Samenvatting van Inhoud voor ZIEHL-ABEGG Fcontrol FXDM
Pagina 1
nederlandse Fcontrol FXDM Frequentieomvormer met geïntegreerd sinuslter voor 3 ~ ventilatoren Bedieningsinstructies Bewaren om te raadplegen! Softwareversie: D1333A vanaf versie 2.37 L-BAL-E072-NL 1846 Index 009 Art.-nr.
Uit de gegevens, afbeeldingen c.q. tekeningen en beschrijvingen kunnen daarom geen aanspraken worden afgeleid. Wijzigingen voorbehouden. De ZIEHL-ABEGG SE is niet aansprakelijk voor schade op grond van foutief gebruik, oneigenlijk gebruik, onvakkundig gebruik of als gevolg van niet geautoriseerde reparaties c.q. wijzigingen.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Veiligheidsinstructies Tot een juist gebruik behoort ook het lezen van deze gebruiksaanwijzing, evenals het opvolgen van alle daarin genoemde aanwijzingen - in het bijzonder de veiligheidsaanwijzingen. Ook de gebruiksaanwijzingen van aangesloten componenten moeten in acht worden genomen. Voor alle letsel en schade die het gevolg is van een onjuist gebruik is niet de fabrikant maar de gebruiker van de apparaat verantwoordelijk!Voor alle letsel en schade die het gevolg is van een onjuist gebruik is niet de fabrikant maar de gebruiker van de frequentieomvormer verantwoordelijk!
ZIEHL-ABEGG. Deze onderdelen zijn speciaal voor het toestel geconcipieerd. Bij onderdelen van derden is niet gegarandeerd dat deze aan de eisen en veiligheidsnormen voldoen. Onderdelen en speciale uitvoeringen die niet door ZIEHL-ABEGG zijn geleverd zijn niet door ZIEHL-ABEGG voor gebruik vrijgegeven.
Afgeschermde motorleidingen zijn niet noodzakelijk! Typeplaatje Het typeplaatje bevat de technische gegevens die op het geleverde product van toepassing zijn. Voorbeeld voor typeplaatje Beschrijving Beschrijving Typeaanduiding Artikel-nr. Merknaam ZIEHL-ABEGG Serienummer: Spanningstype Productiecode Netspanning DATA MATRIX Code Meldingsnummer Netfrequentie Europese conformiteitsaanduiding...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Montage Servicewerkzaamheden Het toestel moet regelmatig op verontreiniging gecontroleer en eventueel gereinigd worden. De ventilatieroosters aan de onderkant en aan de bovenkant van het apparaat moeten vrij zijn om een voldoende koeling van het apparaat te garanderen. De reiniging kan met een stofzuiger, bezem of kwast plaatsvinden.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Montage Minimale benodigde ruimte Om een voldoende ventilatie van het apparaat te garanderen moet aan alle kanten een afstand van minstens 50 mm tot behuizingwanden, schakelkastdeuren, bedradingskanalen enz. worden aangehouden. Dezelfde afstand geldt voor de montage van meerder apparaten naast elkaar. Bij de montage van meerdere apparaten boven elkaar bestaat gevaar dat deze elkaar wederzijds verwarmen.
Pagina 12
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Montage Type FXDM5...18 (FXDM22) Bevestiging aan 4 punten GM00005A_M 15.12.2015 Bevestigingspunten “1” - “4” boren. " " Apparaat met schroeven bevestigen. Type FXDM32...50 (IP54 / IP65) Bevestiging aan 8 punten GM00002A_M 15.12.2015 " 8 bevestigingspunten boren. De schroeven van de bevestigingspunten “1”...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Montage Type FXDM32...50 (IP20) Bevestiging aan 4 punten GM00001A_M 15.12.2015 4 bevestigingspunten boren. " De schroeven “1” - “4” tot een afstand van ca. 5 mm naar binnen draaien en het apparaat " aanbrengen. De schroeven van de bevestigingspunten “1” - “4” aantrekken. "...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Elektrische installatie • Elektrische inrichtingen moeten regelmatig worden gecontroleerd: losse verbindingen moeten weer worden aangesloten, beschadigde leidingen of kabels moeten direct worden vervangen. • De schakelkast resp. alle elektrische stroomunits moeten altijd afgesloten zijn. De toegang is alleen aan bevoegde personen met sleutel of speciaal gereedschap toegestaan.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Elektrische installatie Maximale aansluitingsdoorsneden voor klemmen vermogensdeel Motor Type flexibel flexibel stijf stijf FXDM2.5(A)M 4 mm 2,5 mm 4 mm 2,5 mm FXDM5(A)M 4 mm 2,5 mm 4 mm 2,5 mm FXDM8(A)M 4 mm 2,5 mm 4 mm 2,5 mm FXDM10(A)M...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Elektrische installatie Netaansluitleiding 5.4.1 Netspanning De netaansluiting vindt plaats aan de klemmen: PE, L1, L2, L3 en N (afhankelijk van het type). Daarbij moet er in elk geval op worden gelet dat de netspanning binnen de toelaatbare tolerantiegegevens ligt Technische gegevens en typeplaatje aan de zijkant).
