Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Uitschakeling Tussen Controller En Motor (Reparatieschakelaar); Motorbeveiliging; Signaalaansluiting Resp. Sensoraansluiting (Analog In 1, Analog In 2) - ZIEHL-ABEGG Fcontrol FXDM Bedieningsinstructies

Met geintegreerd sinusfilter voor 3 ventilatoren
Inhoudsopgave

Advertenties

Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM
Informatie
Er wordt aanbevolen iedere ventilator van een aparte motorveiligheid te voorzien.
Bij motoren met temperatuurvoelers "TP" (koudegeleider) bijv. type U-EK230E
Bij motoren met thermostaatschakelaars "TB" (thermische contacten) bijv. type STDT16 resp. AWE-
SK (
Aanhang: Schakelvoorstel voor de aansluiting van meerdere motoren met volledige
motorveiligheid type STDT.)
5.6.2

Uitschakeling tussen controller en motor (reparatieschakelaar)

Een reparatieschakelaar moet bij voorkeur voor de controller worden aangebracht (uitschakeling
toevoerleiding).
Bij volledige uitschakeling (totale last) na de controller moet de vrijgave (regelaarblokkering = UIT /
AAN) eveneens worden uitgeschakeld. D.w.z. er is een extra hulpcontact nodg. Inschakelen van de
motor met gelijktijdige verlening van de vrijgave (AAN) bewerkstelligt een veilig bijschakelen bij
geringe uitsturing van de controller. Hiervoor is een programmering nodig (
OFF).
Opgelet!
Bij bijschakeling van de motor en bestaande vrijgave vindt deze eventueel bij volledige uitsturing van
de controleer plaats. Dit kan leiden tot een uitschakeling van de overstroombeveiliging.
5.7

Motorbeveiliging

Motorveiligheid is door de aansluiting van thermostaatschakelaars "TB" (thermische contacten) resp.
temperatuurvoelers " TP" (koudegeleiders) mogelijk.
Bij de aansluiting van meerdere motoren moet erop worden gelet dat thermostaatschakelaars "TB"
resp. temperatuurvoelers "TP" altijd in serie worden aangesloten. Aan een toestel mogen maximaal
zes afzonderlijke temperatuurvoelers (DIN 44081 of DIN 44082) in serie worden aangesloten. Naar
gelang het motortype zijn er minstens twee resp. drie afzonderlijke voelers gemonteerd.
Een bewaking van motoren in de ex-zone is niet toegestaan. Bij dit soort installaties is een extra
activeringsapparaat nodig, de uitschakeling vindt plaats via een aparte motorveiligheid.
Bij het activeren van een aangesloten thermostaatschakelaar resp. temperatuurvoeler (onderbreking
tussen de beide klemmen "TB/TP" schakelt hat toestel uit en niet weer aan. Geprogrammeerde
bedrijfs- en storingmeldingrelais worden geactiveerd.
Motorstoring
Mogelijkheden voor opnieuw inschakelen na afkoelen van de aandrijving d.w.z. bij verbinding
tussen de beide klemmen "TB/TP" resp.:
uitschakelen en opnieuw inschakelen van de netspanning.
Gelijktijdig bedienen van de drie functietoetsen: P, ▲, ▼(wanneer storing wordt weergegeven).
Via digitale ingang naar afstandsbesturing (vrijgave AAN/UIT) of reset ingang (
digitale ingangen).
Opgelet!
Aan de klemmen "TB/TP" mag geen externe spanning worden aangesloten!
Wanneer een bypass-schakeling wordt gerealiseerd, bijv. aan apparaten moet hoofdschakelaar ind
e stand "100 %", is de regelaarinterne motorveiligheid buiten werking. In dit geval is eventueel een
extra motorbewaking noodzakelijk.
5.8

Signaalaansluiting resp. sensoraansluiting (Analog In 1, Analog In 2)

Het apparaat heeft 2 analoge ingangen:
E1 Analoog In = klemmen "E1" / "GND" (Analoog In 1)
E2 Analoog In = klemmen "E2" / "GND" (Analoog In 2)
Bij de aansluiting moet op de juiste polariteit worden gelet, voor sensoren is een
spanningsvoorziening met 24 V DC geïntegreerd. Bij sensoren in techniek met twee geleiders (4 -
20 mA signaal) vindt de aansluiting aan klemmen "+4 V" en "E1" resp. "E2" (GND aansluiting vervalt).
De aansluiting is afhankelijk van de geprogrammeerde modus en van het gebruikte sensorsignaal. De
L-BAL-E072-NL 1846 Index 009
Weergave bij motorstoring
Art.-nr.
18/101
Elektrische installatie
IO set-up vrijgave ON /
IO Setup -

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave