Download Print deze pagina

Sakura Tissue-Tek Prisma Plus Bedieningshandleiding pagina 69

Advertenties

Bedieningsprocedure
Een oplossingsconfiguratie selecteren en opslaan, en oplossingen instellen
Op het instrument kunnen meerdere oplossingsconfiguraties en kleurprogramma's worden opgeslagen. U
moet daarom een oplossingsconfiguratie selecteren die past bij het kleurprogramma dat u wilt uitvoeren,
en de geselecteerde configuratie op het beeldscherm weergeven voordat u het programma start. Deze
paragraaf beschrijft hoe u een oplossingsconfiguratie selecteert en opslaat, die vervolgens wordt
weergegeven op het beeldscherm.
1. Raak de toets Menu rechtsonder op het scherm Stain Process Monitor aan.
2. Selecteer Stain Process Menu vanuit het Stain Process Menu, Utility Menu of Edit Menu en raak
vervolgens de toets Solution Configuration Selection aan.
3. Selecteer de naam van de gewenste oplossingsconfiguratie onder Solution Configuration List en raak
die aan, en raak vervolgens de toets Select aan. Voor het aanmaken van een nieuwe
stationconfiguratie of het bewerken van een bestaande stationconfiguratie raadpleegt u "Een
oplossingsconfiguratie instellen" (p. 2-15).
"Een oplossingsconfiguratie selecteren" Als er bij een oplossingsstation waarvoor een optie voor
oplossingsbeheer is ingesteld, sprake is van een van de volgende omstandigheden, wordt de
oplossingsbeheerinformatie niet overgebracht.
• De stationpositie waarop oplossingsbeheer wordt uitgevoerd, wijzigt wanneer de
oplossingsconfiguratie wijzigt.
• De oplossing in de stationpositie waarop oplossingsbeheer wordt uitgevoerd, wijzigt in een andere
oplossing wanneer de oplossingsconfiguratie wijzigt.
• De beheermethode voor het station waarop oplossingsbeheer wordt uitgevoerd, wijzigt wanneer de
oplossingsconfiguratie wijzigt.
Als de gebruikte oplossing, stationpositie (stationnummer) en beheermethode niet wijzigen nadat de
oplossingsconfiguratie is gewijzigd, wordt de oplossingsbeheerinformatie overgebracht.
Raak de toets Check Program aan om te bekijken welke kleurprogramma's kunnen worden uitgevoerd
met de door u geselecteerde oplossingsconfiguratie.
Om een bepaalde oplossingsconfiguratie te bekijken, selecteert u de betreffende
oplossingsconfiguratie en raakt u de toets View aan om het scherm Solution Configuration View weer
te geven waarop de toepasselijke stationindeling wordt getoond. U kunt ook de reservoirindeling van
de volgende configuratie bekijken, door de toets Change View rechtsonder aan te raken. Als de huidige
oplossingsconfiguratie geschikt is, raakt u de toets Select aan. Om andere oplossingsconfiguraties te
bekijken, raakt u de toets Exit aan en selecteert u opnieuw een gewenste oplossingsconfiguratie.
2-3

Advertenties

loading