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Elektrische installatie Informatie • Er wordt aanbevolen iedere ventilator van een aparte motorveiligheid te voorzien. • Bij motoren met temperatuurvoelers “TP” (koudegeleider) bijv. type U-EK230E • Bij motoren met thermostaatschakelaars “TB” (thermische contacten) bijv. type STDT16 resp. AWE- SK ( Aanhang: Schakelvoorstel voor de aansluiting van meerdere motoren met volledige motorveiligheid type STDT.)
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Elektrische installatie interne stekkers moeten overeenkomstig het ingangssignaal in de juiste positie worden gebracht. In de fabriek voor 0 - 10 V signaal (zie stekker voor het ingangssignaal). Bij aansturing via een PWM signaal (10 V) moet rekening worden gehouden met de verhouding tussen Pull-Up-weerstand en interne weerstand van de Open-Collector uitgang.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Elektrische installatie 5.13 Digitale ingangen (D1, D2) Aan de digitale ingangen “D1”en “D2” kunnen verschillende functies worden toegewezen (zie IO Setup: functieoverzicht van de digitale ingangen). Aansturing via potentiaalvrije contacten, geschakeld wordt een laagspanning van ca. 24 V DC. Gevaar door elektrische stroom Nooit netspanning op de digitale ingangen leggen! Ingangsweerstand in acht nemen (zie Technische gegevens).
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Elektrische installatie Voorbeelden voor een MODBUS verbinding Aanbeveling voor leidingtypes 1. CAT5 / CAT7 leidingen 2. J-Y (St) Y 2x2x0,6 (telefoonleiding) 3. AWG22 (2x2 ineengedraaid) Bij gebruik van een telefoonleiding met vier aders adviseren wij de volgende belegging. “A (D+)”...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Elektrische installatie stuurspanning en de beschermingsleiding bestaat een potentiaalscheiding. Er moet gegarandeerd zijn dat de maximale externe spanning op de aansluitingen van de stuurspanning 30 V niet kan overschrijden (tussen klemmen “GND” en beschermingsleiding “PE”). Indien gewenst kan er een verbinding naar het equipotentiaal van de beschermingsleiding worden gemaakt, brug tussen “GND”- klem en de “PE”- aansluiting (klem voor afscherming) aanbrengen.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Bedieningselementen en menu In menupunt “Taal” kan de displaytaal worden ingesteld. Naar de menugroep “Start” gaat men via de toetsencombinatie ESC (▼ + ▲) terug. Menustructuur PIN 0010 STOP ← ← ← ← User Service → → → → ▼...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Basis Set-up 7 Basis Set-up Stekker voor het ingangssignaal In de fabriek zijn de interne stekkers in de positie voor een 0 – 10 V ingangssignaal. Bij temperatuursensoren (TF..) resp. voor sensoren met 4 - 20 mA moeten de interne stekkers voor het ingangssignaal in de juiste positie worden gebracht. Attentie, niet onder spanning! Let op de veiligheidsinstructies! Bij gebruik van “externe sensoren”...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Inbedrijfstelling Werkwijze kiezen Informatie Een eenvoudige installatie is mogelijk door de selectie van voorgeprogrammeerde modi. De principiële functie van het apparaat wordt hierdoor bepaald, vanaf fabriek 1.01 = toerentalinsteller (aansturing via 0 – 10 V signaal). Bij selectie van applicatiegerelateerde modi wordt automatisch de regelaarconfiguratie uitgevoerd.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Inbedrijfstelling 3. De netspanning moet overeenstemmen met de gegevens op het typeplaatje. 4. De op het typeplaatje aangegeven nominaalstroom wordt niet overschreden. 5. Er bevinden zich geen personen of voorwerpen in de gevarenzone. Werkwijze bij de inbedrijfstelling Volgorde Instelling “TB/TP In”...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Basis Set-up Basis Set-up E2 functie (alleen voor speciale toepassingen) Analoge ingang 2 “E2” fabrieksinstelling op “OFF”. Voor de werking met een tweede instelsignaal en omschakeling via potentiaalvrij contact “E2” functie op instellen ( IO Setup: Functie Voor de werking met een tweede opgavesignaal en automatische besturing op de E2 Functie...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Diagram opgavesignaal en Uitgangsfrequentie [Hz] n-min 10 Hz n-max. = 50 Hz n-min 20 Hz n-max. = 45 Hz n-min OFF n-max. = 50 Hz = 5 Hz = 6 Hz Analog In 1 0...10 V 0...20 mA 90 100 0...100 % PWM...
