14. Verhelpen van storingen
U heeft met de platenspeler een product aangeschaft dat volgens de nieuwste stand der techniek is ont-
wikkeld en veilig is in het gebruik.
Toch kunnen zich problemen of storingen voordoen. Daarom wordt hieronder beschreven hoe eventuele
storingen kunnen worden verholpen:
Neem altijd de veiligheidsvoorschriften in acht!
Geen functie nadat de netschakelaar POWER (6) werd ingeschakeld
• Stroomstekker werd niet juist in de contactdoos gestopt
• De contactdoos wordt niet van stroom voorzien
Het mengpaneel is ingeschakeld maar er is geen geluid hoorbaar
• De platenspeler werd niet correct aan de versterker/het mengpaneel aangesloten
• Foute ingang bij de versterker/het mengpaneel gekozen.
• Volume aan de versterker/het mengpaneel foutief ingesteld
• Luidspreker in de versterker verkeerd aangesloten
Een kanaal werkt niet
• Een kabel is losgeraakt
• Balanceregelaar aan de versterker/het mengpaneel gewijzigd
Geluid is vervormd
• Naalddruk niet correct afgesteld
• Antiskating-compensatie foutief ingesteld
• Schakelaar PHONE/LINE (23) foutief ingesteld
• Naaldhouder defect of versleten
De toonarm kan niet worden laten gezakt
• Toonarmcontragewicht (20) niet correct ingesteld
Er treden storende geluiden op
• Plaat of naald vervuild
• Naalddruk niet correct afgesteld
• Antiskating-compensatie niet juist ingesteld
Andere reparaties dan hierboven beschreven, mogen uitsluitend door een erkend vakman wor-
den uitgevoerd.
87