6.5. Kettinggeleider
A
C
De positie van de kettinggeleider instellen
Schakel de fiets uit.
Schakel naar de laagste versnelling.
Draai de buitenste kettinggeleider (A) naar boven.
Draai de moer van de buitenste kettinggeleider (B) los met behulp van
een 5 mm inbussleutel en beweeg het kettinggeleidergedeelte omhoog
en omlaag om de kettingschakelmarkering op de achterplaat van de
kettinggeleider (C) op één lijn met de bovenkant van de ketting te brengen.
Draai de moer van de buitenste kettinggeleider (B) aan tot
4,5 Nm/40 in-lbf met behulp van een momentsleutel en een 5 mm bit.
Draai de buitenste kettinggeleider (A) omlaag en zet deze in de
gewenste positie vast.
15
B
6.6. Stuurpen
Bepaalde Turbo Levo SL-modellen zijn voorzien van een Aluminium Trail-
stuurpen.
WAARSCHUWING! De stuurpen is zo ontworpen dat er geen ruimte
aan de bovenste zijde zichtbaar is tussen de body stuurpen en de
klemplaat. De bovenste bouten moeten worden aangedraaid zodat
de klemplaat tegen de body stuurpen komt te zitten voordat het
wordt vastgedraaid. Als de klemplaat niet tegen de body van de
stuurpen zit, kan dit structurele schade aan het stuur veroorzaken.
C
D
E
A
B
F