Pagina 31
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Om de uitgangsfrequentie stapsgewijs te verhogen, wordt het signaal aan ingang “E1” via het contact “C1” ingeschakeld. Het signaal moet hierbij hoger zijn dan voor “E1 Max.” is ingesteld (d.w.z. hoger dan 8 V). De uitgangsfrequentie wordt nu afhankelijk van de duur van het aanwezige signaal en de instelling voor de stapgrootte “Tipfunc.stap”...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.1.4 Basisinstelling 1.02 Menugroep “Basisinstelling” Basis Set-up Basis Set-up Modus Instelling Mode: 1.02 Modus Aantal trappen Selectie: 0, 1, 2, 3, 4, 5 Fabrieksinstelling: 0 Aantal trappen: 0 Bij fabrieksinstelling “0” (zonder trappen) kan de uitgangsfrequentie direct via de toetsen ▼...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering “Basisinstelling”) Opgave direct (bij aantal trappen: 0 Wanneer de opgave tijdens de werking direct met de toetsen ▼ + ▲ moet plaatsvin- den, is een instelling hier niet noodzakelijk ( Instelling tijdens de werking 1.02 Instelbereik: Min.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Modi met 2 sensoren Bij modi met 2 sensoren wordt de functie automatisch mee geprogrammeerd. De tweede analoge ingang is zodoende belegd en verdere functietoewijzingen zijn niet mogelijk. • 2.04 E2 functie op voorgeprogrammeerd = vergelijkingswaarde met regeling op hogere waarde.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Handbediening “OFF” = automatische regeling op ingestelde streefwaarde (fabrieksinstelling) “ON” = automatische regeling op functie, toerentalopgave in menu “toerental handma- Handbediening tig bedrijf” Toerental Handbediening Handmatige toerentalopgave zonder beïnvloeding door een extern signaal. Activering via menu “Handmatig bedrijf” of extern contact op digitale ingang ( Toerental Handbediening Setup).
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering De geactiveerde verwarming wordt via het vuur symbool in het display weergegeven. E1 ActueleWaarde Temperatuurverloop bij herprogrammering voor “K2” functie in IO Setup bijv. voor aansturing van een koeling. Voorbeeld: Streefwaarde 15,0 °C, offset +5,0 K, hysterese 2,0 K De koeling blijft bij een ruimtetemperatuur boven het OFF = 20°C - 2 K = 18 °C ON = 15°C + 5 K = 20 °C...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.3.3 Functiediagrammen drukregeling condensator Functiediagram voor modus 3.01 3.03 (geïdealiseerd schakelschema) 100 % Min. 0 % Max. = 100 % 50 % Min. 17 bar 5 bar 12 bar 09.05.2007 v_diagramm_301_303_bar.vsd nM Toerental van de motor S Setpoint R Pband I Actuele Waarde...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering E1 Analoog In , ..) “E1 Analoog In” fanrieksinstelling Bij alle modi van de groep 4 ( 4.01 4.02 4.03 op “DSG200 ”. E1 Analoog In Selectie sensormeetbereik: “DSG 50”, “DSG100*”, “DSG200”, “DSG300*”, “DSG500”, “DSG1000”, “DSG2000”, “DSG4000”, “DSG6000”...
