaat en voer de corrigerende maatregelen uit die in deze paragraaf zijn
aanbevolen.
Beschadigde pistoolkabel
Kortsluiting in elektrische
pistoolvoeding
Onvoldoende flow voor
elektrodespoeling
OPMERKING: Controleer de helpcode in de besturing voordat u de mogelijke
oorzaken nagaat en voer de corrigerende maatregelen uit die in deze paragraaf zijn
aanbevolen.
Onderbreking in elektrische
pistoolvoeding
Beschadigde pistoolkabel
Defecte triggerschakelaar,
displaymodule of kabel
Actie
Verhoog de elektrostatische spanning.
Verwijder de spuitmond en de
elektrode−eenheid. Reinig de elektrode en
controleer op sporen van verkoling of
beschadiging. Voer de
elektrodeweerstandstests uit op pagina 4-10.
Wanneer de elektrode−eenheid in orde is,
verwijder dan de elektrische pistoolvoeding
en controleer de weerstand ervan zoals
vermeld op pagina 4-10.
Controleer de transportketting, rollers en
werkstukophanghaken op
poederafzettingen. De weerstand tussen de
werkstukken en aarde moet 1 megohm of
minder zijn. Het beste resultaat wordt
verkregen bij 500 ohm of lager.
Verricht de Geleidingstests voor pistoolkabel
op pagina 4-11.
Vervang de kabel als u een onderbreking of
kortsluiting vindt.
Voer de Weerstandstest elektrische voeding
uit op pagina 4-10.
Verstel de naaldklep voor elektrodespoeling
bij de toevoereenheid om de flowwaarde
voor elektrodespoeling te verhogen.
Voer de Weerstandstest elektrische voeding
uit op pagina 4-10.
Verricht de Geleidingstest voor pistoolkabel
op pagina 4-11.
Vervang de kabel als u een onderbreking of
kortsluiting vindt.
Controleer middenboven op de
besturinginterface de icoon "Pistooltrigger
aan". Als de icoon niet verlicht is, controleer
dan de H36 helpcode. Controleer de
aansluitingen van de triggerschakelaar naar
de displaymodule, vervang de schakelaar
eventueel.
Verricht de Geleidingstest voor pistoolkabel
op pagina 4-11.
E 2008 Nordson Corporation
Vervolg...