♦ Gebruik de pijltjestoetsen
programmeren. Bij elke druk op deze toetsen verhoogt of vermindert men de
waarde met één stap; houdt men de toets ingedrukt, dan verhoogt of vermindert de
waarde continu. Als de testresultaten niet moeten vergeleken worden met de
bovenste limietwaarde, druk dan op de CLR toets; het bericht no wordt
weergegeven i.p.v. de geprogrammeerde waarde.
Stap 3
♦ Programmeer de onderste limietwaarde voor doorslagspanning. De
testresultaten zullen nadien vergeleken worden met de geprogrammeerde waarde
en, indien deze lager zijn, worden ze vergezeld van een uitroepteken "!".
Hoe programmeert men de onderste limietwaarde ?
♦ Druk op SELECT na het programmeren van de bovenste limietwaarde om het
instelmenu voor onderste limietwaarde te activeren; het volgende menu wordt
weergegeven:
Fig. 30. Instelmenu voor onderste limietwaarde en tabel met beschikbare
limietwaarden
♦ Gebruik de pijltjestoetsen
programmeren. Bij elke druk op de toets verhoogt of vermindert men de waarde
met één stap; houdt men de toets ingedrukt, dan verhoogt of vermindert de waarde
continu. Als de testresultaten niet moeten vergeleken worden met de onderste
limietwaarde, druk dan op CLR; het bericht no wordt weergegeven i.p.v. de
geprogrammeerde waarde.
♦ Druk nogmaals op SELECT na het programmeren van de limietwaarden om
naar het beginmenu voor varistortest terug te keren.
Stap 4
♦ Verbind de opgesplitste meetsnoeren met de te testen
overspanningsbeveiliging zoals op de tekening hierna.
↑ ↑ ↑ ↑
↓ ↓ ↓ ↓
en
om de gewenste bovenste limietwaarde te
De laatst geprogrammeerde onderste
limietwaarde knippert.
Beschikbare
waarden (V)
÷
0
1000
↑ ↑ ↑ ↑
↓ ↓ ↓ ↓
en
om de gewenste onderste limietaarde te
- 36 -
Stap
(V)
10