Pagina 44
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Pband Kleine waarde = snelle regeling Grote waarde = langzame regeling (hoge stabiliteit) Pband Instelbereik: in meetbereik van de sensor Fabrieksinstelling: 100 Pa Min. Toerental (Minimum toerental uitsluitend naar behoefte) → “Afsluit Freq.” ( Motor Setup) - “Max.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering P-Min SA Minimale druk voor zeer lage buitentemperatuur P-Min SA Volumestroomregeling 5.01 5.02 9.5.1 Basisinstelling 5.01 5.02 Basis Set-up Instelling Modus Instelling van de modus bijv. 5.01 Basis Set-up E1 Analoog In ) “E1 Analog In” fabrieksinstelling op Bij alle modi van groep 5 ( 5.01 5.02...
Pagina 46
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Opgave intern 2 Instelling “Streefwaarde 2” bijv. voor gereduceerde waarde in nachtwerking. Omschakeling Setpoint ½ via extern contact (zolang geen toewijzing plaatsvindt: Opgave intern 2 Weergave: - - - - - IO Setup). Pband Kleine waarde = snelle regeling Grote waarde = langzame regeling (hoge stabiliteit) Pband...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering T-Start SA Reductie streefwaarde onder deze buitentemperatuur T-Start SA P-Min SA Minimale druk voor zeer lage buitentemperatuur P-Min SA Regeling van de luchtsnelheid 6.01 9.6.1 Basisinstelling 6.01 Basis Set-up Basis Set-up Modus Instelling Mode 6.01 Modus E1 Analoog In...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Pband Kleine waarde = snelle regeling Grote waarde = langzame regeling (hoge stabiliteit) Pband Instelbereik: in meetbereik van de sensor Fabrieksinstelling: 0,50 m/s Min. Toerental (Minimum toerental uitsluitend naar behoefte) → “Afsluit Freq.” ( Motor Setup) - “Max.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Taal In de fabriek is het toestel op de menutaal Engels ingesteld. In dit menupunt kunnen verschillende landstalen worden geselecteerd (D = Duits, GB = Engels, ...). Reset Complete nieuwe start van het toestel Reset Modus Weergave van de ingestelde modus (bijv.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Actuele werkelijke waarde gemeten aan sensor 1. /h, °C, V, mA, enz. Naar gelang de soort sensor in: mbar, m /s, m/s, Pa, %, bar, m E1 ActueleWaarde Bij werking met 2 sensoren weergave voor “werkelijke waarde 2”. Wanneer de functie niet actief, weergave - - - - - E2 ActueleWaarde...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.9.3 Gebruikersinstelling opslaan, herstellen met PIN 9090 De individueel uitgevoerde apparaatconfiguratie (User Setting) kan hier worden opge- slagen (komt overeen met PIN 9091). Door invoer van de PIN 9090 wordt de gebruikersinstelling weer hersteld ( Start - User Setup Opsl.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.9.6 Min. luchtuitschakeling Functie is overwegend bij toepassing van het toestel als zuivere P-regelaar van betekenis. In de functie van toerentalinsteller 1.01 heeft deze geen functie! Min.Snelh.Stop MinLuchtuitschak. = OFF (fabrieksinstelling) Als er geen “min. toerental” is ingesteld, blijft de 100 % Min.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Voorbeeld Groep 2 over 0 -10 V Fout Standard Fout @ Analog Out = 5A G2 ON = 50 % Controller Master 0...100 % Analog Analog Signal Analog Out = 5A 0 – 10 V Analog nmin @ G2 = 20 % Controller...
