WERKEN
NL
De indicatielampjes van de lader geven de oplaadstatus aan:
Symbool
De slimme lader meet het laadniveau van het accupakket en laadt deze dienovereenkomstig op
met de benodigde stroom en spanning, rekening houdend met de temperatuur en de spanning van
de accu.
batterij, waardoor een maximale levensduur van de batterij wordt gegarandeerd.
Laad de batterij volledig op voordat u deze opbergt.
Een knipperende rode LED op de lader geeft aan dat de accutemperatuur buiten het laadtemperatuurbereik
van 4°C tot 40°C ligt. Zodra de toegestane temperatuur is bereikt, schakelt de acculader automatisch over
naar de oplaadmodus.
Als het temperatuurbereik geschikt is en de rode LED blijft knipperen, verwijdert u de batterij en plaatst u
deze opnieuw. Als de LED-status een tweede keer terugkeert, probeer dan een vergelijkbare batterij op te
laden. Als de batterij normaal oplaadt, moet u de defecte batterij weggooien (zie de paragraaf Recycling en
weggooien).
Als het rode lampje blijft knipperen na het installeren van de tweede batterij (zorg ervoor dat de
batterijtemperatuur normaal is), dan is de oplader mogelijk defect.
Vervangen door een nieuwe.
Na continue of herhaalde laadcycli zonder onderbreking kan de oplader oververhit raken.
Dit verschijnsel is normaal en vormt geen technisch defect van de batterijlader.
WAARSCHUWING
Schakel het apparaat altijd uit, verwijder de contactsleutel en de accu en laat het apparaat
afkoelen voordat u controle-, onderhouds- en reinigingswerkzaamheden uitvoert.
Indicatie lichten
Rood,
ichtingaanwijzer
Rood, stevig
Groen,
knipperend
Groen, stevig
132
stand van zaken
Opladen gepauzeerd, zie
onderstaande instructies.
Aangesloten op het
elektriciteitsnet (dag ervoor)
Bezig met laden
Charge complète