Opbouw en functie
5
Verwondingsgevaar door elektrische spanning!
Het aanraken van onder stroom staande onderdelen, bijv. stroomaansluitingen, kan
levensgevaarlijk zijn!
•
Volg de veiligheidsaanwijzingen op de eerste pagina's van de gebruikershandleiding!
•
De inbedrijfstelling mag uitsluitend worden uitgevoerd door personen die voldoende kennis
hebben om met stroombronnen om te gaan!
•
Sluit verbindings- en stroomkabels uitsluitend aan bij uitgeschakeld apparaat!
Lees en volg de documentatie van alle systeemcomponenten en accessoires!
5.1
Transport en installatie
5.1.1
Transport per kraan
Gevaar voor ongevallen door ontoelaatbaar transport van apparaten die niet met een
kraan mogen worden getransporteerd!
Het gebruik van een kraan en het hijsen van het apparaat is niet toegestaan! Het
apparaat kan vallen en personen verwonden! Grepen, riemen en houders zijn uitsluitend
geschikt voor handmatig transport!
•
Het apparaat is niet geschikt voor het hijsen of voor transport met de kraan!
5.1.2
Omgevingscondities
Het apparaat mag niet in de buitenlucht en uitsluitend op een passende, stabiele en vlakke
ondergrond opgesteld en gebruikt worden!
•
De exploitant moet voor een slipvaste, vlakke ondergrond en voldoende verlichting van de
werkplaats zorgen.
•
De veilige bediening van het apparaat moet altijd gegarandeerd zijn.
Materiële schade door verontreinigingen!
Ongewoon hoge hoeveelheden stof, zuren, corrosieve gassen of substanties het apparaat
beschadigen (onderhoudsintervallen in acht nemen > zie hoofdstuk 6.3).
•
Hoge hoeveelheden rook, damp, oliedamp, slijpstoffen en corrosieve omgevingslucht
vermijden!
5.1.2.1
Tijdens gebruik
Temperatuurbereik van de omgevingslucht:
•
-25 °C tot +40 °C (-13 °F tot 104 °F)
relatieve luchtvochtigheid:
•
tot 50 % bij 40 °C (104 °F)
•
tot 90 % bij 20 °C (68 °F)
5.1.2.2
Transport en opslag
Opslag in afgesloten ruimte, temperatuurbereik van de omgevingslucht:
•
-30 °C tot +70 °C (-22 °F tot 158 °F)
Relatieve luchtvochtigheid
•
tot 90 % bij 20 °C (68 °F)
Gevaar voor ongevallen door ongeschikte stroombron!
Als dit draadaanvoerapparaat met een ongeschikte stroombron wordt gebruikt, kan het
apparaat omvallen en personen verwonden. Daarnaast wordt het vermogen van het
complete systeem beperkt.
•
Zie de geschikte stroombronnen in hoofdstuk "Correct gebruik" > zie hoofdstuk 3.2.
099-005507-EW505
13.09.2018
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
Opbouw en functie
Transport en installatie
17