Pagina 54
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering nmin bij Groep3 Minimaal Waarde voor Groep 3 Instelbereik: 0 - 100 % nmin bij Groep3 Fabrieksinstelling: 30 % * AanWaardeGroep4 Inschakelwaarde voor groep 4 Instelbereik: 0 - 100 % AanWaardeGroep4 Fabrieksinstelling: 85 % * UitWaardeGroep4 Uitschakelwaarde voor groep 4 Instelbereik: 0 - 100 %...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.9.8 Omkeer van de werking van de regelfunctie Voor de werking van de regeling zijn er twee functies: • “werkelijke waarde > streefwaarde = n+” voor stijgende uitsturing bij stijgende werkelijke waarde boven streefwaarde. Werk.>Streef.=n+ •...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering D-percentage Meer “D-percentage” bewerkstelligt bij een zuiver werkelijke waarde signaal meer stabiliteit bij kortere uitregeltijden Bij werkelijke waardesignaal met een overlapping moet van een “D-percentage” wor- den afgezien, instelling → 0 % Instelbereik: 0 - 200 % Waarde kleiner = minder “D-percentage”...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering A max. Met de instelling “A inverse” kan de uitgangsspanning worden geïnverteerd. Fabrieksinstelling: “A inverse” = “OFF” A Inverse Functie Beschrijving geen functie Vaste spanning +10 V (fabrieksinstelling) Proportioneel aan de interne aansturing van het vermogensdeel rekening houdend met “Min. toerental”...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Bij verbinding als netwerk kann de digitale ingang door aansturing via bus worden vervangen. voorinstelling van “D1” en “D2” op Bij modus 4.03 D1 Busmodus Opgelet! Nooit netspanning op de digitale ingangen leggen! Functie Beschrijving Geen functie (fabrieksinstelling) Afstandsbesturing van het toestel vrijgave “ON”...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.10.2.3 Externe storing, functie Opschakelen van een externe storingmelding (potentiaalvrij contact). Het toestel werkt bij een externe melding aan de digitale ingang onveranderd verder, in de weergave verschijnt het alarmsymbool. Via de contacten van het relais (K1, K2) kan deze melding worden uitgezonden ( IO Setup - functie K1, K2).
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Si 1 Si 2 Controller Si 1 n = 0- 100 % Si 2 D1 D1 26.05.2010 v_4d_umschaltung_e1_e2.vsd Si 1 Signal 1 Si 2 Signal 2 ) basisinstellingen voor “E2 Analog In”: Voor modus toerentalinsteller ( 1.01 noodzakelijk.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.10.2.7 Intern / Extern, Function Omschakeling tusswen Opgave intern en Opgave extern (bij modus insteller 1.01 ). Onder instellingen moet “Opgave extern1” op “OFF” geprogrammeerd worden. Contact bijv. aan digitale ingang “Digital In 1” (naar gelang het soort toestel aan de klemmen “D1” - “D1”of “D1”...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering De fabrieksinstelling van de “regelfunctie” is afhankelijk van de geselecteerde modus ( Rege. Instelling – omkering werking van de regelfunctie). Bij omschakeling via een digitale ingang werkt het toestel met de tegendelige functie als daar is ingesteld! Instelling van de regelfunctie in Rege.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering De motorverwarming kan via een digitaal con- tact worden geactiveerd. Bijv. via een vorstbeschermingsthermostaat aan digitale ingang “Digital In 1” (naar gelang - - - - - het soort apparaat aan de klemmen “D1” - Controller “D1”of “D1”...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.10.2.14 “Freeze functie” = uitsturingswaarde behouden, functie Het toestel werkt onafhankelijk van de regelfunctie zolang met de actuele waarde van de uitsturing resp. toerental verder als het via de digitale ingang geactiveerd wordt. Melding in display afwisselend met de uitsturing bij actieve “Freeze functie” Freeze Contact bijv.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Voorbeelden voor modus “1.01” met opgegeven signaal 0 - 10 V Mode 1 Modus 1 [Hz] Voorbeeld: “E1 min.” = 20 % De controller begint pas bij ca. 20 % hoger signaal met minimumtoerental. E1 min.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Groepenbesturing (groep 2) Bijschakeling van ventilatoren afhankelijk van de uitsturing Groepenbesturing (groep 3) 12K * Bijschakeling van ventilatoren afhankelijk van de uitsturing Groepenbesturing (groep 4) 13K * Bijschakeling van ventilatoren afhankelijk van de uitsturing Bij modi als regelaar via 2.01 Offset Setpoint...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.11 Limieten 9.11.1 Grenswaarden afhankelijk van de uitsturing De volgende functies kunnen aan deze grenswaardenmelding worden toegekend geen functie Melding met verzamelstoring van een geprogrammeerd relais (IO toewijzing Niveau Functie functie Waarschuwingssymbool in display, “AL” Code in gebeurtenisgeheugen. Wordt in menu gebeurtenissen slechts als message “msg”...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Beide waarden voor E1 (“E1 min.” en “E1 max.”) zijn gescheiden van elkaar instelbaar en werken bij overeenkomstige programmering op een relais. Wanneer een functie wordt geactiveerd resp. een relais toegekend, zijn beide instellingen (“min” en “ max) ”eerst op “OFF”.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering In de IO Setup kan onafhankelijk van deze instellingen een apart relais worden toegekend. Offset 1, Offset 2 Beide waarden voor offset 1 en offset 2 kunnen apart van elkaar worden ingesteld en werken bij desbetreffende programmering gemeenschappelijk op een relais. Wanneer Offset 1 een functie wordt geactiveerd resp.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.12.2 Instelling Motor Nominaalstroom MotorNom.spann. Bij de inbedrijfstelling is het belangrijk om de aangegeven meetwaarden op het type- plaatje van de motor in te stellen. MotorNom.spann. Bij lagere motorvoltages dan de aanwezige netspanning (bijv. 3~230V motor op 3~400V netvoeding) kan hier aangepast worden.
