Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Papier En Afdrukomgeving Controleren; Papier Gebruiken Dat Voldoet Aan De Specificaties Van Hp; De Omgeving Controleren - HP LASERJET ENTERPRISE 700 COLOR MFP M775dn Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

4.
Vervang de tonercartridge als zich krassen, vingerafdrukken of andere beschadigingen op de
afbeeldingsdrum bevinden.
5.
Als de afbeeldingsdrum niet is beschadigd, schudt u de tonercartridge een paar keer licht en installeert u
deze vervolgens opnieuw. Druk enkele pagina's af om te zien of het probleem is opgelost.

Papier en afdrukomgeving controleren

Papier gebruiken dat voldoet aan de specificaties van HP

Gebruik ander papier als zich een van de volgende problemen voordoet:
De afdruk is te licht of op sommige plekken vervaagd.
Er bevinden zich tonervlekken op de afgedrukte pagina's.
Op de afgedrukte pagina's is toner uitgelopen.
De afgedrukte tekens zijn misvormd.
Afgedrukte pagina's zijn gekruld.
Gebruik altijd papier van een type en gewicht dat door dit apparaat wordt ondersteund. Volg deze richtlijnen
wanneer u het papier selecteert:
Gebruik papier van goede kwaliteit en dat vrij is van sneden, inkepingen, scheuren, vlekken, losse deeltjes,
stof, kreukels, gaten, nietjes en gekrulde of verbogen randen.
Gebruik papier waarop nog nooit is afgedrukt.
Gebruik papier dat is ontworpen voor laserprinters. Gebruik geen papier dat alleen is geschikt is voor
inkjetprinters.
Gebruik geen papier met een te ruw oppervlak. Gladder papier zorgt over het algemeen voor een beter
afdrukresultaat.

De omgeving controleren

De omgeving kan een rechtstreeks effect hebben op de afdrukkwaliteit en is vaak de oorzaak van problemen
met de papierinvoer. Probeer het volgende:
Zet het apparaat niet op een tochtige locatie, zoals in de buurt van een ventilatierooster voor
airconditioning of bij een geopend raam of een geopende deur.
Zorg ervoor dat het apparaat niet wordt blootgesteld aan temperaturen of vochtigheid die buiten de
productspecificaties vallen.
Zet het apparaat niet in een afgesloten ruimte, zoals een kast.
Plaats het apparaat op een stevige, vlakke ondergrond.
Zorg ervoor dat de luchtuitlaten van het apparaat niet worden geblokkeerd. Het apparaat moet aan alle
kanten beschikken over een goede luchtstroom, ook aan de bovenkant.
Bescherm het apparaat tegen vuiltjes in de lucht, stof, stoom, vet en andere elementen die in het apparaat
aanslag kunnen vormen.
254 Hoofdstuk 10 Problemen oplossen
NLWW

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave