insTallaTie
elektrische aansluiting
f Installeer het of de open verwarmingscircuit(s) in de referen-
f
tieruimte (ruimte waarin de externe bedieningseenheid van
de warmtepompregeling geïnstalleerd is, bijv. de woonka-
mer). De individuele ruimteregeling kan dan gebeuren met
de externe bedieningseenheid of indirect door de aanpassing
van de stooklijn of de aanpassing van de ruimte-invloed.
Het debiet wordt via het zelfregelende systeem automatisch in-
gesteld (zie menu "INGEBRUIKNAME/VERWARMEN/SPREIDINGS-
REGELING/STAND-BY POMPVERMOGEN" in de warmtepompma-
nager).
In de warmtepompmodus wordt tussen aanvoer en retour van
de warmtepomp een vaste spreiding ingesteld (zie menu "INGE-
BRUIKNAME/VERWARMEN/SPREIDINGSREGELING" in de warm-
tepompmanager).
Het huidige debiet kunt u in het menu "INFO / INFO WARMTE-
POMP/PROCESGEGEVENS" onder" WP WATERDEBIET" aflezen.
10.8.2 Minimumdebiet bij installaties met buffervat
Bij gebruik van een buffervat moet u in het menu "INSTELLINGEN/
VERWARMEN/BASISINSTELLINGEN" de parameter "BUFFERWER-
KING" op "AAN" zetten.
Het debiet wordt via het zelfregelende systeem automatisch in-
gesteld (zie menu "INGEBRUIKNAME/VERWARMEN/SPREIDINGS-
REGELING/STAND-BY POMPVERMOGEN" in de warmtepompma-
nager).
Het huidige debiet kunt u in het menu "INFO / INFO WARMTE-
POMP/PROCESGEGEVENS" onder" WP WATERDEBIET" aflezen.
10.9 Externe tweede warmteopwekker
Bij bivalente systemen moet de warmtepomp op de retour van de
tweede warmtegenerator worden aangesloten.
10.10 Veiligheidstemperatuurbegrenzer voor
vloerverwarming
Materiële schade
!
Om in geval van defect eventuele schade door een ver-
hoogde aanvoertemperatuur in de vloerverwarming te
vermijden, adviseren wij in principe het gebruik van een
veiligheidstemperatuurbegrenzer om de systeemtempe-
ratuur te begrenzen.
14
| WPL ACS classic
11. Elektrische aansluiting
Info
Houd rekening met de bedienings- en installatiehandlei-
ding van warmtepompmanager WPM.
Aansluitwerken mogen enkel uitgevoerd worden door een erkend
installateur overeenkomstig deze handleiding.
De verklaring van goedkeuring van de bevoegde energiemaat-
schappij moet beschikbaar zijn om het toestel te kunnen aan-
sluiten.
11.1 Aansluitpaneel
WAARSCHUWING elektrische schok
Schakel het toestel voor werkzaamheden aan de aan-
sluitingen spanningsvrij.
De aansluitklemmen zitten op het aansluitpaneel van het toestel.
Houd rekening met het hoofdstuk "Voorbereiden van de elektri-
sche installatie".
f Voor de aansluitingen dient u elektriciteitskabels te gebrui-
f
ken conform de voorschriften.
Toegang tot het aansluitpaneel
f Draai de twee schroeven los en verwijder ze.
f
f Schuif de afdekking omlaag.
f
f Verwijder de afdekking door ze naar rechts open te klappen.
f
www.stiebel-eltron.com