Pagina 73
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering = 50 Hz 100 % = 48.5 Hz edge = 10 % start [Hz] = 0 % start Analog In 1 0...10 V 0...20 mA 90 100 0...100 % PWM 26.07.2012 v_u_f_dia_fcontr_d.vsd Uout Uitgangsspanning Fout: Uitgangsfrequentie Analog In Toerentalvrijgave signaal (0 - 10 V, 0...20 mA, 0...100 % PWM) Ustart Startspanning...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.12.4 Instelling van de versnellings- en teruglooptijd Door gescheiden menu's voor versnellingstijd en teruglooptijd is een aanpassing aan individuele installatieverhoudingen mogelijk. Deze functie is achter de eigenlijke regelfunctie geschakeld. Oplooptijd Tijdinstelling waarin de regelaaruitgang van 0 % op 100 % stijgt. Instelbereik: 0...250 sec Oplooptijd Fabrieksinstelling: 10 / 20 / 30 / 40 sec.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering 9.12.7 Instelling Rem Mode DC Rem Mode Functiekeuze van de gelijkstroomremming bij frequentieomvormers. Bij apparaten met door de af fabriek ingeschakelde rem mode (indien aanwezig) DC Rem Mode Instelling DC Rem Mode is een een gelijktijdig acitveren van de “DC Rem Mode” alleen in uitzonderlijke gevallen zinvol.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Programmering Boostfunctie ON: automatische spanningstoename ingeschakeld OFF: automatische spanningstoename uitgeschakeld (in fabriek) Boostfunctie 9.12.9 Instelling Verlaging Alarm Om het apparaat tegen schade door de hoge binnentemperaturen te beschermen, beschikt het over een actief “temperatuurmanagement”. Bij een temperatuurstijging boven de vastgelegde grenswaarde (voor temperatuur condensator en koellichaam diagnosemenu) wordt de uitsturing lineair gereduceerd tot de genoemde grenstemperaturen weer zijn ingesteld.
Pagina 84
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Menutabellen Functie Omschrijving functie A / A2 Groepsbesturing alleen 2.03 koelfunctie (niet voor Z-module-B) alleen 2.03 verwarmingsfunctie (niet voor Z-module-B) proportioneel uitgangsfrequentie (vanaf softwareversie 2.41) Digitale ingangen D1...D5 Functie Omschrijving functie D1..D5 Geen functie (fabrieksinstelling) Afstandsbesturing van het toestel vrijgave “ON”...
