Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Transport En Plaatsen Van De Unit; Controles Voorafgaand Aan De Inbedrijfstelling - Carrier AQUASNAP 61AF Montagehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor AQUASNAP 61AF:
Inhoudsopgave

Advertenties

2.2 - Transport en plaatsen van de unit

2.2.1 - Transport
Zie hoofdstuk 1.2 'Veiligheidsinstructies voor montage'.
2.2.2 - Plaatsen
De machine moet worden geïnstalleerd op een plaats die
niet toegankelijk mag zijn voor het publiek of die beveiligd
is tegen toegang door onbevoegden.
In het geval de machine is opgesteld op een verhoging moet
deze gemakkelijke toegankelijk zijn voor onderhoud.
Zie onder 'Afmetingen en benodigde vrije ruimte' om er
zeker van te zijn dat er voldoende ruimte is voor alle
aansluitingen en voor onderhoudswerkzaamheden. Zie
voor zwaartepunten, de plaats van de bevestigingsgaten en
de gewichtsverdeling de met de unit meegeleverde officiële
maatschetsen.
Voor standaard units is bestendigheid tegen aardbevingen
niet geverifieerd en de units zijn niet explosie-veilig.
WAARSCHUWING: Breng de hijsstroppen alleen aan op
de punten die op de unit zijn aangegeven.
Controleer voordat de unit wordt geplaatst:
dat de gebouwconstructie sterk genoeg is om het
gewicht van de unit te dragen.
wanneer de warmtepomp moet werken bij temperaturen
beneden 0°C, dan moet hij 300 mm boven de grond
worden geplaatst. Dit is nodig om ijsvorming op het
chasis te voorkomen en om een goede werking te
garanderen op plaatsen waar zich sneeuw tegen de
unit kan ophopen.
dat het oppervlak waterpas, vlak en niet beschadigd is.
De unit moet op de X en Y assen waterpas worden
geplaatst (maximaal 5 mm afwijking per meter).
dat er voldoende vrije ruimte is voor een onbelemmerde
luchtuittrede en voor onderhoud.
dat er op de juiste plaatsen voldoende steunpunten
aanwezig zijn.
dat de plaats van opstelling niet onder water kan
komen te staan.
bij hoge windsnelheden kan het plaatsen van wind-
baffles uitkomst brengen. Deze mogen de luchtintrede
uiteraard niet belemmeren.
WAARSCHUWING: Controleer, voordat de unit naar de
plaats van opstelling wordt gehesen, dat alle panelen
goed zijn bevestigd. De unit moet voorzichtig wordt gehesen
en rustig worden neergezet.
De 61AF units kunnen worden verplaatst met hijsstroppen
(gebruik dan evenaars) of een vorkheftruck. De batterijen
moeten tijdens transport goed zijn beschermd. De unit
mag niet méér dan 15° overhellen.
WAARSCHUWING: Oefen nooit druk uit op de panelen
van de omkasting. Alleen het basisframe van de unit is
daartegen bestand.

2.3 - Controles voorafgaand aan de inbedrijfstelling

Vóór de opstart van het koelsysteem moet de gehele
installatie, inclusief het koelsysteem worden vergeleken met
de installatietekeningen, maatschetsen, systeem leidingwerk
en instrumentatie tekeningen en de elektrische schema's.
Neem tijdens deze controles alle nationale voorschriften in
acht. Raadpleeg de norm EN 378 als volgt indien de
nationale voorschriften geen details bevatten:
Externe visuele installatiecontroles:
Zorg ervoor dat de machine is gevuld met
koudemiddel. Controleer op het typeplaatje dat de
'vloeistof welke wordt getranspoteerd' R407C is en
niet stikstof.
Vergelijk de totale installatie met de koelsysteem- en
elektrische schema's.
Controleer dat alle componenten voldoen aan de
ontwerpspecificaties.
Controleer dat alle documenten en apparatuurbevei-
ligingen, verstrekt door de fabrikant (maatschetsen,
P&ID, verklaringen, etc.) om te voldoen aan de voor-
schriften, aanwezig zijn.
Verifieer dat alle beveiligingen en milieubeschermende
appendages en maatregelen, verstrekt door de fabrikant,
voldoen aan de lokale voorschriften.
Verifieer dat alle documenten voor drukvaten, certifi-
caten, naamplaten, dossiers, handleidingen, verstrekt
door de fabrikant om te voldoen aan de voorschriften,
aanwezig zijn.
Verifieer dat de toegangsroute tot de unit en de vlucht-
wegen vrij zijn.
Verifieer de instructies en richtlijnen ter voorkoming
van het opzettelijk verwijderen van koudemiddelgassen.
Verifieer dat alle aansluitingen zijn gemaakt.
Controleer steunen en bevestigingsmateriaal (mate-
rialen, route en bevestiging).
Controleer de kwaliteit van lassen en andere verbin-
dingen.
Controleer de beveiliging tegen mechanische schade.
Controleer de beveiliging tegen hitte.
Controleer de beveiliging van bewegende delen.
Controleer of er voldoende vrije ruimte is voor
onderhoud of reparatie.
Controleer de status van de afsluiters.
Controleer de status van de thermische- en dampdichte
isolatie.
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave