Inhoudsopgave
Advertenties
[INSTALLATIE(2)]
De knoppen op de behuizing blokkeren [VERGREND. BED. PANEEL]
Met deze optie wordt de functie VERGREND. BED. PANEEL in- of uitgeschakeld.
NOOT:
• Deze VERGREND. BED. PANEEL heeft geen invloed op de functies van de afstandsbediening.
• Wanneer het bedieningspaneel vergrendeld is, kan de instelling worden veranderd in [UIT] door de knop Back op de behuizing
van de projector gedurende ongeveer 10 seconden ingedrukt te houden.
TIP: Wanner de [VERGREND. BED. PANEEL] ingeschakeld is, verschijnt een VERGREND. BED. PANEEL-pictogram [
onder het menu.
De beveiliging inschakelen [BEVEILIGING]
Met deze optie wordt de functie BEVEILIGING in- of uitgeschakeld.
De projector kan alleen een beeld vertonen als de correcte toegangscode wordt ingevoerd. (→ pagina 37)
NOOT: De instelling wordt niet beïnvloed als u een [RESET] uitvoert vanaf het menu.
De communicatiesnelheid selecteren [COMMUNICATIESNELHEID]
Met deze functie wordt de baudrate van de bedieningspoort van de PC ingesteld (D-Sub 9P). De ondersteunde snel-
heden gaan van 4800 tot 115200 bps. De standaardwaarde is 9600 bps. Kies de geschikte baudrate voor de appara-
tuur die u wilt aansluiten (afhankelijk van de apparatuur kan een lagere baudrate aan te bevelen zijn bij lange kabels).
NOOT:
• Selecteer [38400bps] of minder wanneer de geleverde softwareprogramma's worden gebruikt.
• De geselecteerde communicatiesnelheid wordt niet beïnvloed als u een [RESET] uitvoert vanaf het menu.
De afstandsbedieningssensor in- en uitschakelen [AFSTANDSSENSOR]
Met deze optie wordt bepaald welke afstandsbedieningssensor op de projector actief is in draadloze modus.
De opties zijn: VOOR/ACHTER, VOOR en ACHTER.
Als de afstandsbediening niet werkt omdat zonlicht of een ander intens licht op de afstandsbedieningssensor van de
projector valt, kies een andere optie.
Een ID aan de projector toewijzen [CONTROLE-ID]
U kunt verscheidene projectoren apart en onafhankelijk van elkaar bedienen met een enkele afstandsbediening dankzij
de functie CONTROLE-ID. Als u eenzelfde ID toewijst aan alle projectoren, kunt u gemakkelijk alle projectoren tegelijk
bedienen met een enkele afstandsbediening. Hiertoe moet u een ID-nummer toewijzen aan elke projector.
NUMMER CONTROLE-ID ����Kies een nummer van 1 tot 254 dat u wilt toewijzen aan uw projector�
CONTROLE-ID ��������������������Selecteer [UIT] om de instelling CONTROLE-ID uit te schakelen en selecteer [AAN] om de instelling
CONTROLE-ID in te schakelen�
5. Het menu op het scherm gebruiken
103
] rechts
Advertenties
Inhoudsopgave