Pagina 85
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Menutabellen Storingmelding (fabrieksinstelling voor “K2”, niet geïnverteerd). Aangetrokken bij werking zonder storing, bij vrijgave “OFF” niet weggevallen Valt weg bij net, motor en apparaatstoring, sensoruitval (afhankelijk van de programmering) en externe storing aan digitale ingang. Externe storing apart bij melding aan digitale ingang (fabrieksinstelling indien klemmen ge- brugd) Grenswaarde uitsturing...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Het diagnosemenu 11 Het diagnosemenu Het diagnosemenu levert informatie over de actuele bedrijfsstatus van het toestel. Diagnose O = bedrijfsuren, T = teller, C = controller De tijdtelling loopt zodra netspanning op de controller aanwezig is (zonder storing). Wanneer gebeurtenissen optreden (bijv.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Gebeurtenissen / Storingmeldingen 1. Meldingen met code Melding sensorstoring ter informatie, bij alarm sensor gedeactiveerd. Sensor 1 2. Alarmen met code gebeurtenissen waarbij het toestel na verholpen storing automatisch weer in bedrijf gaat resp. in werking blijft (bijv. extern geschakelde verzamelstoring).
Pagina 89
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Gebeurtenissen / Storingmeldingen Display Code* LED code Relais schakelt Mogelijke oorzaak Reactie van de controller Bewerk- Verhelpen intern Storing Storing EEP geheugen de- Werkt met fabrieksinstelling fect EEP Fout Gegevens foutief Werkt met gelezen instellingen EEP Corrupt storing bootloadproces van de motorcontroller.
Pagina 90
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Gebeurtenissen / Storingmeldingen Display Code* LED code Relais schakelt Mogelijke oorzaak Reactie van de controller Bewerk- Verhelpen intern Storing Oververhitting DC in- Waarschuwingsmelding, tem- gangssmoorklep peratuurmanagement Controle van de koeling van de Oververhitting condensa- Overbelasting2 controller toren / binnenruimte Een detectie heeft onmiddellijk...
Pagina 91
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Gebeurtenissen / Storingmeldingen Display Code* LED code Relais schakelt Mogelijke oorzaak Reactie van de controller Bewerk- Verhelpen intern Storing Ingestelde grenswaarde selec- Toestel werkt onveranderd voor uitsturing overschre- teerbaar verder Uitsturing Ingestelde grenswaarde selec- voor ingangssignaal “E1” teerbaar Toestel werkt onveranderd onderschreden...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Functie-uitbreiding en softwarestand 13 Functie-uitbreiding en softwarestand Software D1333A, weergave versie, zie Menugroep start onder Fcontrol Datum Functie vanaf nieuwe versie Versie Instelling: Omschakeling van “%” auf “Hz” voor volgende instellingen: Opgave intern 1/2, 19.02.09 2,25 Min.
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Aanhang Uitgang (0 - 10 V) 10 mA (kortsluitingvast) Digitale ingangen “D1” + “D2” Ingangsweerstand: R ca. 4 kΩ Max. Contactbelasting van het interne 2 A / 250 VAC relais 55 °C Max. toelaatbare omgevingstempera- tuur voor de werking 0 °C (wanneer toestel niet stroomloos tot -20 °C) Min.
Pagina 95
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Aanhang Type Maximale motorstroom afhankelijk van netspanning en omgevingstemperatuur. 208 V (-15 %)...415 V (+6 %) over 415 V (+6 %)...480 V (+10 %) 40 °C 50 °C 55 °C 40 °C 50 °C 55 °C FXDM2.5(A)M 2.5 A 2,0 A...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Aanhang 14.2 Aansluitschema Fcontrol FXDM...(A)M Kontaktbelastung Contact rating Adressierung max. AC 250 V 2 A °C Addressing TB/TP Digital Analog 24 V DC Analog Analog Digital Normal In 1 Out 1 In 1 In 2...
Bedieningsinstructies Fcontrol – Modelserie FXDM Aanhang 14.2.1 Schakelvoorstel: aansluiting meerdere motoren en volledige motorveiligheid STDT • Volledige motorveiligheid door uitschakeling bij activeren van de aangesloten thermostaatschakelaar (thermische contacten), reset na storing door druk op de toets • Leidingveiligheid door geïntegreerde kortsluiter en op de leidingdoorsnede instelbare activator bij te hoge stroom (max.
Aanwijzing van de fabrikanten Onze producten zijn vervaardigd volgens de geldende internationale normen. Als u vragen over het gebruik van onze producten heeft of als u speciale toepassingen plant, neem dan contact op met: ZIEHL-ABEGG SE Heinz-Ziehl-Straße 74653 Künzelsau Tel.: +49 (0) 7940 16-0 Fax: +49 (0) 7940 16-504 info@ziehl-abegg.de...