Tabel 4. Opties in het menu Startup (vervolg)
Menu-item
UEFI/Legacy Boot
Boot Mode
Option Keys display
Boot Device List F12 Option
Boot Order Lock
Menu Restart
Selecteer Restart in het ThinkPad Setup-menu om het ThinkPad Setup-programma af te sluiten en de
computer opnieuw op te starten.
Het volgende submenu´s worden afgebeeld:
• Exit Saving Changes: Sla de wijzigingen op en start de computer opnieuw op.
90
Handboek voor de gebruiker
Waarde
• Both
– UEFI/Legacy Boot Priority
– UEFI First
– Legacy First
• UEFI Only
• Legacy Only
CSM Support (voor UEFI Only)
• Yes
• No
• Quick
• Diagnostics
• Disabled
• Enabled
• Disabled
• Enabled
• Disabled
• Enabled
Opmerkingen
Selecteer de
systeemopstartmogelijkheid.
• Both: selecteer de prioriteit van de
opstartopties tussen UEFI en Legacy.
• UEFI Only: het systeem start alleen
op van het UEFI-ingeschakelde
besturingssysteem.
• Legacy Only: het systeem
wordt opgestart vanaf een
besturingssysteem, behalve van
het van UEFI voorziene systeem.
Opmerking: Als u UEFI Only selecteert,
kan het systeem niet worden opgestart
vanaf opstartbare apparaten die een
besturingssysteem zonder UEFI hebben.
CSM (Compatibility Support Module)
is vereist voor het opstarten van het
oude besturingssysteem. Als u UEFI
Only selecteert, kunt u CSM Support
selecteren. Voor de modus Both of
Legacy Only kunt u CSM Support niet
selecteren.
Scherm tijdens de zelftest (POST):
• Quick: het ThinkPad-logo verschijnt
op het scherm.
• Diagnostics: er worden
tekstberichten weergegeven.
Opmerking: U kunt ook naar de
werkstand Diagnostic gaan door tijdens
de zelftest (POST) op Esc te drukken.
Als u Disabled selecteert, wordt het
bericht "To interrupt normal startup,
press Enter." niet weergegeven tijdens
de POST.
Als u Enabled selecteert, wordt de toets
F12 herkend en wordt het venster Boot
afgebeeld.
Als u Enabled selecteert, wordt Boot
Priority Order voor toekomstig gebruik
vergrendeld.