LEROY-SOMER
4.3.7.6 - Configuratie E.Pot: gemotoriseerde potentiometer
• Aansluiting van de besturingsklemmenstrook (herhaling)
10V
ADI1
0V
ADI2
0V
ADIO3
DIO1
+24V
DI2
DI3
+24V
DI4
SDI1
SDI2
• In te stellen parameters
Controleer of de regelaar vergrendeld is (klem SDI2 open). Stel de parameter 05 in op "E.Pot" en start de parameterinstelling.
Stel de parameter 10 in op "L2" om toegang te hebben tot de parameters groter dan 10 indien nodig.
Wanneer de parameterinstelling voltooid is, ontgrendel dan de regelaar (sluit de klem SDI2) en geef een startcommando (sluit de
klem DI2 of DI3).
Om de motor te stoppen, open de ervoor gesloten klem DI2 of DI3.
• Lijst van de overeenkomstige parameters 01 tot 24
Parameter
Aanduiding
01
Ondergrens
02
Bovengrens
03
Versnellingscurve
04
Vertragingscurve
Selectie vooringestelde
05
configuratie
06
Nominale motorstroom
07
Nominale motorsnelheid
08
Nominale motorspanning
09
Vermogensfactor (cos ϕ)
10
Toegangsniveau menu 0
11
Type signaal op ADI1
RAZ manuele referentie +snel,
12
-snel
RAZ auto-referentie +snel,
13
-snel
14
Polariteit referentie +snel, -snel
15
Curve referentie +snel, -snel
16
Schaling referentie +snel, -snel
17
Aflezing referentie +snel, -snel
18 - 24
Niet gebruikt
Voor de complementaire parameterinstelling van de regelaar (parameters 25 tot 80), zie § 4.3.8 op pagina 46
•
Voor gedetailleerde uitleg over alle parameters, zie § 4.4 op pagina 49
•
Door de wijziging van deze parameterwaarde gaat de parameter 05 naar "OPEn" (parameterinstelling open). Dit kan leiden tot
*
een wijziging van het bekabelingsschema
INSTALLATIE EN INBEDRIJFSTELLING
PROXIDRIVE
Frequentieregelaar IP66/Nema 4X
INBEDRIJFSTELLING
Hoofdreferentie 0-10V
(indien nodig)
+
snel
Uitgang weergave motorsnelheid
0-10V
Uitgang
nulsnelheid
Voorwaartse start/stop
Achterwaartse start/stop
-
snel
Beveiligingsingang/
Ontgrendeling
Adres Type
1.07
R-W
1.06
R-W
2.11
R-W
2.21
R-W
11.46 R-W
5.07
R-W
5.08
R-W
motorsnelheid (min
5.09
R-W
5.10
R-W
11.44 R-W
7.06
R-W
9.28
R-W
9.21
R-W
9.22
R-W
9.23
R-W
9.24
R-W
9.03
RO
.
COM
RL1C
RL1O
SDO1
SDO2
Werking: Snelheidsreferentie = hoofdreferentie 0- 10V +
referentie afkomstig van de ingangen
+snel/-snel (functie gemotoriseerde
potentiometer).
Instelling
0
-1
1500 min
(Eur)
-1
1800 min
(USA)
-1
3,0 s/1000 min
-1
5,0 s/1000 min
A1.A2, A1.Pr, A2.Pr, 4Pr, 8Pr, E.Pot, TorQ, Pid,
E.Pot
Nominale
motorstroom (A)
Nominale
-1
)
Eur: 200V (TL)
USA: 230V (TL)
Eur: 400V (T)
USA: 460V (T)
0,85
L1
0-20, 20-0, 4-20, 20-4: stroomingang (mA);
4-.20, 20-.4: stroomingang zonder detectie signaalverlies
volt (*)
(mA) ; volt: volt: spanningsingang (0 tot 10V) ;
no
Rst.e:
RAZ
inschakeling, ref. op het niveau van de laatste
uitschakeling, Rst.d: RAZ bij elke inschakeling.+snel en -
Rst.d (*)
snel actief wanneer uitgang regelaar actief, Pre.d: bij de
inschakeling, ref. op het niveau van de laatste
uitschakeling. +snel en -snel actief wanneer de uitgang
regelaar actief.
Pos
20 s
1,00
-
.
3739 nl - 12.2008 / e
Foutrelais
Veiligheidscontact
Instelbereik
0 tot (parameter 02) min
-1
0 tot 32000 min
0,1 tot 600,0 s/1000 min
0,1 tot 600,0 s/1000 min
PUMP, A.CtP, HoiS, Pad, HuAC, OPEn
0 tot I
(A)
sp
-1
0 tot 9999 min
0 tot 480V
0 tot 1,00
L1, L2, Loc
d-In: logische ingang.
no, RSEt
bij
elke
inschakeling,
Pos, biPo.
0 tot 250 s
0 tot 2,50
±100,0 %
-1
-1
-1
Pre.e:
bij
de
.
37