1
1-1 De EX7750 op het netwerk
Hoofdstuk 1:
Aansluiten op
het netwerk
In dit hoofdstuk wordt een samenvatting gegeven van de stappen die nodig zijn om
de EX7750 in te stellen. Dit hoofdstuk bevat tevens diagrammen waarin u naar andere
hoofdstukken of andere handleidingen wordt verwezen voor de voltooiing van de
installatie. Gebruik deze verwijzingen om snel de informatie te vinden die u nodig
hebt.
De EX7750 op het netwerk
Wanneer de EX7750 is aangesloten op een netwerk, werkt deze als een
PostScript-netwerkprinter. De ingebouwde Ethernet-interface van de EX7750
ondersteunt de volgende netwerkprotocollen (regels waarmee computers op een
netwerk met elkaar kunnen communiceren):
• AppleTalk
• TCP/IP
TCP/IP staat voor Transmission Control Protocol/Internet Protocol. Het
lpd-protocol is het standaardafdrukprotocol van TCP/IP. Het nbt-protocol
ondersteunt Windows-afdrukken (SMB). SMTP (Simple Mail Transfer Protocol)
is het protocol om e-mail tussen servers te versturen. SNMP (Simple Network
Management Protocol) is het protocol om complexe netwerken te beheren. Poort
9100 is het nummer van de printerserverpoort om afdrukverbindingen tussen de
afdrukserver en een externe computer te publiceren. IMAP (Internet Message Access
Protocol) is het protocol om e-mailberichten op te halen. POP3 (Post Office
Protocol) is het protocol om e-mailberichten op te halen met of zonder SMTP. Het
http-protocol (hypertext transfer protocol) wordt veel gebruikt voor webpagina's op
het Internet en op intranetten. Het http-protocol ondersteunt ook IPP-afdrukken.
Daarnaast worden de protocollen DHCP en BOOTP gebruikt om automatisch
IP-adressen toe te wijzen. Deze worden niet weergegeven in de diagrammen in dit
hoofdstuk. Zie
"Opties voor TCP/IP-instellingen"
informatie.
• IPX/SPX (Novell)
IPX/SPX staat voor Internetwork Packet Exchange/Sequenced Packet Exchange.
op pagina 4-19 voor meer